Hernán Buenahora

Hernán Buenahora

Feest! De Tour de France van 1996 start in Den Bosch. Terwijl Nederland zich voorbereidt op een extra carnavalsweekend, rekent Hernán Buenahora uit het Colombiaanse Barichara zich rijk. Dit is zíjn Tour. Met meer beklimmingen, vijf aankomsten bergop en een klimtijdrit kan hij misschien wel top-5 rijden! Eén probleempje: de eerste etappes gaan door oneindig laagland. En dat is geen feest voor Colombiaanse klauteraars.
 
Hernán Buenahora is zo’n typisch pocketklimmertje waarvan het Spaanse Kelme er ieder jaar negen opstelt. Kelme is een ploeg met twee gezichten: in de eerste etappes vallen de groene truitjes niet op, maar zodra de bergen opdoemen blinken de klimdwergen uit in aanvalslust.
 
Hernán eindigde een jaar eerder in de top-10 en kreeg de prijs voor de meest strijdlustige renner. In Barichara is hij een held. Na de grote jaren ’80 met Herrera en Parra heeft het wielergekke Colombia eindelijk weer een groeibriljant. Hernán zorgt voor spektakel op onregelmatige bergpassen in de Alpen en de Pyreneeën. In de brandende zon is hij op zijn best. Maar zover is het nog lang niet.
 
Het ziet er niet uit. Hernán, twee turven hoog, dokkerend over Nederlandse provinciale wegen. De laatste 50 regenachtige kilometers breken aan, het peloton is nerveus en Hernán kan zich niet meer comfortabel laten meezuigen achter brede ruggen. Ook hij wil voorin zitten, al wijst alles op een massasprint. Terwijl hij ploetert op breed asfalt, sluipt de angst voor waaiervorming in zijn systeem. Tegen de wind in rijden is niet zijn ding. Toch moet het. Tussen Den Bosch en Den Bosch, dwars door Brabant en Gelderland. Overleven, denkt Hernán, overleven.
 
De treintjes van de sprinters formeren zich. Geletruidrager Alex Zülle is goed omringd door ploegmaats. Alles lijkt op een normale voorstelling in het krankzinnige theater van de Tour. Maar dan slaat het noodlot toe. Verslaggever Mart Smeets ziet het als eerste: valpartij! Nederland ziet een close-up van een Colombiaans, van pijn verwrongen gezicht. Hernán Buenahora op een dijkje bij Zaltbommel. “Heel Colombia kent Zaltbommel nu, Jean.”
 
Op het moment dat Frédéric Moncassin in de sprint Jeroen Blijlevens verslaat, zit Hernán in de ambulance. Gebroken middenhandsbeentje. Hij wil naar huis, naar Barichara.

Kasper Dijk