De erelijst van supertalent Sven Montgomery beslaat één zege: de vijfde etappe van de Midi Libre 2001. Verdomd weinig, voor een supertalent.
Sven Montgomery is geboren in het Duitse Detmold, zijn naam klinkt Amerikaans en zijn nationaliteit is Zwitsers. Samen met zijn broertje Clint wordt hij al op zeer jonge leeftijd gegrepen door sport. Dag in dag uit fietsen zij de heuvels in de buurt van hun woonplaats op en af. Met name Sven blijkt over wielerbenen te beschikken, hij heeft, zoals dat heet, ´talent´.
In 1998 wordt hij prof, bij de Zwitserse opleidingsploeg van Post Swiss. Twee jaar rijdt hij voor het posterijenteam en zijn naam figureert steeds vaker in de opschrijfboekjes van de managers van grote ploegen. Sven rijdt fraai, en als het bergop gaat zijn er maar weinigen die hem kunnen volgen. Aan zijn erelijst is nog weinig af te lezen, maar Sven Montgomery is wel degelijk een supertalent.
Marc Madiot heeft een neus voor talentvolle wielrenners, en hij is dan ook degene die in het jaar 2000 de strijd om Montgomery wint. De verwachtingen zijn hooggespannen, eindelijk heeft de jonge Francaise des Jeux-ploeg van Madiot de ronderenner waar zij al zo lang naar op zoek is.
In zijn eerste jaar wordt hij vierde in de Ronde van Zwitserland en Madiot is in zijn nopjes, hij kan nauwelijks wachten op de Tour de France. Daarin stelt Sven echter hevig teleur; hij haalt Parijs niet eens. Maar hé, hij is nog jong, en ook supertalenten zit het wel eens niet mee.
Vooral supertalenten zit het niet mee.
Sven Montgomery blijkt behalve een groot talent voor klimmen een nog veel grotere aanleg tot omvallen te bezitten. In 2001 is hij, in de schaduw van de groten Armstrong, Ullrich en Beloki bezig aan een uitstekende Tour de France. Een val maakt een einde aan zijn ambities, en bijna ook in een moeite door een einde aan zijn loopbaan. Talloze renners buitelen op een op het oog ongevaarlijk stuk over elkaar heen, om vervolgens weer op te staan. Sven niet, hij blijft bewegingloos liggen. Hij kantelt met fiets en al over een vangrail en komt vervolgens op zijn jongensgezicht terecht. Het bloed is overal, het moet er vreselijk uitzien, maar zelf ziet Sven niets meer. Levenslange blindheid kan maar ternauwernood voorkomen worden.
Na dat jaar tekent Sven een contract bij Fassa Bortolo, misschien wel de beste ploeg ter wereld. Zijn salaris wordt dat van een supertalent, zijn prestaties zullen die van een brekebeen blijven.
Het seizoen 2002 valt in het water door een mysterieus vermoeidheidsvirus, evenals het jaar erna. De vraag of hij ooit nog zal kunnen fietsen, wordt gesteld.
In de winter van 2003 vertrekt Sven bij de ploeg die hem nauwelijks heeft zien fietsen. Maar hij is weer bijna fit, en kijkt uit naar het volgende seizoen. Sven heeft contact met verschillende ploegen, en de zin om te fietsen welt weer in hem op als in de tijd vóór alle ellende.
Dan komt het bericht dat Clint Montgomery, 24 jaar oud, tijdens een trainingsritje in de buurt van Bern is aangereden door een auto die op de verkeerde weghelft was beland tijdens een inhaalmanoeuvre. Clint is op slag dood. De inkt onder Svens contract met Gerolsteiner is nog nauwelijks opgedroogd.
In 2004 rijdt Sven voor de ploeg van Hans-Michael Holczer. Eindelijk toont hij weer spaarzame flitsen van zijn oude klasse, het supertalent lijkt zijn belofte alsnog te gaan inlossen. De dood van Clint heeft hem hernieuwde kracht gegeven zo lijkt het. Het voorseizoen doet veel verhopen voor de toekomst; de grote rondes moeten weer rekening gaan houden met Sven Montgomery uit Detmold. Maar het mag niet zo zijn.
In de Giro valt hij op zijn schouder: scheurtje in het schouderblad.
In de Tour valt hij op zijn schouder: sleutelbeenbreuk. Het is zijn vierde en laatste Tour, nooit zal hij Parijs halen.
De angst om te vallen, de angst voor hoge snelheden, de angst voor het leven neemt langzaam bezit van Sven Montgomery. De grenzen van zijn psyche zijn bereikt, hij wil niet meer.
Het contract bij Gerolsteiner hangt als een molensteen om zijn dunne nek. Twee jaar lang rijdt hij nog rond, een bange wezel op een fiets. Hij wint niets meer, maar veel schelen kan het hem niet.
In 2006 stopt hij definitief met fietsen. Het supertalent van weleer is dan pas dertig jaar. Hij verdwijnt in het management van een kleine Zwitserse vrouwenploeg. Daar, achter een bureau met een pc en een telefoon, verdwijnt de angst om te vallen.
In de zomer van 2011 keert hij terug in de Tour, als co-commentator bij de Zwiterse tv dit keer. Voor het eerst in zijn carriere bereikt Sven Montgomery de Champs Elysées.
- Voorpublicatie ‘Fietsen om niet aan te komen’ van Frank Heinen - 30/04/2021
- Vergeten wielrenner: José Beyaert - 20/04/2021
- Vergeten wielrenner: Rebecca Twigg - 01/04/2021
Geef een reactie