Weken voor de daadwerkelijke start van de Tour de France begint elk jaar het grote voorspel. Onverwachte uitvallers, iets te serieus genomen Tourpools, opkomende talenten; de aanloop naar de Tour is elk jaar weer genieten. Het voorspel is, door de hegemonie van ‘Skyneos’, de laatste jaren misschien zelfs wel spannender geweest dan de uiteindelijke daad zelf. Alsof je in een restaurant een zintuigenprikkelende amuse krijgt voorgeschoteld die de smaakpapillen volledig op scherp zet. Vol spanning wacht je kwijlend van anticipatie op het vervolg, om uiteindelijk als hoofdgerecht een aan de lopende band geproduceerde McDonald’s-euroknallerhamburger voor je neus gesodemieterd te krijgen, die met een zompige kwak op je hagelwitte bord valt.

Vorig jaar bestond het voorspel uit een maandenlange orgie tussen ASO, WADA, UCI, Froome, Brailsford en een half leger aan duurbetaalde advocaten. Onheilspellende, exotische termen als Adverse Analytical Finding, attesten, salbutamol, nierfalen, farmacokinetische studies en nanogrammen per milliliter hielden wielervolgers wekenlang in hun greep. De climax volgde prematuur: een paar dagen voor de Tour werd Froome door de UCI vrijgesproken en mocht hij van start gaan. De daad die erop volgde kwam in drie weken nooit echt meer tot een nieuw hoogtepunt.

Soortgelijke voorvallen zagen we al eerder in de aanloop naar de Tour. In 2006 kregen favorieten Jan Ullrich, Ivan Basso en Francisco Mancebo een dag voor het grand départ een startverbod opgelegd omdat zij op de beruchte lijst van dokter Fuentes bleken te staan. In 2007 zorgde een dopingzaak van Patrick Sinkewitz ervoor dat de gehele Duitse media a priori besloten hun verslaggeving van de Tour te staken. In aanloop naar de Tour van 2008 werd Tom Boonen na lang getouwtrek van de startlijst geschrapt vanwege cokegebruik en in 2009 kreeg Valverde eind mei een koersverbod in Italië opgelegd en omdat de Tour de France dat jaar 3 meter en 24 centimeter over Italiaans grondgebied ging, moest ook El Imbatido de Tour aan zich voorbij laten gaan.

Ook dit jaar zijn we weer getuige van een uitermate turbulente aanloop. Voor de verandering gaat het gelukkig eens niet over doping, maar bestaat het voorspel uit een opeenvolging van afhakende topfavorieten. Primož Roglič besloot na een zware ronde van Italië en de geboorte van zijn eerste kind wijselijk rust te nemen en de Tour links te laten liggen. Bij het verkennen van een tijdrit in de Dauphiné werd Chris Froome door een windvlaag opgetild en met een noodvaart tegen een muurtje aangesmeten. Het aantal botten dat hij bij dat ongeluk niet brak, was op één hand te tellen en daarmee kwam ook voor Froome een plotseling einde aan zijn jacht op recordeindzege nummer vijf.

De sage die ons door Team Sunweb en Tom Dumoulin werd voorgeschoteld, was al helemaal om van te smullen. In de slotfase van de vierde etappe van de Giro kwam de Limburger ten val met een opgave de dag erna tot gevolg. Bij het publiek maakte de roze droom echter al heel snel plaats voor een gele waas. Zonder Giro in de benen was Neerlands hoop in één klap topfavoriet voor de Tour de France. Maar toen was daar ineens die knie. Wat aanvankelijk leek op een onschuldige blessure muteerde in de loop van een paar weken tot een nationaal enigma. Wat was er aan de hand met de knie van Tom? Zwellingen, reactie, vocht, geraakt kraakbeen, carbonsplinters die uiteindelijk grind bleken te zijn, een redelijke tijdrit, even testen, afstappen, slechte communicatie, op een bergtop wachtende trainers, hoop, wanhoop… In de auto op een snelweg ergens halverwege Limburg en de Franse Alpen kwam er uiteindelijk een definitief einde aan kniegate. De Tour, dat werd ‘m niet.

Daarmee mist de Tour van 2019 de nummers vier, drie en twee van 2018. Tel daar nog eens de Ullrichwinter vol feest, bier en barbecues van titelverdediger Geraint Thomas bij op en de gemiddelde liefhebber kan alweer watertanden bij het vooruitzicht van een historisch onvoorspelbare Tour de France. De amuse was fantastisch, nu is het alleen nog aan de renners om een Michelinsterrenwaardig driegangendiner te presenteren.

 

Maarten Meijsen