Mart-Smeets-rode-wijn-300x201Ja, ik keek ook graag naar de Avondetappe. En nee, ik ga niet op zoek naar youtubefilmpjes van oude afleveringen. Wat er nu niet meer is, kan niet worden opgevuld met iets dat was. Wat ik mis, dat is het gevoel dat de avond na een Touretappe oneindig is. Een dag in de Tour die de Avondetappe soepel de nacht in liet glijden, en waarin ik na twaalf uur mijn glas bijschonk.
Dat mis ik.

De mooiste dagen van het jaar zijn de langste dagen van het jaar. Oneindig als de Tour zelf, drie zomerse weken plus een aantal toegiften rond de torenspitsen van Chaam, Wateringen en Aalst. Ooit zag ik Erik Dekker met roffelende vuisten op zijn borst de finish passeren. Hij won, terwijl ik op de bank in slaap was gevallen. Het was precies een week na de Tour in de Clásica San Sebastián en heel even, echt héél even, dacht ik dat de Tour nog bezig was. In die paar seconden van het ontwaken voelde ik mij euforisch. Tot ik de tekst las die op het finishdoek boven Dekkers vuisten stond;
Kutxa.

Ik merkte het na de etappe naar Huy: de avond eindigt nu te vroeg. Niet zelden dommel ik al weg terwijl de veel te brave studiogasten bij Vive le Vélo het carbonwiel ronddraaien, en het rouletteballetje een even brave renner kiest. En dan is de Tour opeens toch voorbij, voor die dag althans. De nacht wordt opnieuw niet bereikt.
Ik drink een stuk minder de laatste tijd.

De rustdagen waren de beste dagen om de Avondetappe te kijken. Bjarne Riis in een kasteeltuin, en een glibberige criteriummakelaar met twee mobiele telefoons aan een oor. Ook op dagen zonder koers creëerde de Avondetappe zijn snoepwinkel. Op die dagen duurden de afleveringen langer dan op etappedagen. Dat denk ik zeker te weten.

Maar Mart Smeets mis ik niet. Net zo min als ik zijn commentaarstem tijdens een wedstrijd mis. Dat zal een kwestie van smaak zijn, ik moet er niet over twisten. Bovendien is het lastig de afwezigheid te betreuren van iemand die zo alom vertegenwoordigd is. Smeets is er nog, in filmpjes, kranten, boeken, talkshows en tijdens besloten avonden op prachtige locaties waar hij de avond soepel de nacht in laat glijden. Hij kan dat, een ander kan dat ook. Het is al vaak gezegd: geef Wilfried de Jong, Dione de Graaf of Marcel Vanthilt de sleutel naar de kasteeltuin en alles komt weer goed. Het is niet Mart Smeets, het is het uur tussen avond en nacht, tussen een voorlopig einde van de Tour en de eeuwige roes. Dat uur is niet van hem, maar van ons allemaal.

Ik mis ‘m niet, Mart. En volgens mij mist u hem ook niet.

Martijn Sargentini