Na afgelopen winter waarin zo ongeveer elk heilig wielerhuisje van zijn voetstuk donderde en een complete generatie als leugenachtig en verloren werd weggezet, moest alles anders worden. Een frisse wind door een bedompt hok vol bedrog. Een cultuur waarin winnen op een krentenbol en een blozende boterham met kaas niet langer een utopie maar de nieuwe realiteit moest zijn. Waarheidscommissies, zelfreinigend vermogen en voortaan alleen nog maar eerlijke mannen op de fiets. Mooi hoor allemaal, maar hoe in hemelsnaam kan zo’n paradijs van eerlijkheid en sportiviteit bereikt worden als er buiten de renners om helemaal niks verandert? Wanneer er bijvoorbeeld nog steeds van ze verlangd wordt dat ze 200 kilometer door een zinderend hete woestijn in Californië fietsen.
Het waren best wel indrukwekkende beelden; een peloton in een kaal, maanachtig landschap zonder enige beschutting. Je zou er bijna op vakantie gaan. En dat was nou precies de bedoeling! Want, zo begreep ik van het commentaar duo van Eurosport; de Californische VVV had flink gesponsord aan deze etappe en daarom moesten zo veel mogelijk mensen zien hoe mooi en indrukwekkend het traject tussen Murriet en Greater Palm Springs wel niet is. Dat er eigenlijk niet te fietsen was onder deze omstandigheden leek van ondergeschikt belang.
Later kwamen de verhalen. Over de verschrikkelijke hitte – Thomas de Gendt had zich als een koekje in de heteluchtoven gevoeld- en het beestachtige afzien van de renners. Over de Italiaan Da Dalto van de Cannondale ploeg die geen idee meer had waar ergens ter wereld hij was. Maar vooral over de Belg Pieter Serry die op 300 meter van de zware slotklim knock-out van zijn fiets viel en in een ziekenhuisbed wakker werd. Mensonterende toestanden, maar de sponsor had een mooie dag gehad.
Begrijp me goed, van mij hoeft wielrennen geen veredeld toerfietsen te worden en is het juist die heroïek die de koers zo aantrekkelijk maakt. Maar wanneer sturende instanties als de UCI een schone sport propageren en van renners geëist wordt dat ze op water en brood hun beroep uitoefenen, is het niet fair om diezelfde renners vervolgens gewoon weer over dit soort parkoersen te jagen. Want dan zijn het de coureurs die de volledige verantwoordelijkheid voor de toekomst van de sport in de schoenen geschoven krijgen, terwijl bonden mooie sier maken met verheven voornemens die uiteindelijk niet meer blijken te zijn dan een moreel wenselijke, maar verder lege reactie op de crisis van afgelopen winter.
En dan zal er niet snel wat veranderen en is het wachten op de volgende crisis.
- Een spannend avontuur op de flanken van de Keutenberg - 13/04/2023
- De Zonnestraal: Jean-Pierre Monseré en de herinnering - 15/03/2023
- Koers of voetbal? - 23/06/2021
De heren renners hadden ook kunnen afspreken dat ze er een wandeletappe van maken. Zolang ze zich als makke schapen blijven gedragen zal er ook weinig noodzaak bij de organisatoren en teamleidingen zijn om iets te veranderen…
Je bevestigd hierbij waar het hele stuk om draait, de renners zijn genoodzaakt gewoon te koersen omdat de belangen veel te groot zijn! Iedereen verwacht en verlangd iets van ze en er hoeft er maar 1 te zijn die de lont in het vat steekt en het is al weer bal. Renners zijn nog altijd de speelbal van organisatoren, sponsoren, VIP’s en de UCI. En als ze een keer ergens tegenaan schoppen zijn het de grootste zeikers die hun mond moeten houden en door moeten fietsen, anders liggen ze eruit.
Spijker op zijn kop! Elk woord is raak!