Wielercultuur

Toen we kennismaakten met de vandaag (29 oktober) jarige Primož Roglič

Een aangename lentezon hangt boven Apeldoorn als op de vrijdag na Hemelvaartsdag in 2016 198 renners een voor een het startpodium in het Omnisportcentrum afrollen. Het is de ouverture van de 99ste Giro d’Italia. De avond voordien heeft Wilfried de Jong, in gezelschap van de Italiaanse spreekstalmeester Stefano Bertolotti en de Brit Anthony McCrossan, op het Marktplein in de Gelderse stad alle deelnemers voorgesteld aan het publiek. Als het negental van Team LottoNL-Jumbo het podium betreedt, gaat alle aandacht vanzelfsprekend uit naar kopman Steven Kruijswijk. Terecht, zal later in de ronde blijken. De rossige Brabander ontpopt zich in de drie weken die volgen onverwacht tot de grootste kanshebber op de eindzege, rijdt liefst vijf dagen in het roze en alleen een sneeuwmuur, die plots rechts van de weg opdoemt in de spekgladde afzink van de Colle dell’Agnello, zal uiteindelijk een streep zetten door wat de eerste Nederlandse eindzege in de Giro had kunnen – en moeten – zijn.

Behalve Kruijswijk krijgt in de coulissen alleen Maarten Tjallingii van de LottoNL-Jumbo-renners kort wat aandacht tijdens de ploegenpresentatie. De inwoner van Arnhem zal drie dagen door zijn thuisregio koersen en heeft publiekelijk uitgesproken ten aanval te willen trekken en een poging te wagen een etappe te winnen of tenminste de blauwe bergtrui te grijpen. Die aankondiging wekt logischerwijs de interesse van het plaatselijke journaille in Apeldoorn. De andere zeven LottoNL-Jumbo-renners worden nagenoeg geheel met rust gelaten tijdens de ploegenvoorstelling.

Plichtmatig zwaaien ze naar het in grote getalen toegestroomde publiek. Dat Hemelvaartsdag voor veel mensen een vrije dag is heeft het aantal bezoekers dat op de presentatie is afgekomen zichtbaar goed gedaan. Niemand die dan kan bevroeden dat de wereld nog geen etmaal later kennis maakt met een Sloveen in Nederlandse dienst die niet alleen slechts 0,022 seconde te kort komt om in Gelderland de eerste roze trui te grijpen, maar die in de volgende jaren tot het eregilde der klassementsrenners zal behoren.

Als precies halverwege het 9,8 kilometer lange lusje door Apeldoorn een tussentijd wordt geklokt, zet Primož Roglič weliswaar iets moois op de klok, het gaat tamelijk geruisloos aan de wereld voorbij. Dat komt deels doordat er na de renner van LottoNL-Jumbo nog meer dan vijftig anderen moeten starten. Onder hen zijn niet alleen nagenoeg alle klassementsrenners, maar ook erkende specialisten in de strijd tegen het uurwerk, onder wie Jos van Emden, Stefan Küng, Fabian Cancellara en Tom Dumoulin. Van die laatste verwacht wielerminnend Nederland in Apeldoorn niets minder dan een proloogzege en de bijbehorende roze trui.

Over Roglič is nog maar weinig bekend. Ook het inmiddels tot op de laatste druppel uitgemolken triviale feitje dat hij voor zijn wielerloopbaan aan skischansspringen deed is dan nog niet wereldkundig. Niemand weet dus precies of en in hoeverre er met hem rekening moet worden gehouden. Bovendien is precies drie minuten voordat de Sloveen aan zijn Girodebuut begint Tim Wellens van het startpodium gedenderd. De Belg brengt bij het tussenpunt de snelste tijd op de klokken. Roglič geeft één tel toe op Wellens en als twee minuten later Moreno Moser precies datzelfde doet, verwacht iedereen dat alle toppers de tijden van het trio met gemak uit de naslagwerken zullen fietsen. Dat zal in de praktijk vies tegen vallen.

Uiteindelijk zijn halverwege de proloog alleen Tom Dumoulin en Stefan Küng sneller dan de als een komeet uit de startblokken geschoten Wellens. De tussentijd van Roglič blijft de vijfde. Bovendien zal achteraf blijken dat de Sloveen zijn slag met name slaat in de tweede helft van de tijdrit.

Waar nagenoeg iedereen opnieuw één of meerdere tellen moet toegeven op Dumoulin, loopt Roglič na het eerste meetpunt juist in op de Nederlander. Intussen is dan al duidelijk dat Cancellara geen rol van betekenis gaat spelen in de strijd om de dagzege. De Zwitserse ‘Spartacus’ geeft liefst acht seconden toe in de eerste 4,8 kilometer en moet niet minder dan achttien renners voor zich dulden. Al snel blijkt dat alleen de verrassende Roglič het feestje van Dumoulin kan bederven. De Sloveen heeft de proloog in niet meer dan elf minuten en drie seconden afgeraffeld.

Behalve de genoemde specialisten lijken ook alle anderen zich stuk te bijten op die pijlsnelle tijd. Wellens en Moser geven in het tweede deel meer toe dan hen lief is en ook sprinter Marcel Kittel, die volle bak door Apeldoorn snelt om zo dicht mogelijk op het roze te eindigen in een poging het kleinood met hulp van bonificatieseconden de volgende dag over te kunnen nemen, geeft meer dan tien seconden toe. Als Dumoulin de laatste hectometers naar de finish inzet en de chronometer de elf minuten nadert, breken bloedstollend spannende seconden aan. De Nederlander perst alles uit zijn lijf en dat blijkt hard nodig. Zodra zijn voorwiel de verlossende streep aantikt en de klok kan worden stopgezet, staat precies dezelfde tijd als die van Roglič op het scherm. Elf minuten, drie seconden.

Het komt aan op wat er achter de komma staat. In tienden zijn de twee eveneens gelijk, dus het gaat om honderdsten. Duizendsten, zelfs. Dan blijkt het kwartje nipt in het voordeel van Dumoulin te vallen. Met een minimaal verschil van 0,022 seconden klopt de renner van Team Sunweb zijn collega van Team LottoNL-Jumbo. In Apeldoorn stijgt gejuich op. Bijna had een grote onbekende het roze voor de neus van ‘onze’ Tom weggekaapt. Negen dagen later bewijst de Sloveen dat zijn tweede plek geen toeval was. In de veertig kilometer lange negende etappe, een tijdrit rond Chianti, is hij iedereen de baas. Vanaf dat moment is Primož Roglič een naam waar de wielerwereld nog veel van zal horen in de volgende jaren.

Bekijk ook van Vincent de Lijser

Toen we kennismaakten met de vandaag (29 oktober) jarige Primož Roglič

Wielercultuur

Het plan B van de vandaag (28 oktober) jarige Victor Campenaerts

Wielercultuur