‘Tom, zoek de Tour eens even op’. Eddy laat drie schroeven uit zijn mond vallen. Luid krakend komen er wat flarden van een interview uit de bouwradio. Meer lijkt er niet in te zitten. ‘Sporza Radio?’ Tom knikt. Eddy haalt zijn schouders op. Dat moet dan maar. ‘Geen Radio Tour de France?’ Tom schudt zijn hoofd, geeft de schroeven terug.
…
Jeannie schenkt koffie. Eddy rekt zijn schouder. Draait met zijn arm. ‘Wat heb je gedaan?’ ‘Onhandig’, antwoordt hij ontwijkend. Ze vraagt niet verder. Ongeïnteresseerd bladert Eddy door een oud tijdschrift. Doet geen moeite om de conversatie gaande te houden. De helft van zijn zesde speculaasje valt op de grond. Bij het rechtkomen beukt hij met zijn pijnlijke schouder tegen de rand van de tafel. Koffie loopt van het tafelblad op het laminaat. Eddy bromt een excuus. Jeannie haast zich naar de keuken om een vaatdoekje te halen. ‘Let je op dat Axel niet door de koffie kruipt?’
Buiten knerpt een auto over het grind. Eddy staat op. Struikelt bijna over Axel. Het kind zet het meteen op een krijsen. ‘Godver.’ ‘Wat doe je? Axel!’ Jeannie staat verschrikt in de opening van de keukendeur. ‘Ik stond verdomme met mijn sok in de koffie’, moppert Eddy, zich langs haar wringend naar de buitendeur. ‘Heb je gevonden wat je zocht?’ Tom schudt geërgerd zijn hoofd. ‘Nee, ik ben in drie winkels geweest. Nergens.’ Eddy laat moedeloos zijn schouders hangen. Zijn gezicht vertrekt. Die rotschouder. ‘Dan moeten we eerst de andere kant maar doen.’ Nukkig gespt hij zijn gereedschapsgordel om.
…
‘Biertje?’ Zonder het antwoord af te wachten zet Tom een net geopend flesje voor hem neer. Eddy reageert niet. Zit gekluisterd aan de krakende radio. ‘Misschien kunnen we volgende week…’ ‘Ssst.’ ‘Als ik maandag meteen die spullen…’ ‘Er staat een fucking bus klem onder de finishboog. Ze moeten nog tien kilometer fietsen en er staat een bus vast op de meet.’ Eddy straalt. De adrenaline giert door zijn lijf. Tom kijkt hem schaapachtig aan. ‘Wat staat er waar?’ ‘Laat maar, ik ga. Kan ik nog net de spurt meepikken thuis. Ik zie je volgende week.’
…
‘Marianne zet die TV eens even op Nederland 1. Nee, nu. Nu zeg ik je!’ Zuchtend verandert het kind van zender en kwakt de afstandsbediening op de koffietafel. ‘Hoogerland is gevallen. En de finish is drie kilometer vervroegd omdat er een bus…’ Niemand luistert er. Marianne sloft verveeld de kamer uit, zoals alleen een veertienjarige dat kan. Op het scherm tuimelt het peloton over het asfalt. Eddy hangt op het puntje van zijn stoel. De bus rijdt nu toch achteruit. De finishboog blijft overeind. Weten de renners waar ze aan toe zijn? De commentatoren weten niet meer waar ze het hebben.
Leontien staat met een strak gezicht in de deuropening. ‘Eddy. Eddy!’ Geïrriteerd kijkt Eddy zijn vrouw aan. ‘WAT?’ ‘Het is Lars… Hij heeft een ongeluk gehad. Met de auto.’
Geef een reactie