Foto Eric Houdas

Wielercultuur

Verjaardagskalender 1 april: Erik Breukink (1964)

In Spankeren is doorgaans weinig te beleven. Het bekende rijmpje over Almelo van cabaretier Herman Finkers – ‘een stoplicht springt op rood, een ander weer op groen, in Almelo is altijd wat te doen’ – is moeiteloos toepasbaar op het Gelderse dorp aan de Veluwezoom. Behalve op een aangename zomervooravond in 1990. Op het oog meer mensen dan Spankeren inwoners kent, hebben zich verzameld rond de muziektent aan het Kerkplantsoen. Het is dat het eind juli is en de gemiddelde leeftijd van het aanwezige publiek de veertig ruimschoots overtreft, maar in de verte heeft de samenkomst wel iets weg van het onthaal van Sinterklaas. Niet de Goedheiligman, maar een voormalig inwoner van Spankeren is de aanleiding van de festiviteiten. Twee dagen eerder stond hij nog op de Champs-Élysées in Parijs, aan de zijde van Greg Lemond en Claudio Chiappucci, op het laagste treetje van het erepodium van de Tour de France. Twee tijdritzeges had hij bovendien weten te boeken tijdens de drieweekse expeditie door Frankrijk. Een fraaie prestatie, al had er wellicht nog meer in gezeten. Veel meer zelfs, als hij in de Pyreneeënetappe naar Luz Ardiden niet weer eens een inzinking te verwerken had gekregen, die hem kostbare tijd kostte. Desondanks had Erik Breukink zich in de slotweek netjes herpakt en de derde plek in het klassement alsnog veilig gesteld.

Een week voor de ontknoping van de 77ste Tour de France loopt de spanning in Spankeren langzaamaan steeds verder op. De tijd dat Erik Breukink één van de nog geen duizend inwoners van het Gelderse dorpje was, is inmiddels voorbij, maar ondanks zijn verhuizing naar het Belgische Kalmthout wordt de zoon van oud-Gazelle-directeur Wim – de fietsenfabriek staat in het naast Spankeren gelegen Dieren – nog altijd als een dorpsgenoot beschouwd. En die zou zomaar de Tour kunnen gaan winnen. Een jaar eerder had Breukink, na voor de derde maal op rij een sterke Giro d’Italia te hebben gereden, in Frankrijk het eerste geel gepakt door de proloog te winnen. Hij was de leiderstrui na een dag echter al weer kwijt geraakt en had de ronde bovendien voortijdig verlaten, dus het momentum om te huldigen verdampte. Nu hij in 1990, op zeven dagen van Parijs, best wel eens de derde Nederlandse Tourwinnaar zou kunnen gaan worden, begint men in Spankeren steeds vaker aan een huldigingsceremonie te denken.

Het is niet eens zo gek. Na vijftien etappes staat Breukink tweede in het klassement, op een kleine twee minuten van de verrassende Chiappucci, die na die beroemde vroege ontsnapping in de eerste rit in de bergen niet van wijken wil weten. Huizenhoog favoriet voor de Tourzege, Greg Lemond, staat echter meer dan dertig seconden achter Breukink. De andere favorieten moeten nog meer goed maken. De Nederlander is bijna de gehele ronde al sterker dan de Amerikaan, dus de algemene verwachting is dat Lemond het verschil niet meer zal gaan inlopen, terwijl die verdraaide Chiappucci in de Pyreneeën toch ergens wel een keer zal moeten breken. In Spankeren worden de eerste draaiboeken voor een huldiging geschreven en er wordt gecheckt of de lokale fanfare op de eerste dinsdag na de Tour beschikbaar is.

De plannen raken in een dermate vergevorderd stadium dat de festiviteiten afblazen haast duurder zijn dan ze hoe dan ook door laten gaan. Als Breukink in de zestiende etappe naar Luz Ardiden Lemond en ritwinnaar Miguel Induraín niet kan volgen – de Nederlander maakt er zo ongeveer een gewoonte van ergens in een grote ronde een buitengewoon slechte dag door te maken – en duidelijk wordt dat hij de Tour niet zal gaan winnen, besluit men in Spankeren de huldiging niet zomaar af te blazen. Even de kat uit de boom kijken en zien of en hoe de lokale ster zich herpakt. Die doet dat inderdaad, wint op de voorlaatste dag knap zijn tweede tijdrit en eindigt als nummer drie op het erepodium in Parijs. Een Tourzege is het niet, maar het zijn wel degelijk prestaties die een huldiging verdienen, redeneert men in Spankeren.

En dus zet de plaatselijke fanfare op dinsdag 24 juli, het is net voor etenstijd, feestelijke muziek in als een open auto met daarin Erik Breukink, diens trouwe meesterknecht gedurende de Tour Gert Jakobs en PDM-ploegleider Jan Gisbers, bij de muziektent arriveert. De wethouder houdt een stichtelijk praatje, Breukink krijgt een schilderij en een bos bloemen overhandigd, er worden handtekeningen gezet en foto’s gemaakt, een voor de gelegenheid ingehuurd promotieteam deelt PDM-prullaria uit – een jochie van nog net geen tien jaar oud is hevig teleurgesteld als op de pr-kaart van de ploeg, die hij in z’n kleine handjes gedrukt krijgt, niet Breukink of een andere kopman als Raúl Alcalá of Sean Kelly staat afgebeeld, maar Rudy Dhaenens. De kaart verdwijnt thuis snel onderin een la, om er twee maanden later trots weer uit gevist te worden als de Belg de nieuwe wereldkampioen is; tot zover deze persoonlijke noot – en een uur later is het hele gezelschap alweer vertrokken.

Breukink en Jakobs worden diezelfde avond nog in Stiphout verwacht voor het plaatselijke na-Tourcriterium. Het volgende jaar, als Breukink de Tour wél wint, zullen ze het allemaal nog eens over doen. Tenminste, dat denkt men in Spankeren op dat moment nog. De Intralipid-affaire in de ronde van 1991 zet een jaar later een dikke streep door dat plan. Een nieuwe huldiging van Erik Breukink zal er niet meer van komen. Het zou nog heel lang heel rustig blijven in Spankeren.

Ook vandaag jarig:

  • Alain Vasseur (1948)
  • Paolo Bettini (1974)
  • Gerrit Glomser (1975)
  • Haimar Zubeldia (1977)
  • Roxane Knetemann (1987)

Bekijk ook van Vincent de Lijser

Verjaardagskalender 1 april: Erik Breukink (1964)

Wielercultuur

Verjaardagskalender 31 maart: Monique Knol (1964)

Wielercultuur