Een topwielrenster die op 20-jarige leeftijd besluit te stoppen. In 1996 is het helemaal niet zo vreemd. Veel geld verdienen is er niet bij en is het vrij logisch dat Maria Jongeling kiest voor haar toekomst. Een studie in haar geval, bewegingstechnologie.
De knoop heeft ze doorgehakt nog voordat duidelijk wordt of ze zich plaatst voor de Olympische Spelen. Jongeling is halverwege de jaren negentig vooral succesvol op de baan. Meer specifiek de achtervolging. In 1993 wordt in die discipline wereldkampioen bij de junioren, datzelfde jaar pakt ze ook de nationale titel (bij de eliterensters). Die laatste prestatie herhaalt ze de twee jaar erna.
Ook op de weg laat ze zien hard te kunnen fietsen, met als belangrijkste resultaten de nationale tijdrittitel in 1994 en een jaar erna bijna het Nederlandse wegkampioenschap. Maria Jongeling rijdt na een lange solo op de zege af maar ploeggenoten van de nationale selectie willen dat blijkbaar niet laten gebeuren. Ze gaan in de achtervolging en Yvonne Brunen, een van die ploeggenoten, profiteert en rijdt Maria voorbij.
“Maria Jongeling: wat een trut is die Brunen”, kopt dagblad Trouw de maandag erna. Na haar verbale uithaal ‘herstelde’ Jongeling zich, schrijft Trouw. ‘Het heeft geen zin om lang boos te blijven. Ik kan mijn energie beter in het fietsen stoppen’.
Een jaar later probeert de achtervolgster zich te plaatsen voor de Olympische Spelen. Maar ze moet een kwalificatietoernooi in het Duitse Cottbus aan zich voorbij laten gaan vanwege een polsblessure. Het de eerste Spelen voor de 20-jarige renster worden en dan al maakt ze duidelijk dat ze vier jaar later waarschijnlijk gene nieuwe gooi zal doen. ‘Ik moet ook aan mijn toekomst na het wielrennen denken’, zegt ze, ook in Trouw.
In 2018 is ze coach van een paralympisch tandemduo. En is ze nog op zoek naar een betaalde functie, wordt duidelijk op haar Linkedin-profiel.
Op de ploegfoto van de nationale selectie uit 1996 staan de volgende rensters: Jet Jongeling (de jongere zus van Maria) en Sandra Rombouts (bovenste rij v.l.n.r.), Maria Jongeling, Ingrid Haringa en Edith Klep (middelste rij v.l.n.r.) en Yvonne Brunen, Meike de Bruijn en Debby Mansveld (onder v.l.n.r.).
- UCI-man springt en juicht voor Jopie - 25/09/2020
- Raad het plaatje - 25/09/2020
- De spreekwoordelijke rode lantaarn - 18/09/2020
Geef een reactie