Het wordt daar volgend jaar nog druk, op die Muur van Geraardsbergen. Velen zullen zich geroepen voelen om tijdens de komende Ronde van Vlaanderen daar te staan, uit stil protest. Of het echt stil zal zijn weet ik niet, in ieder geval: het geluid van passerende renners zal men er niet horen. Onder hen: Thijs Zonneveld en Nando Boers, dat hebben ze aangekondigd. En omdat er toch geen renners zullen passeren hebben ze ruimschoots de tijd om aan het volgende verhaal te denken.
De reden waarom de Muur van Geraardsbergen in het parcours werd opgenomen is opvallend gelijklopend met de reden waarom die helling er nu niet meer bij is. Begin 1950 was de toenmalige organisator Karel Van Wijnendaele het een beetje beu dat zijn wedstrijd altijd eindigde in een sprint. Dat mocht niet, volgens hem: Vlaamse renners hoorden een strijd te leveren tot ze niet meer wisten van welke parochie ze waren. Sprinten voor de overwinning hoorde daar niet bij. Nu was, volgens Van Wijnendaele, de reden voor al die sprints te vinden in het versnellingsapparaat. Dat was een duivelse uitvinding. Zeker, Van Wijnendaele hield niet van veranderingen – netzomin hij hield van uitkeringen, pensioenen en de ziektewet. Helaas kon hij de uitvinding, die satan had bedacht om het wielrennen te saboteren, niet verbieden. Zodoende werd er een helling toegevoegd. Juist. Dat was de Muur van Geraardsbergen. Daags na de Ronde van Vlaanderen was de kritiek scherp. De Muur van Geraardsbergen werd omgedoopt tot de Muur van Groot Verdriet en Joris Jacobs schreef dat bovenaan de helling er alleen maar een grijs en triest Vlaanderen te zien was. Met andere woorden: het viel slecht, de introductie van de Muur van Geraardsbergen. Men vond het helemaal niets en omdat de renners moeite hadden met het oprijden van die helling schreef de pers dat het een onsmakelijke vertoning was. Van Wijnendaele was het niet eens met die kritiek, hij had het over een noodzakelijke evolutie – voor hem was dat heel wat, zo’n uitspraak.
Het haalde niks uit, overigens: de volgende jaren werd er traditiegetrouw weer gesprint voor de overwinning en met overwinningen van Bobet, Petrucci, Magni en Forestier waren het buitenlanders die wonnen. Van Wijnendaele schreef ‘we hebben alleen nog maar onze ogen om mee te wenen’ – het blijft een mooie zin. De Muur bleef gewoon in het parcours om de eenvoudige reden dat de Ronde van Vlaanderen daardoor meer internationale allure kreeg. Tot dan was het een louter Vlaamse aangelegenheid, eigenlijk helemaal niets speciaals.
Simpel uitgedrukt: door een verandering in het parcours won de wedstrijd aan belang.
Tiens, doet dat ons niet aan iets denken?
Maar goed. Opvallend in de hele discussie over het verdwijnen van De Muur is dat de tegenstanders emotionele argumenten gebruiken. Men heeft het dan over dat de ziel van Vlaanderen is geschonden – ik weet niet goed wat dat is, die ziel. Of men heeft het over de Muur als scherprechter – dat is wellicht wel zo, maar nu wordt die scherprechter de Paterberg. Laten we wel wezen, de Muur is een van de vele hellingen, niet de helling. Soms is er iemand die zegt dat de Ronde van Vlaanderen begint op de Muur – maar dan hebben we een wedstrijd van slechts twaalf kilometer. Een beetje weinig, voor een klassieker. Men heeft het over VIP-tenten – maar die staan er al vele jaren, dat is dus geen verandering. Men heeft het over de macht van Wouter Vandenhaute die er televisiespektakel wil van maken – wat is daar nu vreemd aan: wielrennen is de sport bij uitstek om te volgen op televisie. Geef toe: uren wachten om in een flits de renners zien passeren is niet echt boeiend. De wedstrijd is alleen maar veranderd om aan de wensen van de televisie te voldoen, zeggen dan weer anderen. Zeker, dat is zo. Maar dan vergeet men dat wielerwedstrijden zijn bedacht door kranten, alleen maar om hun oplage te doen stijgen. Niks sportieve overwegingen. Als Flanders Classics de Ronde wil veranderen omdat het sensationeler beelden zal opleveren doet het niets anders dan wat er al jaren gaande is in het wielrennen.
Enfin, de tegenstanders redeneren vanuit hun onderbuik en daardoor kan men elk argument zonder problemen weerleggen. Het is uit een nostalgisch sentiment dat ze de verandering niet willen accepteren. Helaas voor hen: een teveel aan herinneringen en nostalgie staat progressie in de weg. Tegenstanders hebben dat gemeen dat ze zich wentelen in herinneringen, wat in wezen conservatief denken is en elke vorm van progressie tegenhoudt.
Voorstanders moeten het hebben van het rationele. Nu word ik zelden betrapt op emotionele uitbarstingen, dus is het niet meer dan normaal dat ik het kamp van de voorstanders zit.
Dus zet ik nog eens alle pro-argumenten netjes op een rijtje. Twee vragen zijn belangrijk: wordt het karakter van de wedstrijd bewaard en is de verandering in het belang van de wielersport? Het antwoord kan kort zijn: twee keer ja. De Ronde van Vlaanderen is een wedstrijd van draaien en keren op wegen waar men zelfs honderd jaar geleden met een boerenkar nauwelijks durfde op te rijden. Dat blijft, meer zelfs: het nieuwe parcours is intenser en de finale past beter bij de aard van de wedstrijd. Vroeger was het na de Muur een lange rechte betonweg. Daar was helemaal niks aan.
Is de verandering in het belang van de wielersport? Ook dat is zeker. De Ronde wordt commercieel gezien een sterker product en kan daardoor zijn plaats op de wielerkalender behouden. Want wat weinigen blijkbaar beseffen is dat de wielersport snel aan het veranderen is en dat wedstrijden in bijvoorbeeld, de V.S. aan belang winnen. Voor de sponsors, dat is duidelijk. Maar het zijn de sponsors die de renners betalen, zodoende. Men vergeet blijkbaar dat de Vlaamse wedstrijden minder en minder belangrijk worden vanwege de internationale concurrentie. Men vergeet dat omdat de mediabelangstelling voor die wedstrijden hier groot is, maar hoe verder van België, hoe minder die aandacht is. Voorbij Parijs heeft niemand nog belangstelling en in de Gazzetta dello Sport haalt het wellicht nog pagina 12. Daar zijn sponsors van ploegen niet blij mee en dan zien ze hoe wedstrijden in bijvoorbeeld de V.S. worden georganiseerd, geregisseerd en zien ze dat die koersen veel beter in beeld worden gebracht, juist vanwege het hier verdoemde rijden in lussen. Ze zien alleen maar voordelen. Ook het publiek profiteert, die zien de renners enkele keren passeren zonder dat ze zich moeten verplaatsen en het risico lopen in een file vast te zitten en daardoor helemaal geen renners meer te zien. Door het lussensysteem wordt de belevenis ter plaatse groter, wielrennen wordt dan eindelijk public viewing.
Het is in feite allemaal zo simpel dat het raar is dat men daar nog niet eerder aan heeft gedacht.
Als we over tien jaar nog willen genieten van de Ronde van Vlaanderen zullen we goed moeten nadenken, in het wielrennen is dat niet altijd evident. Dat doet Wouter Vandenhaute, met de vernieuwde Ronde van Vlaanderen heeft hij een sterk bussinessmodel gemaakt waardoor die wedstrijd zijn plaats op de kalender kan blijven behouden. Door het nieuwe systeem en het herschreven parcours krijgt de Ronde van Vlaanderen nieuwe impulsen, daar kunnen de andere wedstrijden alleen maar van profiteren. Dat is helemaal niets om zich voor te schamen.
Dus ja, de enige kritiek van de tegenstanders die steek houdt is deze: het gaat allemaal om het geld, mijnheer!
Tegenstanders moeten goed beseffen dat het wielrennen verandert, indien ze alles bij het oude laten zullen Nando Boers en Thijs Zonneveld over tien jaar nog op de Muur staan. Er zullen geen renners passeren, de kans bestaat zelfs dat er nergens renners zullen rijden. Dan kunnen ze in de kapel een kaarsje branden en vergiffenis vragen aan Maria.
- Land van wielrenners: voorjaar - 20/02/2017
- Nieuwe muziek voor #TDF programma’s: deel 2 - 19/07/2016
- Nieuwe muziek voor #TDF programma’s: deel 1 - 08/07/2016
Beste Herman, wat een mooi stuk is dit geworden. Ik heb er eigenlijk niks aan toe te voegen, behalve dit: dat ook geld in Geraardsbergen een rol speelt, proberen ze daar angstvallig stil te houden. Ik kan me niet voorstellen dat al die cafébazen op de Markt, aan de voet van De Muur, waar op de dag van de Ronde van bij het ochtendgloren mensen toestromen, tevreden zijn. Want in feite zijn zìj de grote verliezers van het schrappen van de Muur: op een dag als die van de Ronde draaiden zij bij wijze van spreken een halve jaaromzet aan bieren, waters en koffie.
Excuus voor de gemakzucht maar ik heb hieronder even mijn reactie van gisteren op het artikel “Het is maar een heuveltje, toch?” ge-copypaste. “Daar sluit ik mij bij aan. Natuurlijk was De Muur de geijkte metafoor daar waar het De Ronde betreft. Maar De Muur werkte vaak net zo verlammend op een groot gedeelte van het peleton als de Cauberg aan het eind van de Amstel Gold Race met tamelijke voorspelbaarheid tot gevolg. Of een spartelende kopgroep die net voor De Muur werd ingelopen of een grote groep die begon aan De Muur waarbij de sterksten bovenop overbleven. Dat laatste klinkt natuurlijk aanlokkelijk en aantrekkelijk, want zo moet wielrennen zijn, maar De Muur werkte dermate verstikkend dat je de finale – laatste 25 km – van De Ronde tot nu toe in veel gevallen al op zondag rond het middaguur kon uitstippelen. Net zoals dat maar al te vaak in bijvoorbeeld de Amstel het geval is sedert de finish bovenop de Cauberg of, zoals u wilt, in de Primavera. Dan blijken toch maar al te vaak Roubaix en Luik van een meer verrassender gehalte te zijn. Natuurlijk winnen ook daar alleen de aller sterksten maar ogenschijnlijk begint het echte gevecht daar al veel eerder in de koers. Ik vind derhalve dat Vandenhaute er goed aan doet om die cruciale wijziging in het parcours toe te passen en de vondst van een aantal “plaatselijke” ronden zal verfrissend werken mbt het koersverloop. De Ronde boet geenszins aan zwaarte in, integendeel zelfs, dus wat is uiteindelijk het probleem? Folklore wellicht? Mocht dat het geval zijn, dan zullen de folkloristen onder ons (en onder de Vlamingen) zich moeten realiseren dat de wielrennerij niet gebaat is bij slechts folklore maar mee moet evalueren met de vaart der volkeren wil de sport de fans blijven bekoren en ja, die vermaledijde televisie beslecht daarbij vaak het pleit. De Vlamingen moeten er trots op zijn dat hun Ronde een zo grote mondiale uitstraling geniet en wil men die behouden dan gelden andere regels dan het plezieren van de locale uitbater van taverne-restaurant Het Hemelryck en de zijnen”
Als je deze redenering doortrekt, zou het logisch zijn om bij de Tour de France gewoon twintig dagen lang de Alpe d’ Huez op te gaan rijden. Dat is commercieel interessant en makkelijk voor het publiek. De wielersport zit vol met emotie en traditie. Dat nieuwe wielerlanden daar niets mee hebben is een feit, maar moet je je daardoor laten leiden?
Door dit soort overwegingen zitten we nu met zijn alle elke avond De Villa en Oh Oh Cherso te kijken. De Paterberg is de Muur niet, al zetten ze er een plastic kapelletje op.