Foto Door Onbekend - [1], Publiek domein

Wielercultuur

Verjaardagskalender 11 januari: Franco Balmamion (1940)

Een adelaar vergeet niet te eten. Instinctief voelt de roofvogel feilloos aan wanneer het tijd is om een volgende prooi buit te maken. Gegangmaakt door machtige, krachtige vleugelslagen cirkelt de adelaar door de lucht op zoek naar een gewillig slachtoffer. Zijn scherpe klauwen zullen weldra geen partij blijken voor een weerloos diertje. Met zijn puntige haaksnavel wordt de prooi aan stukken gescheurd en de honger uiteindelijk gestild. De adelaar van Canavese is geen roofvogel, maar een mens van vlees en bloed. Een 22-jarige renner, die in 1962 door ploegleider Vincenzo Giacotto tot kopman van de Carpano-ploeg voor de Giro is gebombardeerd. Al in de tweede etappe gaat het mis. De adelaar vergeet te eten en komt de onvermijdelijke man met de hamer tegen. Hongerklop kost hem minuten tijdverlies.

Een dikke streep kan door de ploegentactiek van Giacotto. Die heeft naast Franco Balmamion, zoals de adelaar van Canavese bij de burgerlijke stand van de Turijnse gemeente Nole staat ingeschreven, nog een ander ijzer in het vuur. Nino Defilippis is de eigenlijke kopman van Carpano. De flamboyante stadgenoot van Balmamion is in alles het tegengestelde van zijn ploegmakker. Defilippis is extravert, een publiekslieveling, altijd bereid de pers aan een goed verhaal te helpen. Balmamion daarentegen staat bekend als verlegen en introvert. Slechts een ding hebben de streekgenoten gemeen. Beiden zijn supporter van die andere voetbalclub uit Turijn. Niet Juventus dus, maar Torino kan op de onvoorwaardelijke steun van de Carpano-renners rekenen. Voor de Giro had ploegleider Giacotto de taken binnen zijn ploeg helder verdeeld. Defilippis zou, naar zijn eigen wens, voor dagzeges gaan. De flamboyante renner staat liever zo vaak mogelijk op het podium met ‘spumante’ te spuiten dan dat hij berekenend moet rijden om na drie weken een goede eindklassering te kunnen overleggen. Het is de reden dat Giacotto de jonge Balmamion tot klassementskopman heeft gebombardeerd. Door diens hongerklop in de tweede Giro-etappe van 1962 kan echter direct een streep door dat plan.

Giacotto besluit dat de rollen omgedraaid worden. Balmamion kan door zijn tijdverlies mee springen met ontsnappingen en ritten proberen te winnen, terwijl de goed geplaatste Defilippis, tot zijn eigen onvrede, moet strijden om het roze. De Giro van 1962 loopt uit op een ware afvalrace – slechts 47 van de 130 gestarte renners rijden uit – en terwijl de meeste concurrenten gaandeweg de ronde verzwakken, wordt Balmamion alsmaar sterker. Langzaam maar zeker wint hij tijd terug op zijn rivalen en klimt omhoog in het klassement. In eerste instantie gebruikt Balmamion zijn krachten nog om Defilippis in de bergen bij te staan, maar als die alleen maar onzeker wordt van het rijden van zijn ‘superknecht’ en in de 17e etappe met een wanhoopspoging zichzelf opblaast, grijpt Balmamion zijn kans. Bijgestaan door meerdere ploeggenoten, die tot razernij van Defilippis niet zijn kant maar die van Balmamion kiezen, grijpt de adelaar van Canavese de macht aan de oevers van het Comomeer. Terwijl Defilippis steeds meer buiten zinnen raakt en met afstappen dreigt – Herbie Sykes schreef het fraaie boek ‘Balmamion’ over de Giro van 1962, aanrader! – slaat de adelaar zijn klauwen uit en pakt het roze. Een jaar later zal Franco Balmamion zijn Girozege weten te prolongeren.

Foto Door Onbekend - [1], Publiek domein