Het Mysterie van de eerste gele trui van Herman Chevrolet is een literair verwoorde geschiedenis van de Tour. In negen grote verhalen – chronologisch geordend, waardoor vanzelf een scherp historisch beeld ontstaat – biedt het boek een venster met een verrassend uitzicht. Geen loze heroïek, geen dorre statistieken, maar indringende portretten van eenlingen vol twijfel en angst, voortdurend in gevecht met de tegenstander of de natuur, bezig roem te vergaren zonder goed te weten waarom, om uiteindelijk altijd tot het tragische inzicht te komen dat na elk succes de val en het verval naderbij komen.
EEN FATALE SAMENWERKING De telefoon rinkelde en hij liep rustig naar het tafeltje waar zijn BlackBerry lag. ‘Yes, Anna?’ ‘Neen, met Johan. Heb je geen nummerherkenning dan?’ ‘Fuck. Ik hoopte dat het Anna was.’ ‘Nu ja, als je wil kan ik wel doen alsof ik haar ben.’ ‘Nee, laat maar. Ik krijg er een naar gevoel bij als je zo gaat doen. Getver.’ ‘Daar ben ik het mee eens.’ ‘Vooruit dan. Waarom bel je?’ ‘Het gaat over Alberto.’ ‘Oh. Fuck. Hij.’ ‘Lance, ik wil met je praten. We hebben een probleem met Alberto.’ ‘Goed. Wat is er nu weer aan de hand met hem? Doet hij weer vreemd? Speelt zijn hoofd weer op? Ik heb hem nu al een tijdje niet meer gezien. Het enige dat ik weet is dat hij weer heeft gewonnen.’ ‘Ja. Ja. De Vuelta, eigenlijk moeten we niet zeuren: na de Giro hebben we nu de winst beet in Spanje. Dat is behoorlijk. Maar dat weet je ook wel natuurlijk.’ ‘Ja, ja.’ ‘Kijk, nu dreigt hij ermee het team te verlaten. Hij wil meer geld. Ploegen zouden voor hem in de rij staan, tja, dat wil ik wel geloven. Ze willen hem allemaal hebben, schijnt logisch te zijn.’ ‘Maar hij staat nog onder contract?’ ‘Precies. Dat heb ik hem uitgelegd. Ik sta ook onder contract en dat ga ik niet zomaar verbreken. Zo werken die dingen niet heb ik hem uitgelegd.’ ‘Fuck him.’ ‘Precies, dat is wat we gaan doen.’ ‘We?’ ‘Precies.’ ‘Nu schrik ik. Wat is je plan?’ ‘Iemand moet hem stoppen, en ik vind dat alleen jij dat kan doen.’ ‘Hoe? Moet ik hem laten omleggen, dat kan, ik vind wel een of andere schurk die dat zou kunnen. Niet dat ik in die milieus zit, maar ik kan wel eens navragen.’ ‘Hmm, aanlokkelijk. Maar ik weet iets veel beters: als jij nu eens… ‘ ‘Als ik wat?’ ‘Wel, terug zou keren in het peloton, het is niet zo dat er nu spectaculair wordt gereden, je hebt je basisconditie nog… ‘ ‘Oude tijden laten herleven?’ ‘Mooie tijden waren dat,’ zei Bruyneel met een zachte stem. Lance Armstrong vroeg zich af of Bruyneel dacht aan al die keren dat hij hem bergop liet rijden in de regen en in de sneeuw liet trainen of eerder aan die keer dat ze van alles bedachten om zich op de een of andere manier zo te prepareren dat niemand maar een schijn van kans had om hem te betrappen. ‘Ja, mooie tijden.’ Toen viel het gesprek enkele seconden stil. ‘Ik zou dat eigenlijk ook wel willen,’ antwoordde Armstrong. ‘Per slot van rekening heb ik niet veel meer te doen, ik verveel me zo’n beetje.’ Hij dacht dat Bruyneel wel zou begrijpen dat hij het als een grap bedoelde maar eer hij de telefoon kon neerleggen zei Bruyneel dat alles daarmee geregeld was: ‘We zullen die Spanjaard een lesje in nederigheid leren. ‘Ik weet niet of dat een goed idee is, Johan. Maar, weet je, tell him to jerk off, gooi hem uit het team en dan ben ik je man. Deal?’ ‘Lijkt me een goed plan.’ ‘Zeker, als een oude man als Sastre de Tour kan winnen, dan kan ik dat ook. Geen probleem.’ Het leken net twee gangsters die met elkaar bespraken hoe ze een kraak moesten zetten. ‘Maar ik kan hem niet uit het team zetten, contracten en meer van die dingen. Godver, Lance, ik heb je hulp nodig. Alleen jij kunt hem pakken.’ ‘Fuck. Als ik dat doe zal Kristin er niet blij mee zijn.’ ‘Kristin? Je ex? Wat heeft die daar nu mee te maken?’ ‘Veel Johan, veel. Ik zie haar nog nu en dan, en ja, ze is spiritueel geworden en laatst vertelde ze me dat ik het helemaal fout heb gedaan, vroeger, omdat ik de lijn heb overschreden.’ ‘Welke lijn?’ ‘Dat weet je toch zelf wel… de lijn. Dus, als k terugkeer in het peloton: geen vreemde dingen meer.’ ‘Dan kun je toch nooit winnen? Jezus, die Kristin weet niet waarover ze het heeft.’ ‘Maak je geen zorgen: ik win zonder al dat gedoe ook wel.’ ‘Dat hoop ik Lance, dat hoop ik. Ik word schijtziek van die Contador.’ ‘Vroeger toch niet?’ ‘Neen, vroeger niet. Maar toen was alles ook veel beter.’ ‘Ja.’ Lance Armstrong legde de telefoon neer. Het leek hem helemaal geen idioot idee. En wat die Kristin betrof, hij hoefde haar toch niet alles te vertellen? Ha, hij kreeg er weer helemaal zin in, hij zou die tuinkabouters eens leren wat echt fietsen is. Vooral die kleine kut-Spanjaard van een Contador. Stel je voor, straks zouden de mensen nog denken dat die nieuwe ster aan het firmament beter was dan hij, Armstrong, de grootste renner alles tijden. Dat mocht hij niet toestaan. Het mysterie van de eerste gele trui
Auteur: Herman Chevrolet
Uitgeverij De Arbeiderspers
Prijs: € 19,95
Geef een reactie