Als jeugdrenner en amateur spat de klasse er van af. Zo’n coureur krijgt een profcontract, dat spreekt voor zich. Halverwege 1986 tekent Ronny Vlassaks bij de ploeg van Jan Raas. Kwantum, dat het jaar erop wordt gehoofdsponsord door Superconfex. Veel winnen doet Vlassaks vervolgens niet meer. Op zijn eerste profzege moet hij meer dan twee jaar wachten. Het is 24 augustus 1988 als Vlassaks met John Bogers en Hennie Kuiper voorop komt in Veenendaal-Veenendaal, de klassieker tussen aanhalingstekens die vandaag de dag de Dutch Food Valley Classic heet. Het is Hennie Kuipers laatste ‘grote’ wedstrijd maar de jonge Vlaming gunt hem geen afscheidscadeautje en wint.
Ronny Vlassaks verlaat aan het eind van dat seizoen de ploeg Raas en rijd nog een seizoen bij S.E.F.B. Zonder succes, hij stopt er daarna mee. ‘Ik won veel in de jeugd en ben tot mijn 26-ste beroepsrenner geweest, maar ik voelde mij niet erg thuis in de wielerwereld’, zegt de gewezen renner vele jaren later als hij door Topsportamsterdam.nl wordt geïnterviewd als hoofdcoach van de Squashbond Nederland (SBN). Squash inderdaad, een sport die nogal ver weg staat van het wielrennen. Maar Vlassaks weet in elk geval wat topsport is, maakt hij in hetzelfde interview duidelijk. ‘Ik merk dat ik erg veel aan het wielrennen heb overgehouden. Op het gebied van levensstijl, professionele instelling, mentaliteit, motivatie en dat soort zaken denk ik dat ik de squashers veel kan leren en dat ze zich hierdoor kunnen ontwikkelen. Zelf heb ik het als squasher tot de Belgische eredivisie geschopt.’
- UCI-man springt en juicht voor Jopie - 25/09/2020
- Raad het plaatje - 25/09/2020
- De spreekwoordelijke rode lantaarn - 18/09/2020
Geef een reactie