“Trekke, Douwe!” De 7-jarige Douwe staat met een touw in zijn hand in de achtertuin. Het andere eind heeft Jelle, z’n twee jaar oudere broer, om de hoogste tak van de appelboom gebonden. “Trekke, Douwe!”, is het devies. En trekken dat deed Douwe, de appels vielen massaal naar beneden. Douwe bleef trekken, en trekken, en trekken. Totdat z’n handen ervan jeukten.
Elke zondag, samen met Jelle, reed Douwe hetzelfde rondje op de fiets. Elke zondag hetzelfde rondje, met tussenstop bij hetzelfde eettentje. Elke zondag even pauze met een kopje koffie én een stukje appeltaart. Dat hadden ze verdiend, vond Jelle toen ze er de eerste keer langs reden. Jelle was net terug naar het ouderlijk dorp verhuisd. Daar waar Douwe altijd was blijven wonen. Het deed de broers goed om weer met elkaar op te trekken. Sindsdien is het traditie. Elke zondag wordt er gefietst en wordt er op dezelfde plek gestopt, om nieuwe energie voor de weg terug te halen.
Nu is de Vuelta aan de gang. De eerste paar dagen van die vervelende slotklimmen. Een klim is het haast niet te noemen, een slotsprint is het eerder. Het was nog niet echt Lau z’n ding. De tijdrit van vandaag ligt hem beter. Douwe volgt de Vuelta van minuut tot minuut. Zo ook vandaag. Speciaal voor Lau zit hij voor de tv, sinds die dag naar Mont Saint Michel is hij groot fan. Lau rijdt weer als vanouds, Douwe ziet ‘m rijden, ziet ‘m stoempen, sleuren, ziet ‘m duwen en trekken, duwen, trekken, Douwe, Trekke. Hij houdt het niet meer en pakt de telefoon…
“Met Jelle.”
“Wat dacht je van een rondje?”
“Oké… maar het is woensdag?”
“Ik weet het, maar m’n handen jeuken!”
- Wielerontgroening - 24/04/2014
- Trekke, Douwe! - 04/09/2013
- Antipasti! - 21/08/2013