Verjaardagskalender 21 juli: Tineke Fopma (1953)
De zeventig koeien van Geert Fopma wisselen verbaasde blikken uit, wanneer ze op woensdag 27 augustus 1975 in colonne hun dagelijkse weg naar de melkmachine afleggen. Het komt zelden tot nooit voor dat de boer uit het Friese Huins, een buurtschap met amper honderd inwoners, niet ver van provinciehoofdstad Leeuwarden, zijn bedrijf achterlaat. Ziek is de melkveehouder nooit en tijd of gelegenheid voor vakantie is er amper. Daarvoor eisen zijn koeien simpelweg te veel tijd op. De reden dat boer Fopma op de laatste woensdag van augustus toch een keer verstek laat gaan en het melken van de koeien aan een knecht overlaat, is een heel andere.
In alle vroegte is hij, samen met zijn vrouw, naar België gereden. Naar het Waalse Mettet, iets ten zuidwesten van Namen, om precies te zijn. Het is de plek waar het wereldkampioenschap van 1975 zal plaatsvinden. Een van de rensters in de zeskoppige Nederlandse selectie die diezelfde dag de dameskoers rijdt, is zijn 22-jarige dochter. Officieel hebben Geert en zijn vrouw Griet haar iets meer dan tweeëntwintig jaar eerder Trijntje genoemd, maar haar roepnaam is Tineke.
Veel kans op succes dicht Geert zijn dochter niet toe. Een combinatie van Friese nuchterheid en de wetenschap dat Keetie van Oosten-Hage de uitgesproken Nederlandse kopvrouw is, waardoor Tineke zich in de finale vermoedelijk in haar dienst zal moeten wegcijferen, maakt dat boer Geert geen verwachtingen koestert. Hij wil zijn dochter gewoon zien koersen. Zo vaak kan hij zijn bedrijf immers niet achterlaten, maar voor een wereldkampioenschap op berijdbare afstand van Friesland, maakt hij graag een uitzondering.
Met terugwerkende kracht zou het zomaar kunnen zijn dat Geert Fopma een buitengewoon voorgevoel had, toen hij besloot naar Mettet af te reizen. Tot ieders stomme verbazing staat Tineke die middag in de regenboogtrui op het hoogste treetje van het podium. Terwijl het Wilhelmus klinkt, wellen tranen op in de ogen van zowel vader als dochter.
Aan de vooravond van de krap 54 kilometer lange wereldtitelstrijd in Wallonië had Tineke Fopma de tranen eveneens laten vloeien. Overmand door twijfel aan eigen kunnen was de Friezin in de armen van trainster Dini Brinkman gevallen. De kortstondige mentale inzinking was niet gek. Iets meer dan een jaar eerder, in de zomer van 1974, was Fopma in de Ronde van Harderwijk hard onderuit gegaan. Een sleutelbeenbreuk had de renster enige tijd aan de kant gehouden, waardoor ze met een conditionele achterstand aan het volgende seizoen was begonnen.
Desondanks had Fopma met enkele sterke optredens in nationale koersen een plek in de Nederlandse selectie voor Mettet weten af te dwingen. Een knappe prestatie. Niet alleen vanwege de voorgaande gebeurtenissen, maar ook gezien de uitputtende dagindeling van de renster uit Huins. Tijd voor een minuutje rust of ontspanning is in haar drukke schema nauwelijks te vinden. Tineke helpt, samen met zus Aukje en broer Kees, ’s ochtends in alle vroegte eerst vader Geert in het melkveebedrijf. Vervolgens opent ze de boeken van haar geschiedenisstudie aan de Fryske Akademy in Leeuwarden, gaat trainen, eten en als climax van weer een zware dag nog een paar uur studeren, om uiteindelijk moegestreden haar bed in te duiken. De volgende dag klinkt precies hetzelfde liedje in haar leven.
De finish van het dameskampioenschap in Mettet verloopt tamelijk kolderiek. Enkele ronden voor de aankomst had Fopma kopvrouw Van Oosten-Hage nog toegefluisterd voor haar de sprint aan te zullen trekken en dat is dan ook precies hetgeen de Friezin tot diep in de finale van plan is. Op licht oplopende, brede asfaltbaan zet Fopma aan. Even lijkt landgenote Anne Riemersma te volgen, maar zij wordt door Van Oosten-Hage teruggefloten. Of beter gezegd, in het heetst van de strijd, terug geschreeuwd.
Fopma heeft namelijk onverwacht een gaatje ten opzichte van het peloton geslagen. Het is aan de rensters uit andere landen om haar terug te halen. Met een lichte voorsprong komt de geschiedenisstudente naar de finishlijn gesneld, maar ze wekt de indruk zich in geen enkel opzicht te realiseren dat ze op de regenboogtrui afstevent. Fopma verkeert zelf namelijk in de hevige veronderstelling dat ze nog een rondje moet rijden.
Naderhand zal ze toegeven haar haar tempoversnelling puur en alleen te hebben geplaatst in dienst van Van Oosten-Hage, zodat haar concurrentes aan de bak zouden moeten bij het ingaan van de slotronde rond Mettet. Nietsvermoedend wordt de Friezin afgevlagd en is ze tot haar eigen stomme verbazing plotsklaps de nieuwe wereldkampioene. Amper een seconde later spurt de Française Geneviève Gambillon naar het zilver, met Van Oosten-Hage in haar kielzog.
Huilend van vreugde en geluk neemt een nog altijd verbouwereerde Tineke Fopma even later haar regenboogtrui in ontvangst. Iets verderop worden vader Geert en moeder Griet overvallen door dezelfde emoties. Ook de normaal zo stugge Friese boer weet het niet droog te houden. De koeien in Huins hebben de melkveehouder nooit zo gelukkig gezien als de volgende ochtend, wanneer ze weer in colonne naar de installatie lopen die hen weldra zal melken.
