Foto Eric Houdas
De harde smak van de vandaag (26 september) jarige Frédéric Moncassin
Een renner die nooit is gevallen bestaat niet. Elke koers, training of eenvoudig koffierondje kent simpelweg te veel kleine hoekjes waar ongelukken in kunnen zitten. Inschattingsfout, klein steentje, iets te laat geremd, uitwijkmanoeuvre van een ander, overmoedigheid, momentje van onoplettenheid; het is slechts het topje van een eindeloos lijkende lijst mogelijke oorzaken van een onhandige tuimelpartij die, in het beste geval, afloopt ‘zonder erg’, zoals de Vlamingen dat zo mooi zeggen. Precies die laatste in het genoemde rijtje is er de oorzaak van dat de WordPerfect-ploeg al gehavend is alvorens de Tour de France van 1994 goed en wel van start is.
En dat niet alleen. De nasleep zorgt voor een stemming bij renners en stafleden die de temperaturen die je doorgaans in een gemiddelde diepvries meet, tropisch doet lijken. Daags voor de start van de 81ste editie van de Franse ronde is er nog geen vuiltje aan de lucht voor de ploeg van Jan Raas. In de eerste helft van het seizoen hebben de Zeeuw en zijn renners al twintig keer de champagne mogen ontkurken na afloop van een met succes afgesloten koers. Met name Frans Maassen en Vjatsjeslav Jekimov leveren een ruime bijdrage aan dat aantal en in juni toont sprintkopman Frédéric Moncassin met een ritzege in de Grand Prix du Midi Libre en een tweede plek op het nationale kampioenschap van Frankrijk aan dat zijn vormpeil precies op tijd in de juiste richting beweegt.
Raas heeft er dan ook alle vertrouwen in dat zijn renners hem en zijn hoofdsponsor, een softwarepakket voor tekstverwerking – ooit de grote concurrent van Microsoft Word, maar WordPerfect zal die strijd al snel glansrijk verliezen en bijna geheel uit het dagelijks gebruik verdwijnen – een of meerdere ritzeges zullen bezorgen. Nog voordat er ook maar een enkele kilometer is afgelegd in Frankrijk gaat het echter faliekant mis en wordt Moncassin met loeiende sirenes afgevoerd naar het ziekenhuis van Lille, waar in 1994 het Grand Départ plaatsvindt.
De Fransman zal met terugwerkende kracht ongetwijfeld opgelucht zijn dat de ploegenpresentatie medio jaren ’90 nog niet wereldwijd te zien is. Internet staat nog in heel kleine kinderschoenen en het aantal televisiezenders is in veel landen ook nog op de vingers van een hand te tellen. Het uitzenden van de ceremonie, die de Tourdeelnemers aan het plaatselijke publiek toont, gebeurt ten hoogste op een Franse (regionale) zender, maar daar blijft het bij.
Beelden van het onheil dat zich op, of eigenlijk pal naast, het podium in Lille afspeelt zijn er dan ook niet. Of in ieder geval, niet op YouTube. Pas de volgende dag lezen wielerfans en sportliefhebbers in de krant de reden van de plotselinge afwezigheid van Moncassin in de op handen zijnde Tour. Wat er precies is gebeurd blijft dan ook enigszins onduidelijk. Feit is dat lopen op wielerschoenen al geen sinecure is, een provisorisch trapje afdalen om van een podium te klauteren is dat nog minder. Zeker met een racefiets aan de hand of, als een veldrijder, op de schouder.
Moncassin zal een moment van concentratieverlies hebben gekend of moet op een onhandige manier zijn voet verkeerd op de ongetwijfeld smalle en gammel aanvoelende traptreden hebben geplaatst. De renner van WordPerfect verliest in elk geval zijn evenwicht en tuimelt met fiets en al omlaag. Diep is zijn val niet. Hard wel. En bovenal ongelukkig. Meteen bij het neerkomen voelt de Franse spurtbom dat het foute boel is en er onmiddellijk een streep door zijn Tourdeelname kan.
Per ambulance wordt hij naar het ziekenhuis van Lille afgevoerd. Daar wordt geconstateerd dat de ongelukkige val Moncassins linkerenkel op liefst drie plaatsen heeft weten te breken. Als een dag na de ploegenpresentatie de renners een voor een van het startpodium glijden om middels een 7,2 kilometer lange proloog hun Tour aan te vangen, ligt de beoogde sprintkopman van WordPerfect in een Amersfoorts ziekenhuis op de operatietafel. De schlemielige uitglijder zet niet alleen een streep door de kansen op dagsucces voor Moncassin, maar heeft ook een forse impact op de verhoudingen binnen de ploeg van Raas.
De Zeeuw heeft in aanloop naar de Tour in de vorm van Léon van Bon, Sammy Moreels en Jelle Nijdam drie reserves aangewezen. Al staat die laatste meer om zijn status – ‘Snelle Jelle’ won tussen 1987 en 1992 zes Touretappes en droeg in totaal drie dagen het geel – op de lijst dan vanwege zijn vormpeil. Raas is dan ook niet voornemens Nijdam te bellen voor een invalklus en hoopt een van de twee andere reserves te kunnen bereiken. Iets dat geen vanzelfsprekendheid is in een tijdperk zonder mobiele telefoons.
Moreels blijkt in Zwitserland te zitten en niet op tijd voor de proloog naar Lille te kunnen komen. Van Bon wordt bij zijn vriendin in Alkmaar opgespoord, maar moet eerst nog thuis in Apeldoorn zijn spullen ophalen alvorens hij naar Frankrijk kan afreizen. Nijdam woont een stuk dichterbij, maar ondanks aandringen van ploeggenoot Maassen gaat Raas niet overstag en weigert resoluut een belletje naar het Brabantse Zundert te plegen. Het brengt de sfeer binnen de WordPerfect-ploeg steeds dichter bij het nulpunt en uiteindelijk ver daaronder. Maassen kan maar niet begrijpen dat zijn oude maatje Nijdam genegeerd wordt, maar zijn ploegleider wil per se dat de in een betere vorm verkerende neoprof Van Bon diens Tourdebuut maakt. Raas’ wil is wet. Alle overtuigingskracht en argumenten van Maassen ten spijt.
Van Bon wordt gesommeerd eerst half Nederland door te karren om zijn spullen te verzamelen en vervolgens naar Lille te rijden, waar hij nog geen etmaal later met grote ogen van verbazing aan zijn eerste Tour begint. Zonder succes. Het podiumtrapje bij de ploegenpresentatie bracht niet alleen Moncassin uit balans. Door de afwezigheid van de Franse sprinter wankelt de gehele ploeg en rijdt drie weken lang geen deuk in een pakje boter. Waar Raas voor de Tour nog droomde van een ritzege voor Frédéric Moncassin komt WordPerfect in werkelijkheid de hele ronde lang niet verder dan het buitengewoon schamele resultaat van slechts twee top 10-klasseringen in een etappe.