Foto Sirotti
De jarige Christophe Lavainne en de pijnlijkste juichfoto van de Tour de France
Natuurlijk had hij het kunnen weten. Moeten weten, zelfs. Maar hij wist het niet. Had geen idee. Niemand die het hem even was komen vertellen. En dus beging hij een van de grootste blunders uit zijn carrière. Uitgerekend op het hoogste podium. In de grootste en belangrijkste koers ter wereld, ten overstaan van een miljoenenpubliek, schaart Christophe Lavainne zich in een rijtje met namen waartoe hij liever niet zou willen behoren. Dat van renners die uitbundig juichend over de finish komen, in de veronderstelling verkerend dat ze een klinkende overwinning boeken, terwijl in werkelijkheid een ander die al lang voor hun neus heeft weggekaapt. In plaats van het jubelend middelpunt van belangstelling te zijn is hij de schlemiel van de dag. Als Nantes was gebouwd op drijfzand, zou de renner uit de Castorama-ploeg van Cyrille Guimard er op maandag 2 juli 1990 het liefste zo diep mogelijk in zijn weggezakt. Geluk bij een ongeluk is dat Lavainne een geldig excuus kan aanvoeren voor zijn blunder. Zelden verloopt een Touretappe namelijk chaotischer dan die tussen Poitiers en Nantes. Het is de reden dat niemand de Fransman zijn inschattingsfout kwalijk neemt. De wanorde van eerder die dag brengt Lavainne nog een bijkomend voordeel. Er valt genoeg te vertellen over die merkwaardige derde Touretappe, waardoor menig journalist de onterecht juichende renner slechts in een klein bijzinnetje noemt en er verder nauwelijks aandacht aan schenkt.
Het verhaal van de eerste Tourdagen van 1990 is vooral dat van boze Franse boeren. De tweede etappe, een 56 kilometer lange ploegentijdrit rond Futuroscope, wordt ontsierd door meerdere vervelende incidenten. Boze schapenfokkers, die wol naar enkele volgauto’s gooien, worden door de Tourdirectie nog oogluikend gedoogd, maar als even later een groep anonieme demonstranten het aanvankelijk gemoedelijke protest kaapt en takken, olie en mest op het parcours legt, zijn de rapen gaar. Meerdere ploegen worden onderweg gehinderd en enkele renners, onder wie de Spanjaarden Pedro Delgado en Antonio Espejo, komen zelfs ten val. Schuldbewust bieden de schapenboeren de Kelme-ploeg van die laatste de volgende dag een schaap aan als goedmakertje. Het levert het even merkwaardige als lachwekkende tafereel op dat de Colombiaan Nélson Rodríguez, vlak voordat de derde etappe in Poitiers van start gaat, met het aangelijnde dier in de Tourcoulissen rondfietst. Alsof hij het schaap voordat hij aan zijn werkdag begint nog even snel moet uitlaten. Niemand die dan nog kan bevroeden dat de 233 kilometer lange etappe naar Nantes eveneens zal worden gekaapt door demonstranten.
Ditmaal zijn het geen schapenfokkers, maar graanboeren die de Tour aangrijpen om aandacht te vragen voor hun ongenoegens. Zodra Tourdirecteur Jean-Marie Leblanc lucht krijgt van mogelijke protestacties wordt onmiddellijk extra politie ingezet, maar die kan weinig doen aan de blokkade die na 87 kilometer is gevormd door brandende tractorbanden, takken en graan. Het gelukkig nog compacte peloton zal een omweg moeten zoeken, maar niemand weet precies hoe te rijden om na een extra lusje weer op de geplande route uit te komen. Een zestienjarige krantenbezorger biedt uitkomst. De jongen kent de streek vanzelfsprekend op zijn duimpje en gebiedt de Tourkaravaan hem te volgen. Driekwartier lang kachelen de renners over kronkelende Franse landweggetjes achter een Mobilette aan, met aan weerszijden twee enorme tassen vol kranten. Na 25 kilometer noodgedwongen sightseeën zet Moeder Gans haar kroost weer af op het hervonden parcours. Het peloton is door de onderbreking zichtbaar van de kaart. Meerdere valpartijen ontsieren de etappe en niemand heeft zin om iets te ondernemen. Bijna niemand, dan. Met nog een uur koers voor de wielen besluit Moreno Argentin er tussenuit te knijpen. De Italiaanse oud-wereldkampioen hoopt een vluchtgroepje te initiëren, merkt al snel dat geen van zijn collega’s interesse heeft en besluit dan toch maar aan een 45 kilometer lange solo te beginnen.
De ontsnapping van Argentin gaat aan het merendeel van het peloton geruisloos voorbij. Dat er nog wel een kortstondige tegenaanval wordt opgezet, die niet veel later onschadelijk gemaakt wordt, zorgt er bovendien voor dat sommige renners het overzicht helemaal kwijt zijn en in de veronderstelling verkeren dat alle vluchters zijn ingelopen. Vandaar dat Lavainne na het binnenrijden van Nantes een uitvalspoging waagt. Een neutrale televisiekijker, die weet dat Argentin op weg is naar een zekere ritzege, zal de demarrage niet begrijpend aanschouwen, maar de Fransman denkt voor de ritzege te gaan. Met een uiterste inspanning blijft hij het volop sprintende peloton in de laatste hectometers nipt voor. Hij houdt nog net een paar tellen over om beide handen ten hemel te heffen en het publiek een uitgebreide blik op zowel zijn glimlach als het blauwwitte en op een tuinbroek lijkende – de ploeg wordt gesponsord door een Franse bouwmarktketen – shirt van Castorama te gunnen. Het is allemaal voor niets. Als Lavainne na het passeren van de finish ziet dat zijn verzorger hoofdschuddende bewegingen maakt en de persmuskieten zich al massaal rond iemand anders hebben verzameld, weet hij genoeg. De Fransman heeft zich vergist. In plaats van zijn ritzege in de Tour van 1987 een passend vervolg te geven, plaatst Christophe Lavainne zich in het rijtje van renners die een pijnlijke blunder begingen.
Foto Sirotti