Foto pr-kaart Castorama-ploeg (1992)
Verjaardagskalender 10 februari: Jacky Durand (1967)
Een grote koers wil grote namen op haar erelijst. Zoals Pinkpop artiesten van het kaliber Bruce Springsteen of de Rolling Stones op haar hoofdpodium wil en niet de band Jan & De Boerenfluitjes. Of, dichterbij huis, zoals je die ene leuke collega waar je stiekem een oogje op hebt dolgraag op je verjaardag wilt en juist niet die buurman van nummer acht, die na het vierde biertje populistische prietpraat begint uit te slaan. Niet dat Jacky Durand daarmee moet worden vergeleken, maar als de relatief onbekende Fransman op de eerste zondag van april in 1992 zegevierend de Halsesteenweg in Meerbeke opdraait, staat de gemiddelde Vlaming bepaald niet te juichen. Sommigen zouden er gerust een aardig vermogen voor over hebben om een nationale trots als tweevoudig Ronde-winnaar Edwig Van Hooydonck opnieuw te zien winnen of anders aanstormend talent Johan Museeuw. Zelfs met een Italiaanse zege zouden ze in Vlaanderen prima kunnen leven in 1992, maar de favorieten schieten stuk voor stuk te kort en verslikken zich gigantisch in de vroege vlucht, die het 217 kilometer zal volhouden. Tot aan de finish. En die met Durand bepaald geen gedroomde winnaar oplevert.
![](https://mlermmvk3oie.i.optimole.com/w:442/h:608/q:mauto/ig:avif/https://hetiskoers.nl/wp-content/uploads/gravity_forms/1-03e04c279241f9c67158b50a13fc260f/2025/02/jacky_durand.jpg)
Aan een kans om te winnen denkt Jacky Durand in het geheel niet, als hij na een uur koers met drie andere renners het hazenpad kiest. De Castorama-ploeg, waar de Fransman voor uitkomt, heeft niet eens getracht een volwaardige selectie op de been te brengen, dus ambities worden er niet gekoesterd. Durand hoopt op wat televisietijd, zodat het blauwwitte shirt van de sponsor, een keten in bouwmaterialen en tuingereedschap, tenminste voor even in beeld komt. Ook twee andere koplopers rijden uitsluitend voor wat publiciteit, een zinnetje in de dagbladen de volgende ochtend en, waar ze dan nog geen flauw benul van hebben, naamsvermelding in alle verhalen die, tot op de dag van vandaag, nog worden verteld over die merkwaardige Ronde van Vlaanderen van 1992. Vooruit, hun namen, daar zijn ze: Hervé Meyvisch en Patrick Roelandt. Twee totaal vergeten Belgen, die zelden tot nooit een koers rijden van meer dan tweehonderd kilometer en dan ook al vrij snel afhaken als die kaap gepasseerd is. De vierde renner in de kopgroep is de sleutel tot het succes van Jacky Durand, de Zwitser Thomas Wegmüller. De stoemper verstaat de kunst om urenlang een verschroeiend zwaar verzet rond te pompen en zijn aldus ontwikkelde snelheid vast te houden. Hij toont daarbij echter het tactisch inzicht van een klapstoel, maar dat deert de Zwitser niet. Zijn uitdaging is om tot aan de finish uit de greep van het peloton of de favorietengroep te blijven. Op die manier gooit hij meermaals zijn kansen op een fraaie overwinning overboord, op de nonchalante manier waarmee je een snoepwikkel in de vuilnisbak gooit, maar het maakt Wegmüller niet uit. Hele dag lekker gefietst, op televisie geweest – hopelijk heeft het thuisfront de videorecorder meelopen -, korte uitslag gereden, maar winnen, ho maar. In het wiel van de Zwitserse stoomlocomotief zit Jacky Durand te lachen. Soms als een boer met kiespijn, want het tempo dat Wegmüller aanhoudt is op bepaalde momenten voor hem aan de forse kant, het moet gezegd, en Durand krijgt zelfs een kleine inzinking te verduren. Desondanks klampt hij zich stevig vast aan zijn gangmaker, die de Fransman niet kan of wil afschudden. Onder impuls van de Zwitserse diesel bereiken de koplopers een maximale voorsprong van 22 (!) minuten. Pas dan komt er vanuit de achterhoede zowaar een tegenreactie op gang. Te laat.
Het vonnis van Thomas Wegmüller voltrekt zich op de Bosberg, die dan nog de laatste scherprechter in Vlaanderens Mooiste is. Zelfs de Zwitser toont enige sporen van vermoeidheid, terwijl Durand dankbaar profiteert van diens geleverde beulswerk. Met een korte krachtsinspanning maakt hij zich los van Wegmüller, die niet in staat is de versnelling te beantwoorden. Tempowisselingen zijn niet besteed aan de stug in hetzelfde ritme door beukende renner. Terwijl een slordige twee minuten achter het duo de favorieten eindelijk op stoom zijn gekomen, wordt bovenop de Bosberg voor een ieder duidelijk dat de tegenreactie veel, maar dan ook echt veel, te laat op gang is gebracht. Van Hooydonck, Museeuw, Fondriest en al die andere kanshebbers hebben zich schromelijk vergist in de vroege vlucht. Hen rest niets anders dan de strijd om de weinigzeggende derde plaats. Tot teleurstelling en onvrede van heel Vlaanderen. Een onbeduidende naam als Jacky Durand is een schande op de erelijst van hun ronde, luidt de algemene opinie. Met terugwerkende kracht is de prestatie van de onverwachte winnaar echter grootser dan die leek. In interviews na afloop erkent Van Hooydonck al dat, ondanks dat hij op de Bosberg volle bak reed, zijn achterstand op Durand nauwelijks slonk. Een mooi compliment voor de Fransman, die in de jaren die volgen zijn kwaliteiten bovendien meermaals toont. Hij wint twee nationale titels, drie Touretappes en Parijs-Tours. Achteraf is de naam Jacky Durand een grotere gebleken dan in 1992 gedacht.