Charly Mottet (16 december 1962)
Er zijn maar weinig sporten waarin het een voordeel is om klein te zijn. Turnen, dwergwerpen en bergop fietsen, verder kom je niet.
Charly Mottet was klein. Tenminste, als je 1 meter 64 klein vindt. Je zou het ook ‘niet zo groot’ kunnen noemen. Hij was een kop groter dan de meeste Colombianen met wie hij zij aan zij bergop reed, maar weer twee koppen kleiner dan iemand als Indurain.
Je zou ook kunnen zeggen: Indurain was groot. Even waar.
Maar we hadden het dus over Charly Mottet.
Populaire jongen, goeie renner, fijne klimmer. In zijn alom gebruikte bijnaam echoot de vertedering die je voelt als je hem op archiefbeelden naar boven ziet dansen.
Petit Charly, het lieve neefje van fietsend Frankrijk. Daar houden ze van, de Fransen, van kleine, driftige mannetjes. Van mannen die zo af en toe wel eens winnen, maar veel vaker ten onder gaan aan hun eigen goede bedoelingen, renners die een eeuwige belofte in zich dragen, eindeloos in afwachting van een bloei die misschien wel nooit komt.
Veel van dat soort renners gaan bij voorkeur nooit de grens over. Hun status in Frankrijk is omgekeerd evenredig aan die in het buitenland. Als eenoog in het land der zienden aankomt, is hij opeens geen koning meer.
Het zal waarschijnlijk daarom zijn dat Charly Mottet voornamelijk actief was voor Franse ploegen. Renault, Systeme-U, RMO; daar was hij de ster die hij elders niet was. Later probeerde hij het nog kort voor een buitenlandse ploegleider, Peter Post. Geen succes.
Mottet slaagde erin om een heel wielerleven lang een belofte te blijven. Dat is niet iedereen gegeven.
Het zijn van belofte is als een geslaagde striptease: je moet niet teveel suggereren, vooral niet teveel van jezelf prijsgeven, maar wel steeds net genoeg om het publiek hongerig te houden.
Op melodie van ‘You can leave your hat on’.
1984: Charly wint het eindklassement van de Tour de l’Avenir, alsmede drie etappes. Overmacht, heet dat. Het eerste kledingstuk vliegt door de zaal, de toeschouwers kijken gefascineerd toe.
1985: in zijn eerste jaar bij de profs wint hij wat kleine Franse koersen, waarvan men in Frankrijk denkt dat het géén kleine koersen zijn. De stripper maakt wat wulpse bewegingen, toont een glimpje van haar vlezige, nou ja, je-weet-wel.
1986: nauwelijks zeges van belang. Teasen, wachten, vertragen.
1987: Charly wint de Dauphiné Libéré, in vakkringen wel bekend als de kleine Tour. Vervolgens draagt hij zes dagen de gele trui en wordt vierde in het eindklassement. De stripper staat nu in haar ondergoed. Gejoel in de rokerige nachtclub.
1988: Een paar mooie zeges, waaronder een eerste klassieker, de Ronde van Lombardije. De stripper draait zich met haar rug naar het publiek en ontdoet zich van de laatste restjes bovenkleding.
1989: Wéér een reeks mooie overwinningen, waaronder de Vierdaagse van Duinkerken en nogmaals de Dauphiné. Zesde in de Tour. Ze draait zich om naar de zaal, haar handen bedekken al wat bedekt moet worden.
1990: Een etappezege in de Tour, maar verder weinig moois. Het licht gaat uit in de zaal. De bezoekers kunnen nog slechts hun fantasie laten werken.
1991: Vierde in de Tour twee etappes, die hij op twee achtereenvolgende dagen behaalt. De suggestie is bijna werkelijkheid geworden. Een spotlight zwerft door het zaaltje, op zoek naar het naakt op het podium.
1992: winst in de Dauphiné, maar een teleurstellende Tour. Verder ook geen uitslagen van belang. De spot heeft het meisje op het podium gevonden. Ze is bezig zich aan te kleden.
1993: slechts een zege in de Ronde van de Middellandse Zee brengt Charly Mottet nog prominent op de sportpagina’s. Daarna wordt alles minder. Er floept een lelijk tl-licht boven het podium aan. De stripper is inmiddels bijna helemaal aangekleed. Het publiek keert zich teleurgesteld van haar af.
1994: een etappe in Parijs-Nice wint hij nog. Daarna: stilte. Einde carrière. Afgelopen. Uit. Afgeschminkt en gehuld in een mottige winterjas verlaat de stripper het podium. De mannen in de zaal zien het al niet meer, ze zijn haar onmiddellijk vergeten.
Einde muziek.
Jaren later keert Charly terug in het wielrennen. Hij wordt de man achter de microfoon in de Tourkaravaan, als opvolger van de vuilbekkende Bernard Hinault. Weer later treedt hij in dienst van UCI, als technisch consultant voor parkoersen en koersdirecteur van de nieuw op te zetten wereldbekerwedstrijden in Canada. Het danseresje is bazin van de nachtclub geworden.
- Voorpublicatie ‘Fietsen om niet aan te komen’ van Frank Heinen - 30/04/2021
- Vergeten wielrenner: José Beyaert - 20/04/2021
- Vergeten wielrenner: Rebecca Twigg - 01/04/2021
“Van mannen die zo af en toe wel eens winnen, maar veel vaker ten onder gaan aan hun eigen goede bedoelingen (…)” > Mottet ging vooral ten onder aan het feit dat hij geen doping wou nemen. En dus altijd minstens 1 ‘jour-sans’ had in een grote ronde. Vraag het maar aan Willy Voet.
Ja, schwalbekönig, dat is inderdaag algemeen bekend over Mottet, dat van die dopingloosheid. Ik schrijf in deze serie echter al vrij vaak over dopinggerelateerde problematiek dus ik dacht: ik laat dat deel eens helemaal weg:-)
@Frank: ik heb het ook gehad met de hetze (terwijl andere sporten vaak ongemoeid worden gelaten). Maar ik vond dat het in zijn geval zeker belicht mocht worden. Want Mottet kon niet met gelijke wapens strijden. En nu wordt hij afgeschilderd als een talent-zonder-meer. Mottet verdient beter.
Mottet en Delion, dat waren toch de twee ‘schone strijders’?
Het was een afweging, ik doe m’n best. Iedere keer over de komst van epo in 1992/1993 te schrijven (wat vaak wel erg belangrijk is), vind ik ook zo wat. Dat dit inherent is aan het niet inlossen van zijn belofte, is voor de goede verstaander. Overigens, heeft Mottet zich ooit expliciet uitgesproken tégen doping tijdens zijn carriere?
Zijn moed staat buiten kijf, maar ik probeer alleen per stukje een andere invalshoek te kiezen. Nu is het dat van de publiekslieveling in wie de interesse van het publiek onmiddellijk verflauwt als de prestaties (om wat voor reden dan ook) achterblijven. Vond ik interessant.
@Leon Klopt, Delion heb je als het goed is ook liggen. Daar is zijn beslissing om eerlijk te blijven fietsen het hoofdthema van het stukje.
De belangrijkste vraag is natuurlijk deze: hoort Charly Mottet wel thuis in het rijtje van vergeten renners? Voor mij niet, maar dat kan een genereatiedingetje zijn.
generatiedingetje. Tikfout, zorry,
Antwoord: nee!
@Frank “heeft Mottet zich ooit expliciet uitgesproken tégen doping tijdens zijn carriere?” > Geen idee. Maar dat heeft bvb. ook Edwig Van Hooydonck pas gedaan nà zijn carrière. Omerta, zeker?
@schwalbekoenig Ik sta altijd huiverig tegenover sporters die zich TIJDENS hun loopbaan uitspreken tegen doping. Doet me denken aan predikanten die tegen dit of tegen dat zijn, en ondertussen… .
Ik mis in dit verhaal de tweede plaats van Mottet in de Giro van 1990 achter Gianni Bugno die in de vorm van z’n leven verkeerde. Hij won de koninginnenrit op de Passo Pordoi, door samen met Bugno de overgebleven concurrentie op minuten te rijden.
Als jaarlijkse Tour de France bezoeker heb ik Charly verschillende keren in de bergen zien fietsen,een schitterende coureur die ondanks dat hij vaker verloor dan won een geweldig goede herrinering bij mij achter gelaten.