“Ik had al ergens daarboven kunnen zijn!” Met zijn linker duim wijst Guido Winterberg omhoog. Naar de lucht. Richting hemel. Hij spreekt de woorden uit met trillende stem. De cameraman van de Schweizer Fernsehen filmt weliswaar van de zijkant, waardoor de ogen van de Zwitserse renner niet goed zichtbaar zijn, het neemt niet weg dat de schrik duidelijk is af te lezen op het gezicht van Winterberg. De renner van Team Helvetia – La Suisse heeft zojuist de dood in de ogen gekeken. Niets heeft het gescheeld. Nou ja, bijna niets. De tiende etappe in de Ronde van Zwitserland van 1990 is bijna Winterbergs laatste geweest. Eén met aankomst op de intensive care van het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Of erger. De afdaling van de Wildhaus dreigt Winterberg niet naar een dal in het groen ogende Appenzellerland te leiden, maar regelrecht naar het hiernamaals. Slechts een reflex, één waarvan Winterberg niet eens wist dat zijn lichaam die in huis heeft, voorkomt een ongeluk met mogelijk fatale afloop.

Kort voor de bijna noodlottige seconden is Guido Winterberg vlak achter landgenoot Hans Haltiner boven gekomen op de top van de Wildhaus, een vrij steile klim van de tweede categorie. Het is op voorhand één van de scherprechters in de tiende etappe van de Ronde van Zwitserland. In de afdaling neemt Winterberg de leiding van Haltiner over. Winst in de 199 kilometer lange rit tussen Unterägeri en Herisau komt de knecht van Team Helvetia goed van pas. Lang is de erelijst van Winterberg namelijk niet. Als knecht bij ploegleider Paul Köchli zijn de kansen om voor eigen succes te gaan niet talrijk. Dat zal in de aanstaande Tour de France niet anders zijn. Ritwinst in eigen land is voor Winterberg meteen een mooie manier om zich te verzekeren van selectie voor de Tour. Een garantie die Winterberg goed kan gebruiken. Een jaar eerder heeft hij de belangrijkste van alle etappekoersen gemist. Afwezig, na drie opeenvolgende deelnames. Desondanks is de band tussen Köchli en zijn pupil goed.

Diezelfde Paul Köchli is vijf jaar eerder degene die Guido Winterberg zijn eerste profcontract bezorgt. Niet bij zomaar een ploeg, bij het sterkste team van dat moment: La Vie Claire. De Franse zakenman en multimiljonair Bernard Tapie is in 1984 de oprichter van de ploeg, waar Bernard Hinault en Greg Lemond de volgende jaren strijden om het kopmanschap en winst in de Tour de France. Kim Andersen, Jean-François Bernard en Steve Bauer maken in 1985 deel uit van de ploeg. Een jaar later komt Andrew Hampsten de gelederen nog wat sterker maken. Hoofdsponsor is Tapie’s drogisterijketen La Vie Claire. De tenues, met vlakken in rood, blauw, geel, wit en grijs, van elkaar gescheiden door dikke zwarte lijnen, maken dat er in elke wedstrijd een tiental rijdende Mondriaan-schilderijen in het peloton rondwaren. Tot de verbazing van velen kiest Tapie voor de relatief onbekende Zwitser Köchli als het gaat om het ploegleiderschap. Köchli is eind jaren ’60 zelf weliswaar prof geweest, maar zonder veel aansprekende resultaten. Als ploegleider revancheert de kalende Zwitser, met achterop zijn hoofd een karakteristieke grijzende paardenstaart, zich. Met dank aan Hinault en Lemond.

Te midden van alle grote namen haalt Köchli vlak voor de start van de Ronde van Zwitserland van 1985 het 22-jarige talent Guido Winterberg bij zijn ploeg. De kersverse neoprof wint prompt de eerste etappe van zijn thuisronde en wordt ruim een week later derde in het eindklassement. Achter winnaar Phil Anderson en land- en ploeggenoot Niki Rüttimann, maar voor gevestigde namen als Sean Kelly, Beat Breu en Peter Winnen. Als knecht van Hinault en Lemond debuteert Winterberg iets meer dan een jaar later in de Tour de France. In de jaren die volgen gaat Winterberg zijn ontdekker achterna. Net als Niki Rüttimann en Steve Bauer. Als La Vie Claire in 1987 het hoofdsponsorschap overdraagt aan Toshiba blijven de drie de ploeg nog trouw. Een jaar later stappen Köchli en zijn pupillen over naar het nieuwe Zwitserse Weinmann-team. Vanaf 1989 is verzekeringsmaatschappij Helvetia hoofdsponsor.

Ondanks prestaties van kopmannen als Pascal Richard, Gilles Delion en Steve Bauer bezorgen Weinmann en Team Helvetia Köchli aanzienlijk minder succes dan La Vie Claire en Toshiba in de jaren voor 1988 deden. Tot overmaat van ramp stapt Bauer in 1990 over naar het Amerikaanse 7 Eleven. Een dagzege in de Ronde van Zwitserland zou dus meer dan welkom zijn voor Team Helvetia. Niet in de laatste plaats om revanche te nemen op Joseph Vögeli. De koersdirecteur van de Ronde van Zwitserland heeft zich voor aanvang van zijn ronde nogal negatief uitgelaten over Köchli’s ploeg. Niet offensief. Te Behoudend. Sparend voor de Tour de France. Het zijn een paar kernwoorden waarmee ‘Sepp’ Vögeli de grootste Zwitserse ploeg in het profpeloton van 1990 doorzaagt in de pers. Als vanzelfsprekend kan Köchli zich niet vinden in de kritiek, maar de etappe-uitslagen maken dat Vögeli het gelijk vooralsnog aan zijn kant heeft. Het is een extra motivatie voor Guido Winterberg om zich in de tiende etappe los te maken van het peloton. Op dat moment heeft de Zwitser nog geen idee van het naderende gevaar dat enkele honderden meters van hem vandaan de Wildhaus oprijdt. Tegen de richting van het parcours in. De inmiddels snel dalende renner tegemoet.

guidowinterbergUitgerekend diezelfde ochtend heeft het peloton korte tijd gestaakt. Uit onvrede over de karige veiligheidsmaatregelen, die de organisatie van de Ronde van Zwitserland in 1990 heeft genomen. De negende etappe een dag eerder is ontsierd door een gruwelijke valpartij. Direct na het vertrek uit startplaats Lenzerheide heeft het peloton een afdaling voor haar kiezen gekregen. Met een snelheid van ruim 70 kilometer per uur komen Marc van Orsouw en Luc Roosen met elkaar in botsing. De Nederlander van PDM en de Belg van Histor-Sigma zijn beiden niet bij machte de controle over hun rijwiel te behouden. Met de onvermijdelijke val die volgt duperen de twee niet alleen zichzelf. Harry Rozendal kan zijn vallende collega’s niet ontwijken. De renner van Panasonic waagt een poging, maar knijpt zo hard in zijn remmen dat zijn achterband de vrijgekomen krachten simpelweg niet aan kan. Rozendals remblokken drukken de band letterlijk kapot, waarmee hij zichzelf het zwaarste slachtoffer van de valpartij maakt. De klapband torpedeert de Nederlander met hoge snelheid tegen het asfalt. Loeiende sirenes klinken even later uit het dal achter Lenzerheide. Rozendal is niet langer op weg naar de finish in Unterägeri, maar naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis. Een gebroken rib, pols én borstbeen, plus hersenschudding, wordt een paar uur later door het Zwitserse ziekenhuispersoneel in ‘dossier Rozendal’ gekrabbeld. Ook Roosens land- en ploeggenoot Herman Frison weet de val niet te ontwijken en moet per ambulance worden afgevoerd.

Voor de start van de tiende etappe besluit het peloton te protesteren. De tweehonderd kilometers naar Herisau, inclusief beklimming van de Wildhaus, kunnen wachten. Eerst een statement maken. Een steile afdaling, luttele kilometers na het vertrek, is in de ogen van veel renners namelijk vragen om problemen. De meesten realiseren zich dat hetgeen Rozendal, Van Orsouw, Roosen en Frison is overkomen net zo goed hun eigen lot had kunnen zijn. Onder aanvoering van regerend wereldkampioen Greg Lemond weigeren de renners daarom in startplaats Unterägeri op hun fietsen te stappen. Koersdirecteur Vögeli is woest. Niet het parcours, maar de rijstijl van sommige renners is in zijn ogen de grote boosdoener. Na een verhitte discussie met ‘stakingsleider’ Lemond zet het peloton vijf minuten later alsnog koers richting de finish in Herisau. Onwetend dat een reflex van Guido Winterberg de wielerwereld een paar uur later zal behoeden voor een nog grotere tragedie dan een dag eerder.

Op de hielen gezeten door een cameraploeg van de Schweizer Fernsehen trekt Guido Winterberg flink door in de afdaling van de Wildhaus. De Zwitser weet dat zo meteen eerst nog de Stoss zal moeten worden beklommen, alvorens Herisau in zicht komt. Daar wacht vlak voor de aankomst bovendien nog een lastige klim. Winterberg is er alles aan gelegen zijn voorsprong op favorieten als Sean Kelly, Robert Millar en Andrew Hampsten te vergroten, voordat de klassementstoppers in het zicht van de finish hun benen zullen laten spreken.

De afzink van de Wildhaus is geen heel moeilijke. De weg is breed genoeg en de bochten niet al te scherp. Op veel stukken kunnen de renners meetrappen. Voortdurend een wijsvinger in de buurt van de rem houden is niet nodig. Concentratie, en de bochten op de juiste manier aansnijden. Dat is het belangrijkste om veilig het dal te bereiken. Precies op het moment dat Winterberg een flauwe bocht naar links aansnijdt, slaat de schrik hem om het hart. Ineens kijkt hij tegen de voorkant van een zilverkleurige BMW. De auto komt in tegengestelde richting de Wildhaus opgereden. De bestuurder heeft blijkbaar een afzetting weten te omzeilen, of is ontsnapt aan de aandacht van de plaatselijke verkeerspolitie. Tijd om na te denken is er niet. Laat staan dat Winterberg gelegenheid heeft om zich te realiseren in welke levensgevaarlijke situatie hij van het ene op het andere moment is beland en een uitweg uit zijn benarde positie kan verzinnen. Zijn snelheid van meer dan 70 kilometer per uur zal hem binnen enkele tienden van een seconde in contact brengen met de voorbumper van de BMW.

Met een korte, impulsieve ruk aan het stuur trekt Winterberg op gevoel zijn fiets naar rechterkant van de weg. Naar de buitenbocht. Weg uit de rijbaan die de BMW omhoog volgt. Een sierlijke curve is het resultaat van de reflex. Alsof het de normaalste zaak van de wereld is dat een renner op volle snelheid nog even om een tegemoetkomende auto moet zien te sturen. Ook de motor van de Zwitserse televisie kan de BMW ternauwernood ontwijken.

Terwijl een stoot adrenaline Winterbergs schrikgevoelens tempert en de renner zelfs extra krachten geeft om zijn weg te vervolgen, rijdt de Zwitser verder omlaag. Pas onderaan de Wildhaus realiseert Winterberg zich hoe zeer hij door het oog van de naald gekropen is. Hij moet zijn emoties kwijt en richt zich tot de cameraman, die inmiddels naast hem rijdt. In Zwitser-Duits brengt de renner van Team Helvetia onder woorden wat hem zojuist is overkomen. Hoe hevig hij geschrokken is en vooral dat hij voor hetzelfde geld op dat moment al aan de hemelpoort had kunnen staan. Ondertussen trapt hij door. Wat moet hij anders?

De top van de Stoss zal Winterberg een aantal kilometers verderop nog als eerste bereiken. Daarna vloeien de krachten langzaam uit zijn lichaam weg. De ontsnappingspoging vergt uiteraard veel van de eenzame vluchter. Een belangrijk deel van zijn energie en concentratie gaat echter uit naar het verwerken van wat hem kort daarvoor is overkomen. Als eerste finishen in Herisau is voor Winterberg ineens veel minder belangrijk dan eerder die dag. Het feit dat hij ongeschonden de Wildhaus is afgekomen voelt al als een overwinning.

Als de Zwitser is ingelopen door het uitgedunde peloton doet ploeggenoot Niki Rüttimann een dappere poging Team Helvetia alsnog aan de zo gewenste etappezege te helpen. In het zicht van de finish komt hij net te kort. Dankzij een ultieme krachtsexplosie in de laatste kilometer mag Uwe Ampler juichend over de streep in Herisau rijden. De voormalig Oost-Duitser is in zijn jaren als staatsamateur moeilijk te kloppen, maar heeft als nieuwbakken prof moeite om zijn draai te vinden. Desondanks boekt hij in Zwitserland zijn tweede profzege. Sean Kelly, Amplers ploeggenoot bij PDM, stelt er nog voor de vlakke slotetappe zijn tweede eindzege in de Zwitserse ronde veilig. Een editie die bijna was opgeschrikt door een vreselijke tragedie, als Guido Winterberg niet in een reflex de tegemoetkomende BMW had weten te ontwijken.

Een volgende rennersstaking levert het incident in de tiende etappe van de Ronde van Zwitserland van 1990 niet op. Sepp Vögeli erkent de onveilige situaties waar het peloton onderweg aan is blootgesteld, maar voert als verklaring aan dat zijn ronde nu eenmaal niet beschikt over dezelfde financiële middelen als de Tour de France of de Giro d’Italia. Een vergelijkbare hoeveelheid politie-inzet om het parcours af te zetten en de renners te behoeden voor obstakels en onverwachte situaties, is om die reden niet mogelijk. Vögeli herhaalt het meermaals in de pers. Om er nog maar eens aan toe te voegen dat er in zijn ogen ook verantwoordelijkheid ligt bij de renners. Guido Winterberg heeft er geen boodschap aan. Het gevaar dat plotseling vlak voor hem opdoemde, had hij nooit zelf kunnen voorkomen. Het enige dat binnen zijn mogelijkheden lag deed hij: in een reflex een korte ruk aan zijn stuur geven. Uitwijken. Het redde de Zwitser wellicht zelfs het leven.

Na het bijna-ongeluk duurt de carrière van Guido Winterberg nog anderhalf jaar. Eind 1992 trekt verzekeringsmaatschappij Helvetia zich terug als hoofdsponsor van de ploeg van Paul Köchli. Winterberg besluit geen nieuwe werkgever te zoeken en zijn fiets aan de wilgen te hangen. De tot timmerman geschoolde Zwitser volgt een opleiding tot sportmasseur. Als renner kampt Winterberg met rugklachten en laat zich daarom regelmatig onder handen nemen door een masseur. Het wekt zijn interesse om na zijn profcarrière zelf een praktijk te beginnen. ‘Medizinische Massagepraxis Guido Winterberg’ is tot op de dag van vandaag te vinden in Sursee. Zijn geboorteplaats, op een paar kilometer van Luzern.

Het kan haast niet anders dan dat Guido Winterberg af en toe nog wel eens wakker schrikt, na weer een nachtmerrie over wat er zich op 21 juni 1990 in de afdaling van de Wildhaus afspeelde. De koplampen van de naderende BMW brandden weliswaar niet, maar ’s nachts in bed zullen ze Winterberg ongetwijfeld nog wel eens recht in de ogen kijken. Badend in het zweet en met een hartslag alsof hij zo-even meerdere keren de Wildhaus beklommen heeft, schrikt Winterberg wakker. Rechtovereind in bed. Verstijfd en geschrokken, als een kleuter die plotseling een horrorclown uit de struiken rond zijn favoriete speeltuin ziet opduiken. Een koude rilling loopt over zijn rug, als de beelden van toen zich weer eens meester maken van zijn netvlies. Terwijl het tempo waarmee zijn hart het bloed door zijn lichaam pompt langzaam rustiger wordt, realiseert de Zwitser zich vermoedelijk weer hoe veel geluk hij destijds heeft gehad. Geluk dat hij met die ene intuïtieve reflex zelf wist af te dwingen.

Ruim 26 jaar geleden is het nu. Voor Guido Winterberg bijna een half leven. Op 19 oktober viert de voormalige knecht van Hinault en Lemond zijn 54ste verjaardag. Afgezien van het ene filmpje op YouTube is over het incident op de Wildhaus niet veel te vinden. Winterberg zelf past inmiddels met gemak op de roemruchte lijst ‘vergeten wielrenners’, die Het Is Koers de afgelopen jaren heeft samengesteld. Gelukkig! Zonder die ene reflex had dat de naam Winterberg nu heel andere gevoelens kunnen oproepen bij menig wielervolger.

Guido Winterberg. Een vergeten renner. Maar wel één in leven én in goede gezondheid.

Vincent de Lijser