De 8 november jarige Jan Raas en de Tourstart die in het water viel (letterlijk én figuurlijk)
Precies het gevoel waar Corry Konings op dat moment al een jaar of twee over zingt, sluipt het lichaam van de zangeres binnen. Heel apart, dat is het zeker. De start van de 65ste Tour de France, in Leiden, is bepaald niet zonder slag of stoot verlopen als het peloton de sleutelstad na een dag verlaat om zuidwaarts te trekken en in het Brabantse Sint Willebrord aan te komen. Ook daar is er al snel meer dan genoeg gespreksstof. Dat het zichtbaar niet bepaald botert tussen de Franse Tourdirecteuren, onder aanvoering van Felix Lévitan, en de Nederlanders kan met een gerust hart een understatement genoemd worden. Boze blikken over-en-weer, gezichten als oorwurmen en gebaren van onbegrip zijn in zowel Leiden als Noord-Brabant schering en inslag. Ook Jan Raas heeft geenszins de trekken op zijn gelaat die passen bij een renner die zo-even niet alleen een ritoverwinning heeft geboekt, maar ook meteen het geel mag aantrekken. Met een verrassingsaanval, op een paar honderd meter van de aankomst, had de Zeeuw van TI-Raleigh alle sprinters het nakijken gegeven. Voordat rappe mannen als Freddy Maertens, Jacques Esclassan en Gerben Karstens goed en wel in de gaten hadden wat zich vlak voor hun ogen afspeelde, had Raas het hazenpad gekozen en was hij op weg naar een dagsucces en de bijbehorende leiderstrui. Niet dat de Nederlander overloopt van vreugde als hij na het passeren van de finishlijn door journalisten wordt opgevangen. Raas is nog altijd boos. Het vers behaalde succes is in zijn ogen niet meer dan een rechtvaardiging voor hetgeen hem een etmaal eerder is overkomen. En vooral, is afgenomen. Het voorval zit hem nog altijd dusdanig hoog dat Raas geen zin heeft aan de podiumceremonie deel te nemen. Daar zal hij immers de felicitaties van Lévitan in ontvangst moeten nemen en laat dat nou net de kwade genius zijn achter het onrecht dat de Zeeuw is aangedaan. Als het aan Raas ligt wordt het geel lekker naar zijn hotelkamer gebracht en slaat de Tour de cérémonie protocolaire maar een dagje over. Pas als ploegleider Peter Post, vrezend zijn geldschieters tegen het hoofd te stoten met een volgend relletje, hem op dwingende toon gebiedt naar het podium te gaan, bedenkt de ritwinnaar zich en beweegt zich schoorvoetend het ijzeren trapje op om een bos bloemen en het geel af te gaan halen.
Het is de climax van de derde keer in de geschiedenis dat de Tour op Nederlands grondgebied is gestart. Na Amsterdam (1954) en Scheveningen (1973) was het de Leidse koersorganisator Joop Riethoven gelukt de Franse ronde naar zijn stad te halen. Ruim drie ton had het hem gekost. Riethoven was flink met de pet rond gegaan bij lokale ondernemers en had in ruil voor een financiële bijdrage belooft dat hun merknamen prominent in beeld zouden zijn tijdens de 5,2 kilometer lange proloog. Enkele uren voordat de eerste renner in de Groenoordhallen werd weggeschoten om aan het lusje door Leiden te beginnen, had Riethoven een ingehuurd bedrijf nog snel wat reclameborden laten ophangen langs de weg. Aan het feit dat contractueel was vast gelegd dat er in de laatste honderden meters voor de finish uitsluitend officiële Toursponsoren zichtbaar mochten zijn, ging de Leidenaar voor het gemak maar even voorbij. Het zet de relatie tussen Riethoven en Tourdirecteur Lévitan al onder hoogspanning nog voordat er ook maar een meter door welke renner dan ook is gefietst. Dat de weergoden het op donderdag 29 juni 1978 – de Tour start in vervlogen tijden nog wel eens op doordeweekse dagen – flink op Leiden hebben voorzien gooit meer olie op het vuur. Niet dat Raas zich daar veel van aantrekt. De Zeeuw heeft zijn zinnen gezet op het eerste geel, zodat hij de volgende dag als klassementsleider door Nederland in de richting van Sint Willebrord kan fietsen. Ondanks de stromende regen raffelt hij de 5,2 kilometer af met een gemiddelde van dik 47 kilometer per uur. Raas is bewust al vroeg gestart en dat blijkt een groot voordeel te zijn. De weersomstandigheden worden alsmaar slechter en alle kanshebbers bijten zich stuk op de snelle tijd van de Zeeuw. Velen moeten het zelfs noodgedwongen rustiger aan doen op de natte en daardoor verraderlijk gladde klinkers in de Leidse binnenstad. Nog voordat de laatste renner de aankomst bereikt sijpelen er geruchten door dat meerdere ploegen de Tourdirectie hebben verzocht de proloog te neutraliseren en niet mee te laten tellen voor het klassement.
De jury gaat in beraad en ondanks dat er geen eensgezindheid is, stemt een lichte meerderheid voor het schrappen van de uitslag. Het besluit zet een dikke streep door de proloogzege van Raas en diens bijbehorende gele trui. De Zeeuw is vanzelfsprekend des duivels. Met name Lévitan heeft het in zijn ogen gevreten. Het tweetal leefde op dat moment al enkele uren met elkaar in onmin, doordat het Raas en enkele andere renners van TI-Raleigh verboden was de proloog te rijden in nieuwe aerodynamische pakken. Door het jurybesluit zal het nooit meer goedkomen tussen de twee. Onmiddellijk worden er ook allerlei bijkomende factoren geopperd, die vandaag de dag met gemak tot de complottheorieën geschaard zouden kunnen worden. Zo wordt door menigeen beweert dat het de wedstrijdleiding een doorn in het oog zou zijn dat er naast Raas liefst vier van zijn ploeggenoten bij de eerste tien in de prolooguitslag geklasseerd staan. Ook het feit dat enkele Franse klassementsrenners, onder wie Jean-René Bernaudeau en Raymond Martin, tegen een achterstand van al meer dan een minuut aan kijken, zou een mogelijke verklaring kunnen zijn voor het ongeldig verklaren van de proloog. Feit is dat Raas tot op het bot getergd raakt en die negatieve energie een etmaal later weet om te buigen in iets positiefs. In de slotkilometer in Sint Willebrord, op een parcours dat hij goed kent van zijn vele trainingstochtjes, geeft hij voordat het peloton aan een massasprint kan beginnen alles en iedereen het nakijken. Met een dag vertraging mag hij alsnog zijn ritzege vieren en het geel aantrekken, al moet er een boze en vermanende preek van ploegleider Post aan te pas komen om Raas richting het podium te bewegen. Daar gunt hij Lévitan geen blik waardig. De Zeeuw is trouwens niet de enige die boos is. In de Tourcoulissen staat Corry Konings klaar om Raas zijn leiderstrui om te hangen. De Brabantse zangeres is op speciaal verzoek van Rini Wagtmans, de oud-renner en tevens inwoner van Sint Willebrord die er medeverantwoordelijk voor was geweest dat de Tour zijn woonplaats aandeed, vanuit België overgekomen voor de huldigingsceremonie, maar ook van haar moeten de Fransen niets hebben. Corry wordt, naar eigen zeggen, door de dochter van Lévitan pardoes van het podium gestuurd om plaats te maken voor de vaste ronde-missen. Het merkwaardige verloop van de Tourouverture van 1978, op Nederlands grondgebied bezorgt Jan Raas, en met hem vele anderen, een heel apart gevoel van binnen.
