Foto ploegkaart Cofidis-wielerploeg 2004
Verjaardagskalender 27 januari: Peter Farazijn (1969)
Als er voorafgaand aan de Tour de France van 2004 niet alleen op doping, maar ook op alcohol zou zijn gecontroleerd, had Peter Farazijn wellicht niet eens van start mogen gaan. Met een droge mond en een nog na bonkend hoofd van net een pintje teveel, glijdt de Belg op zaterdag 3 juli van het startpodium in Luik. Slechts 6100 meter hoeft hij af te leggen, iets dat zelfs met een lichte kater te doen is. Tot zijn verbazing eindigt Farazijn de proloog niet eens als laatste. Drie collega-renners hebben nog net wat meer tijd nodig dan hij voor het rondje door Luik. Niet eens zo beroerd dus, zeker als je weet dat Farazijn het parcours niet heeft kunnen verkennen en op een vreemde fiets rijdt. Sterker, een etmaal eerder weet hij niet beter dan dat hij helemaal niet tot de Tourselectie van zijn Cofidis-ploeg behoort. Farazijn zou de julimaand besteden aan trainen, wat Belgische kermiskoersen en de Tour volgen vanaf de knusse bank voor de televisie in zijn eigen woonkamer. Bovendien had hij het niet hoeven rijden van de Franse ronde aangegrepen zichzelf te trakteren op een kort verlof van het strakke keurslijf waarin een wielrenner zich doorgaans bevindt. Het was namelijk niet alleen het weekend van de Tourstart, maar ook van de autorally van Ieper. Farazijn had er zin in. Eerst op vrijdagavond met vrienden naar het jaarlijkse feest, met karaoke en de nodige pintjes en dan ‘s zaterdags met zoon Maxime naar de voorbij stuivende auto’s kijken. Mooi niet dus.
Rond het middaguur staan vader en zoon Farazijn, de eerste behoorlijk brak en met een lichte hoofdpijn van de vorige avond, langs het rallyparcours in Ieper als Peter ineens een paar gemiste oproepen op zijn telefoon ziet. Ploegleider Francis Van Londersele probeert hem te bereiken. Als Farazijn terugbelt volgen de gebeurtenissen elkaar in rap tempo op. Of de renner onmiddellijk naar Luik kan komen om de Tour te rijden. Kort voor het telefoontje is Matthew White, de Australische ploeggenoot van Farazijn, tijdens het verkennen van het proloogparcours op een onbewaakt moment tegen het asfalt geklapt. Een gebroken sleutelbeen zet een inktzwarte streep door zijn Tourdeelname. Aangezien de ronde nog niet officieel van start is, heeft een ploeg het recht snel een vervanger op te roepen. De leiding van Cofidis gaat in allerijl de rennerslijst af. Wie woont op een overbrugbare afstand van Luik om op tijd het startpodium te kunnen bereiken en is liefst enigszins in conditie om van waarde te kunnen zijn voor de ploeg in de drie weken die komen. Bij het passeren van de naam Farazijn zoekt ploegleider Van Londersele onmiddellijk diens naam op in zijn telefoon en belt.
Enkele uren later staat Peter Farazijn, onverwacht en enigszins tegen wil en dank, op het startpodium in Luik om aan de achtste Tour de France in zijn carrière te beginnen. 35 jaar is hij inmiddels en in de herfst van zijn leven als prof. Van hem hoeft de Franse ronde niet meer zo nodig. Maar de plicht roept. Direct na het belletje met Van Londersele had Farazijn snel een toilettas en wat kleding bij elkaar gegraaid en zich in een recordtijd door vrouwlief Sybille naar Luik laten racen. Eventuele verkeersboetes zouden ze later wel zien. Ondertussen had Van Londersele de startvolgorde van zijn renners omgegooid, zodat Farazijn iets meer tijd heeft om bij de start te geraken, en bovendien twee ‘zwaantjes’ geregeld om de auto van de renner en zijn vrouw door de wegafzettingen rond Luik te loodsen. Met rugnummer 99, dat al aan de onfortuinlijke Matthew White was toebedeeld, en op diens tijdritfiets, begint Farazijn aan een route die hij niet kent. Het is dan inmiddels tegen zessen in de avond, iets meer dan vier uur na het telefoontje. Zowel het proloogparcours als het vervolg van de Tour; de Cofidis-renner is volledig in het ongewisse. Na zijn 185ste plek in Luik is hij in de weken die volgen wel degelijk van waarde voor de ploeg. In zijn ‘bonus-Tour’ haalt Peter Farazijn zelfs Parijs.