Foto Ignacio Gomz
Verjaardagskalender 6 mei: Roman Kreuziger (1986)
Soms is het geven van een meesterlijke voorzet haast mooier dan zelf scoren. Vraag het Arnold Mühren. Zijn magistrale pass, voorzien van precies de juiste richting en snelheid, waardoor Marco van Basten op het EK Voetbal van 1988 de bal achter Sovjet-keeper Rinat Dasajev kon knallen, zal hij hoger inschalen dan welke van zijn zelfgemaakte doelpunten dan ook. Of Frank de Boer. De voorzet waarmee hij op het wereldkampioenschap van 1998 Dennis Bergkamp in staat stelde Oranje naar de halve finale te schieten, waarmee hij en passant Jack van Gelder in een aan hondsdolheid grenzende euforie bracht, is niet alleen belangrijker, maar ook mooier dan elk van de goals die de verdediger zelf in het veld maakte.
In de koers geldt soms hetzelfde, maar er is een wezenlijk verschil. Waar het voorbereidende werk van Mühren en De Boer altijd prominent in beeld is als de uit hun passes voortvloeiende doelpunten worden getoond, gaat de noeste arbeid van menig knecht aan het oog van de camera voorbij. In aanloop naar een massaspurt komt de sprinttrein weliswaar in beeld en in bergetappes zien we sommige helpers kilometers lang op kop sleuren, maar veel van het knechtenwerk speelt zich buiten beeld af. Terwijl de geboden ondersteuning vaak weinig verschilt van de perfecte voorzet, die vervolgens door een teamgenoot succesvol wordt afgerond. Zonder de hulp en het voorbereidende werk van ploegmaat Karsten Kroon had Roman Kreuziger bijvoorbeeld de grootste overwinning uit zijn carrière, de Amstel Gold Race van 2013, wellicht nooit kunnen boeken.
Vier jaar eerder had Kroon zelf een uitgelezen kans om Nederlands grootste eendagskoers te winnen, laten lopen. In de finale zat de geboren Drent vooruit met Robert Gesink en Sergej Ivanov. Kroon voelde zich duidelijk de sterkste van de drie en had er alle vertrouwen in zijn metgezellen in de slotmeters, bovenop de Cauberg, te kunnen kloppen. Gesink vormde inderdaad geen enkele bedreiging. Het dan nog maar 22 jaar jonge talent had zichzelf eerder die dag op de Keutenberg helemaal leeg gereden in een poging met voorsprong solo de Cauberg te bereiken. Tevergeefs. Ook Ivanov reed al langer in de aanval en Kroon blaakte van het zelfvertrouwen. Op het buitenblad reed hij omhoog met Ivanov in zijn wiel.
Achter hen naderde een groep kanshebbers, dus tijd om een potje poker te spelen was er niet. Hoefde ook niet, dacht Kroon. Die Rus kon hij toch hebben?! Maar toen Ivanov op iets meer dan honderd meter van de finish zijn eindschot inzette, slaagde Kroon er niet in nog langszij te komen. Hij had de bal al op de stip liggen, hoefde alleen maar verwoestend uit te halen, maar schoot recht in de handen van de keeper. Niet Kroon, maar Ivanov won de Amstel Gold Race in 2009. De Nederlander deed die dag in Zuid-Limburg echter waardevolle ervaring op, die hij vier jaar later mooi kan doorgeven aan zijn ploeggenoot Roman Kreuziger.
De Tsjech staat vooral te boek als ronderenner – hij heeft top 10-klasseringen in zowel de Giro als de Tour op zijn naam staan en boekte eindzeges in onder meer de ronden van Zwitserland en Romandië – maar zal in Zuid-Limburg aantonen ook in het eendaagse werk uitstekend uit de voeten te kunnen. Niet dat Kreuziger helemaal geen resultaten in klassiekers kan overleggen, hij werd in 2010 al eens vijfde in de Amstel, een jaar later zelfs vierde in Luik-Bastenaken-Luik en in 2009 finishte hij in de Clásica San Sebastián als tweede achter Carlos Barreda. Die prestatie zal jaren later zelfs van achter een jurytafel in een overwinning worden omgezet, als blijkt dat de Spanjaard geknoeid heeft met zijn bloedpaspoort. Dat weten we in het voorjaar van 2013 echter nog niet.
Dan ziet de wereld Kreuziger op de voorlaatste beklimming van de Cauberg, op twintig kilometer van de finish, in gezelschap van Marco Marcato en Giampaolo Caruso, naar een vijf man sterke kopgroep springen, die koploper Mikel Astarloza op de hielen zit. Een kwartier later, als de voorsten zijn samengesmolten, knijpt Kreuziger er tussenuit. Met nog zeven kilometer te rijden gooit de Tsjech zijn metgezellen overboord alsof ze een paar boodschappentassen zijn die je liever niet achterop je fiets hebt als je de Cauberg nog een keer op moet. Terwijl favorieten als Philippe Gilbert en Alejandro Valverde zich verkijken op de voorsprong van Kreuziger en de hoeveelheid energie hij na bijna 250 kilometer koers nog in zijn lijf heeft zitten om die in stand te houden, verrast de renner van Team Saxo-Tinkoff zichzelf en nagenoeg de gehele wereld door de laatste beklimming van de Cauberg glansrijk te overleven en twee kilometer na de top, in Berg en Terblijt, de overwinning op te strijken.
Een zege die hij, zo zal hij achteraf onmiddellijk erkennen, nimmer had kunnen boeken zonder de waardevolle hulp van ploegmaat Karsten Kroon. Zoals Van Basten nooit had gescoord tegen de Sovjet-Unie als Arnold Mühren die voorzet vanaf de linkerkant van het veld niet precies op maat had gegeven. Niet dat de wereld de mogelijkheid had gehad getuige te zijn van Kroons belangrijke bijdrage aan de zege van Kreuziger, maar de parcourskennis die de Nederlander aan hem had doorgegeven en het vele knechtenwerk, met name in de eerste koershelft, hadden ervoor gezorgd dat de Tsjech zo fris als een hoentje aan de finale was begonnen. Iets dat zich op en rond de Cauberg duidelijk uitbetaalt in klinkende munt. Kreuziger scoort, na een meesterlijke pass van Kroon. In het voetbal zou een dergelijke voorzet ongetwijfeld voor eeuwig de boeken in zijn gegaan.