Het koershart tikt al weer een tijdje. Beetje amechtig, na de winterslaap, noodgedwongen op rustpols.
Pelotonnetjes hebben zich reeds gemanifesteerd: Down Under, in Latijns-Amerika en in de domicilies voor overwinterende pensionado’s: Mallorca, Andalucía en Algarve.
Afgelopen week zag ik beelden van de Ronde van de Verenigde Arabische Emiraten (UAE Tour zeggen ze zelf). Geen idee van wat ik me moet voorstellen bij die federatie, een soort Republiek van Zeven Verenigde Provinciën? Of iets van bij elkaar gescharrelde olie-stadstaatjes.
Doet er niet toe, koers is wat telt. Dank Eurosport zag ik renners van naam (Valverde, Nibali, Dumoulin, plus nog wat topsprinters) zich kwiek voortbewegen over strak gepolijst asfalt dwars door zandvlaktes. Monotoon, het eerste wat in me opkomt. Langs de weg, zodra zich een oase aandient, komt er variatie in het decor, geïllustreerd door wat kamelen, gesluierde vrouwen, en wat mannen in djellaba’s. Wat zou er in de hoofden van de renners omgaan (nooit eerder was deze clichévraag zo prangend).
Dinsdag was de etappe van UAE University (jazeker, met de rector magnificus die het startschot lost?) naar Jebel Hafeet. Een aankomst bergop, met een klim die iets meer dan 10 kilometer duurt, en gemiddeld zo’n 6,5% Voorwaar, geen kattenpis. De tijd echter dat renners in het vroege voorjaar verschenen met een zwembandje wintervet ligt ver achter ons. Er worden vanaf het begin UCI-punten verdeeld, ook hier is het dus om het ‘echie’.
De helikopter vergast ons op panoramische beelden van het gebergte waar het peloton tegen op klautert. Co-commentator Karsten Kroon is lyrisch over de schoonheid van deze klim, hij taxeert hem bij de mooiste die de renner voorgeschoteld krijgt. Ik zie een brede avenue-achtige weg, aangelegd door een kaal monotoon (daar is tie weer) zandkleurige oprisping in de woestijn. Mooi? Je kunt het spreekwoordelijk hebben over de verschillende smaken, maar feit is dat er bij mij geen hormonen geprikkeld raken die maar enige impuls tot overweging van zelf-beklimming oproepen.
Valverde wint op zijn Valverdes: berekenend, overtuigend, daarmee een gerust gevoel van ‘dingen die niet veranderen’ oproepend. Plus de falsificatie van de ‘vloek van de regenboogtrui’, maar ook dat leek me een fabeltje dat enkel diende om de volgers in de media van munitie te voorzien voor een zogenaamde wetmatigheid.
De dagen nadien vullen beide commentatoren (naast Kroon is dat Jeroen van Belleghem) de zendtijd met het ene wissewasje na het andere. Zo mag Kroon alles vertellen over zijn kinderen, en hoe lastig de puberleeftijd is. Wat dat betreft waande ik me meteen in de maand juli. Het geluid uit de Tourkaravaan als een dagelijkse portie zen. Het weer hier buiten met zijn zomerse oprisping zal dat gevoel versterkt hebben.
Vrijdag ging het dan weer naar boven (mijn beeld dat het daar enkel woestijn is, zo plat als een dirham, is ook een fabeltje, geef ik grif toe). Naar Jebel Jais (voor wat de naam waard is, want ik vermoed dat ik ‘m niet ga onthouden). Ditmaal 20 km à 5%, met een constante monotone (…) regelmaat. Het verhaal van de dag lijkt een overdruk van een etappe zoals we die al langer kennen uit de grote rondes. Het tempo hooggehouden door de mannen van de leider (onze eigen Jumbo-brigade). In de finale worden de vluchters van de dag opgepeuzeld. De selectie wordt doorgezet. Als een meerkoppig gevaarte dat stap voor stap, pondje voor pondje, zich bevrijdt van zijn wintervet. Voorin zitten de klassementsrenners met een nog gestroomlijnde zit, hoe verder je naar achter zoomt neemt het wrikken en wroeten toe. Als je een liniaal legt over de ruggen van de renners zie je dat de amplitudo van het schokschouderen eenparig toeneemt.
“Da’s vroeg!”, merkt Van Belleghem enigszins verontrust op, als Koen Bouwman, de jonge Jumbo-adjudant uit de trein springt.
Om kort daarna te vervolgen met volgende one-liner:
“De Plus is in orde”. Laurens De Plus, de laatste in de pikorde voor kopman Roglic.
Dumoulin zet een versmachtende sprint in. Roglic remonteert en snelt er overheen als op een omgekeerde schans, en dat is niet anders dan knap te noemen.
Tis nog vroeg in het seizoen, vind ik. Ik voel me toch wat onwennig met die beelden uit het Arabisch Midden-Oosten. Een aperitiefje zonder calorieën, dat echter wel de eetlust opwekt. Honger naar de koers ‘bij ons’. Op naar de Heilige Vlaamse Week. Ik ben er klaar voor, op tijd, om de koers te verorberen.
- 14 september 2019: de geboorte van een fenomeen - 23/01/2024
- Liefhebber van de koers (“Kom uit de keuken!”) - 25/04/2023
- Waarom de Kartenspielerweg de Kartenspielerweg heet - 05/08/2022
Geef een reactie