Foto Panini

Wielercultuur

Verjaardagskalender 14 juli: Mauro Simonetti (1948)

‘Encore une tour! Encore une tour!’ De woorden van de snel en druk pratende Franse speaker resoneren via een luidspreker over de Boulevard de la Plage in Le Touquet. De kustwind blaast de klanken in de zonovergoten badplaats aan de Franse westkust veel verder dan de Tourorganisatie beoogde, toen de geluidsinstallatie diezelfde morgen aan enkele lantaarnpalen was bevestigd en werd aangesloten op de microfoon, die door de vaste spreekstalmeester ter hand was genomen. Een ieder kan de woorden van de speaker, om aan te duiden dat er nog een plaatselijk rondje van een slordige vijf kilometer moet worden afgelegd alvorens de finish van de middagetappe plaatsvindt, zonder veel moeite opvangen. Nou ja, bijna iedereen.

Aan een renner gaan ze achteloos voorbij. Het is degene die zich even eerder licht heeft afgescheiden van zijn zes medevluchters en nu solo op de aankomstlijn af komt denderen. Zich niet beseffend dat hij nog een rondje dient af te leggen, steekt hij trots en juichend zijn linkerarm op om de etappezege te claimen. Terwijl de speaker, nu op nog luidere toon, zijn ‘encore une tour!’ begint te herhalen, als ware hij een elpee die in de groef blijft steken, passeren zijn achtervolgers de verbouwereerde renner op volle snelheid. Die beseft dan pas dat hij zich misrekend heeft. Hij moet nog een rondje. Niets overwinning. Doorrijden.

Het is pas 1971, dus de blunder van schaatser Hilbert van der Duim, die op het WK Allround van 1981 een ronde te vroeg denkt zijn vijf kilometer te hebben voltooid en de titel op zak te hebben – het ‘Hilbert, jongen, je moet doorrijden!’ van schaatscoach en gelegenheidstelevisiecommentator Leen Pfrommer is zeker net zo legendarisch als de gebeurtenis zelf – is nog toekomstmuziek, maar met terugwerkende kracht is de vergelijking zeer treffend. Net als Van der Duim tien jaar later, verspeelt Jos van der Vleuten in Le Touquet een Tourritzege. Die komt door de blunder van de Nederlander in Italiaanse handen terecht. Een knecht uit de Ferretti-ploeg rond de Zweedse kopman Gösta Pettersson boekt in het noordwesten van Frankrijk zijn grootste profzege. Zijn naam? Mauro Simonetti.

De Tourorganisatie schept er in de jaren ’70 genoegen in om etappes in meerdere delen op te splitsen. Zo moet er in 1971 daags na de proloog niet een, ook niet twee, maar zelfs drie keer worden gestart en evenzoveel maal worden gefinisht. Ook vijf dagen later, als het peloton zich inmiddels in Noord-Frankrijk bevindt, moeten dichtbij de Belgische grens twee halve etappes worden afgelegd. Op die manier kunnen meer steden fungeren als start- en/of aankomstplaats en strijkt de Tourdirectie vanzelfsprekend meer op van de gelden, die de plaatselijke burgemeesters met graagte betalen om de Franse ronde tot een bezoekje te verleiden.

Op vrijdag 2 juli 1971 hebben de renners in de ochtenduren al 127,5 kilometer afgelegd tussen Roubaix en Amiens. Na een korte onderbreking wordt er vervolgens diezelfde middag over 133,5 kilometer koers gezet van Amiens naar Le Touquet. Het weerhoudt een zevental er niet van, met nog ongeveer een uur voor de wielen, het er op te wagen. Onder impuls van Jos van der Vleuten en de Fransman Jean-Claude Genty ontstaat een kopgroep, die verder bestaat uit de Duitser Rolf Wolfshohl, Frans Mintjens uit België, de Spanjaard Ventura Díaz en de Italiaanse ploeggenoten Wilmo Francioni en Mauro Simonetti.

Tot frustratie van Goudsmit Hofs-ploegleider Kees Pellenaars is het met name Van der Vleuten die beulswerk verricht en met zijn krachten smijt om uit handen van het jagende peloton te blijven. De voorsprong van de zeven komt nooit boven de halve minuut uit, maar telkens als de vluchters dreigen te worden opgeslokt, zet de Nederlander zich weer op kop en wringt nog maar eens een nieuwe tempoversnelling uit zijn lijf.

Terwijl zijn metgezel duidelijk aantoont de sterkste van de zeven vluchters te zijn, laat Mauro Simonetti zich rustig meevoeren. De tweedejaarsprof besluit zijn kans geduldig af te wachten. Die komt er daadwerkelijk als Van der Vleuten de pijnlijke en kostbare blunder begaat die hem de etappezege kost. Terwijl de Franse wedstrijdspeaker het publiek laat weten dat er nog een plaatselijke omloop dient te worden afgelegd alvorens de finish bereikt is, zet de Nederlander zijn eindsprint in.

‘Encore une tour! Encore une tour!’ klinkt het steeds luider, maar het is tegen dovemans oren gericht. Pas als zijn zes medevluchters de juichende Van der Vleuten passeren en gewoon doorrijden, realiseert de onfortuinlijke renner dat hij zich vergist heeft. Snel trekt hij zich weer in gang om de aansluiting te bewerkstelligen. De adrenaline, die het realiseren van de fout losmaakt in het lichaam van de Nederlander, geeft hem zelfs de kracht in de slotronde nogmaals te demarreren uit de kopgroep. De energie om voorop te blijven is echter vervlogen. Van der Vleuten komt niet weg en zodra hij is bijgehaald, neemt de gehaaide Simonetti het commando over.

De Italiaan heeft al die tijd op het vinkentouw gezeten en het juiste moment afgewacht. Dat is nu aangebroken. In tegenstelling tot Van der Vleuten beschikt hij wel over voldoende krachten om uit de greep van zijn medevluchters te blijven. Vijf tellen bedraagt zijn voorsprong, maar dat is ruim voldoende om zijn succes al voor het passeren van de meet te kunnen vieren. Terwijl Van der Vleuten met een betraand gezicht als vierde over de meet komt, valt Simonetti dolgelukkig in de armen van een verzorger. Door amper een trap te veel te doen en dankzij voldoende parcourskennis behaalt de Italiaan de grootste overwinning uit zijn carrière.

Bekijk ook van Vincent de Lijser

Verjaardagskalender 14 juli: Mauro Simonetti (1948)

Wielercultuur

Verjaardagskalender 13 juli: Pablo Wilches (1955)

Wielercultuur