De vergeten video die het mountainbiken uitvond: John Tomac is vandaag 3 november jarig (1967)
The Great Mountain Biking Video is het levende bewijs dat zowel de sport als de film- en videotechnologie in een tijdsbestek van bijna vier decennia een gigantische ontwikkeling hebben doorgemaakt. De 36 minuten durende instructie, in 1987 gemaakt door Mark Schulze en Patty Mooney, had net zo goed ‘Mountainbiking For Dummies’ kunnen heten en hangt met terugwerkende kracht van goed bedoeld amateurisme aan elkaar. Half scherpe beelden en net niet helemaal goed getimede montagepunten, vanzelfsprekend ondersteund door een oubollig Kees Casio-synthesizermuziekje, laten de kijker kennismaken met wat op dat moment in hoog tempo eerst de Verenigde Staten en vervolgens de rest van de wereld zal veroveren. Schulze en Mooney tonen ’tips & trics’, geven informatie over de oorsprong van hun geliefde sport en laten enkele vaandeldragers uit de beginperiode van het mountainbiken aan het woord. Het zijn de pioniers, die eigenlijk net te vroeg geboren zijn om volop de rijpe vruchten te kunnen plukken van de internationale doorbraak van het fietsen op dikke banden over ruw terrein. Nog voordat de UCI het mountainbiken officieel erkent en vanaf 1990 de organisatie van wereldkampioenschappen en World Cup-wedstrijden op zich neemt, maken zij de dienst uit. Hun namen roepen bij een ieder die in die periode, vermoedelijk via Wieler Revue, een incidenteel minuscuul artikeltje in een van de Nederlandse kranten of dankzij een korte televisieflits, iets van de mountainbikesport tot zich neemt, onmiddellijk gevoelens van herkenning en nostalgie op. Wie kent ze nog? Amerikaanse mountainbikers van het allereerste uur, zoals Ned Overend, David ‘Tinker’ Juárez en de absolute uitblinker in die beginjaren, John Tomac. Vanzelfsprekend komt het trio uitgebreid aan het woord in The Great Mountain Biking Video, om de kijkers deelgenoot te maken van hun onuitputtelijk lijkende kennis van, en vooral de passie voor, hun sport.
Dat Tomac zijn rol als ambassadeur van het mountainbiken bloedserieus neemt, blijkt wel uit het feit dat de wereldbekerwinnaar van de partij is wanneer op zondag 17 september 1989 de eerste landelijke ATB-dag in Nederland wordt georganiseerd. Op initiatief van de Nederlandse Rijwiel Toer Unie (NRTU) is een ieder die wel eens wat meer wil zien of weten van de nieuwste wielerrage van harte welkom in het sportcentrum van de KNVB in Zeist. Liefst 35 standhouders presenteren zich aan de belangstellenden, die in onverwacht groten getale op de door de voetbalbond tijdelijk ter beschikking gestelde locatie zijn afgekomen. Hun ogen uit kijkend struinen ze langs de standjes met niet alleen fietsen, maar ook accessoires, vakantiereizen en veel meer. Vanzelfsprekend ligt The Great Mountain Biking Video ook goed in het zicht en is Tomac van harte bereid zijn krabbel te zetten op een net aangekocht exemplaar. De Amerikaan, van Kroatische voorouders, is op dat moment een van de nog maar weinige mountainbikers die in zijn levensonderhoud kan voorzien met het uitoefenen van zijn sport. Met dank aan fietsenmerk Mongoose, dat elke maand een fraai salaris op zijn bankrekening stort. Het privilege biedt Tomac twee weken later een riant voordeel op het leeuwendeel van zijn concurrenten, die hun wedstrijden en trainingen niet alleen vaak zelf dienen te bekostigen, maar ook moeten zien te combineren met hun dagelijkse broodwinning. In het Belgische Spa schrijft de Amerikaan met overmacht de wereldtitel op zijn naam. Niet dat die overigens is terug te vinden als je nu op bijvoorbeeld Wikipedia zoekt naar alle mountainbikekampioenen.
Rage in de marge
De sport, die dan nog door menig journalist wat neerbuigend wordt afgedaan als ‘rage’ of ‘modegril’ staat op dat moment immers nog niet onder auspiciën van de UCI en dus is er op zondag 1 oktober 1989 sprake van een officieus wereldkampioenschap. Net als een jaar eerder, toen in het Zwitserse Crans Montana voor de allereerste keer om een mondiale titel werd gestreden – vanzelfsprekend wint een Amerikaan, Mike Kloser – gaat opnieuw een mountainbiker uit het land waar de sport haar oorsprong vindt met de overwinning aan de haal. In een deelnemersveld dat vooral bestaat uit renners die in de wintermaanden door zand en blubber crossen, is fulltimeprof Tomac afgetekend de beste. Zelf zal hij na afloop zijn titel op het zware parcours in de Ardennen toeschrijven aan zijn ervaring en technische kwaliteiten, maar de meeste veldrijders zijn een koers van bijna drie uur lengte niet gewoon en schieten simpelweg te kort. Nationaal mountainbike kampioen en veldritvedette Henk Baars is de beste Nederlander in Spa en moet genoegen nemen met niet meer dan een 22ste plaats.
Korte carrière op de weg
Zijn vele successen op de mountainbike verleiden Tomac zelfs kortstondig een carrière als wegrenner te beginnen. In dienst van eerst 7-Eleven en vervolgens Motorola rijdt hij gedurende anderhalf seizoen een aantal voorjaarsklassiekers en in 1990 zelfs de Giro, maar zonder noemenswaardige resultaten. Al snel besluit hij de racefiets permanent op zolder te stallen en zich weer volledig op de mountainbike te focussen. De concurrentie van met name Europese renners neemt dankzij de als kool groeiende populariteit van de sport echter in rap tempo toe. De Amerikaan wordt in 1991 nog wel, ditmaal officieel door de UCI erkend, wereldkampioen en boekt een fraaie reeks topklasseringen in wedstrijden die deel uitmaken van de Grundig World Cup, maar al gauw loopt de hoeveelheid successen net zo snel omlaag als de parcoursen van de downhill-wedstrijden, waar Tomac ook met regelmaat aan deelneemt. Als in 1996 het mountainbiken Olympisch is geworden – regerend nationaal kampioen Tomac ontbreekt door ziekte aan de start – is het gehele podium Europees. Juárez eindigt als beste Amerikaan op een uitermate teleurstellende negentiende plaats. Het is de paradox die de carrière van John Tomac kenmerkt. De sport die hij zelf groot heeft helpen maken, groeit uiteindelijk zo snel en hard dat het ten koste gaat van zijn eigen palmares.
