Soms is een wielrenner zo goed dat hij niet kan verliezen. Hij is de topfavoriet, iemand die de concurrentie het hele jaar heeft weggereden. Tiemen Groen is in 1964 zo’n renner. De nog maar 18-jarige Fries maakt in korte tijd naam door zowel het NK als de WK achtervolging bij de amateurs winnend af te sluiten. En hoe. De baanrenner verpulvert de tijden van zijn tegenstanders.
De Olympische Spelen vinden dat jaar plaats in oktober, in Tokio, en Tiemen Groen is bij de achtervolgers de huizenhoge favoriet. ‘Vandaag moet grote dag zijn’, kopt de Telegraaf dan ook op 17 oktober. ‘In de buitenlandse wielerkolonie werd mismoedig met het hoofd geschud. “Tegen deze locomotief is geen kruid gewassen”, zei een Deen wijzende op Tiemen Groen en sommigen gingen zo ver de Nederlanders al bij voorbaat te feliciteren met de naar hun mening zekere gouden plak.’
Maar helaas, Groen faalt. In de halve finale gaat de Italiaan Giorgio Ursi als een bezetene van start. Groen komt dichterbij maar kraakt en moet de zege aan de Italiaan laten. Weg is het zeker gewaande goud… Ook in de strijd om het brons komt het Nederlandse talent niet tot winst.
Groen is bezweken onder de te grote druk, concludeert hij direct na afloop in onder andere het Limburgsch Dagblad. ´Ik kon er niet tegen dat ze in Nederland al vlak na de wereldkampioenschappen zeiden dat ik de enige zekere gouden medaillewinnaar was. Het heeft me de laatste weken steeds achtervolgd en daar ben ik kapot aan gegaan.´
In Tokio doen die dagen overigens ook dopinggeruchten de ronde. Er wordt gewezen naar Ursi en vooral naar een Italiaanse UCI-official die het controleren van deze renner op doping zou hebben verhinderd.
Decennia later wil Groen daar niet veel van weten. In de 2004-editie van Wielerexpress heeft hij het vooral over zijn eigen vorm. ‘Ik verloor ook de strijd om de derde plaats, waaruit ik de conclusie trek dat ik niet in goede doen was’. De Fries heeft daar ook een reden voor: ‘Ik had al snel door, dat wedstrijdritme voor mij heel belangrijk is. We waren al twee maanden (in werkelijkheid iets meer dan twee weken. Groen werd in september wereldkampioen in Parijs, en op 29 september vliegt de Olympische ploeg naar Tokio, red.) van tevoren in Tokio en we moesten meer rusten dan echt zwaar trainen. Dat was de mentaliteit van de meeste baanrenners in die tijd. ”Rusten, rusten”, zei coach Jan Derksen vaak, maar ik heb competitie nodig en miste dus het fond om een goeie tijd neer te zetten.’
Wie denkt dat er voor megatalent Groen een lange succesvolle (prof)carrière in het verschiet ligt, heeft het mis. Hij pakt weliswaar nog wat titels, bij de amateurs én de profs, maar hangt begin 1969 zijn fiets al aan de wilgen. Hij had wel gehad met het leven als (beroeps)wielrenner ‘Dat was de beste beslissing die ik ooit in mijn leven genomen heb, behoudens misschien dan de beslissing om in Zuid-Afrika te gaan wonen’, vertelt Groen in Wielerexpress.
Tiemen Groen gaat na zijn wielercarrière handelen in antiek. In Frankrijk, Engeland en Amerika koopt hij in grote hoeveelheden meubels, zilver bestek en allerlei ander antiek waar geld aan te verdienen valt. De laatste jaren woont pensionado Groen in Zuid-Afrika.
- UCI-man springt en juicht voor Jopie - 25/09/2020
- Raad het plaatje - 25/09/2020
- De spreekwoordelijke rode lantaarn - 18/09/2020
Mooi. l;euk om te lezen. Tiemen Groen uit Oosterzee was mijn jeugdidool.