Wielercultuur

Hoe de vandaag (25 augustus) jarige Franco Chioccioli alsnog zichzelf verbaasde

Elke wielerfan kent ze wel, de beelden van Johan van der Velde tijdens de beruchte veertiende etappe in de Giro van 1988. Gehuld in de paarse puntentrui komt de Nederlander met voorsprong als eerste boven op de Gavia, de laatste beklimming van de dag. Slechts een afdaling naar finishplaats Bormio scheidt hem van de ritzege. Sneeuw, ijs, wind; Van der Velde trotseert het tijdens de beklimming allemaal, maar al in de eerste meters van de afzink raakt de eenzame koploper onderkoeld. Veruit de meeste renners, hun ploegleiders en verzorgers hebben die dag onvoldoende rekening gehouden met de extreem barre weersomstandigheden in de Italiaanse Alpen.

Maar liefst vier graden vriest het op de top van de Gavia en Van der Velde heeft niet meer dan een plastic regenjasje tot zijn beschikking om zich te beschermen tegen al het natuurgeweld dat hem in de afdaling razendsnel overmeesterd. Waar achtervolgers Andrew Hampsten en Erik Breukink beter voorbereid zijn en in ieder geval handschoenen, armstukken en een muts dragen, moet Van der Velde van de fiets om zich te warmen in een langs het parcours geparkeerde camper van toeschouwers. Pas een half uur later besluit hij, enigszins opgewarmd, zijn weg te vervolgen, om driekwartier na ritwinnaar Breukink in Bormio te finishen. ‘En dan nu de huiskamervraag…’, zoals Mart Smeets in zijn televisiecommentaar voor de NOS jarenlang menig anekdote opleukte met wat trivialiteiten. Wie droeg die dag op de Gavia de roze trui? Inderdaad, Franco Chioccioli.

Twee dagen eerder had de Italiaan het kleinood overgenomen van Massimo Podenzana. Door de winst van Chioccioli’s Del Tongo in de ploegentijdrit, met dank aan tempobeulen Giuseppe Saronni en Lech Piasecki, en door een zege in de eerste bergetappe, wederom dankzij sterk voorbereidend werk van veteraan Saronni en klimmer Flavio Giupponi, was de Italiaan, die vanwege zijn uiterlijke gelijkenis met Fausto Coppi ook wel ‘de kleine Coppi’ genoemd wordt, als een dief in de nacht naar voren geslopen in het klassement, om in de eerstvolgende bergrit niet-klimmer Podenzana als leider te onttronen.

‘Coppino’ had snode plannen zijn gelauwerde voorbeeld voor even naar de achtergrond te verdringen en de Giro te winnen. Totdat die verschrikkelijke Gavia opdoemt. Net als Van der Velde beschikt ook Chioccioli niet over voldoende bescherming tegen de ijzige koude. Waar hij in het gezelschap van Marco Giovannetti op de top van de bergpas nog min of meer zicht heeft op de kort daarvoor bij hem weggereden Hampsten en Breukink, verliest Chioccioli in de afzink naar Bormio maar liefst vijf minuten op het tweetal. Weg roze. Dag Girozege.

Al heeft de Italiaan na het passeren van de finish wel iets anders aan zijn hoofd dan dat. Of beter: had hij maar iets meer aan zijn hoofd gehad tijdens het afdalen van de Gavia. Chioccioli droeg geen muts, geen helm, zelfs geen petje, en had om zijn hoofd niet meer dan de gele band van Del Tongo-cosponsor Rex. Zo’n stukje badstof dat weliswaar zweet kan opnemen, maar bij regen verandert in een zware, natte, en in geval van sneeuw, ijskoude spons.

Tevergeefs had de onderweg al met onderkoelingsverschijnselen kampende renner getracht op de rechtere en minder steile stukken van de afzink met zijn handen het hoofd wat warmer te wrijven. Binnen enkele minuten was het schier onmogelijk geworden zijn bevroren vingers nog te bewegen en van het stuur te halen. Ook Chioccioli droeg geen handschoenen en had net als Van der Velde op de top niet meer dan een plastic regenjasje aangereikt gekregen.

Als een bokser die murw geslagen in de touwen hangt, moet de half bevroren Chioccioli na de finishlijn door verzorgers worden weggevoerd. De Italiaan had zelfs korte tijd het bewustzijn verloren. Gezien de omstandigheden en de toestand van de onttroonde roze truidrager is een tijdverlies van vijf minuten nog weinig. Slechts Hampsten en Breukink passeren de Italiaan in het algemeen klassement, al zullen in de volgende dagen ook Urs Zimmermann en Chioccioli’s ploeggenoot Giupponi hem nog voorbij steken.

Geknakt, fysiek en vooral ook mentaal, moet de Italiaan in de resterende bergetappes meermaals passen. Hij eindigt de Giro als vijfde. Naar eigen zeggen had hij de ronde van 1988 gewonnen, als die beruchte bergetappe gewoon was afgelast vanwege de barre weersomstandigheden. Zoals had gehoord. De ‘kleine Coppi’ was bestolen. Mentaal gebroken. Twee volle seizoenen lang presteert Chioccioli onder zijn kunnen, al wordt hij in de Giro’s van respectievelijk 1989 en 1990 vijfde en zesde.

Al die tijd verkeert de Italiaan in de veronderstelling zijn grootste kans om de ronde van zijn thuisland te hebben verprutst. Gebrek aan gedegen voorbereiding op de ijskoude Gavia had hem figuurlijk de das om gedaan. Tot de Giro van 1991 aanbreekt en Chioccioli bewijst dat driemaal wel degelijk scheepsrecht is. Gedurende twee edities slaagde hij er niet in zich te revancheren voor het persoonlijke drama op de Gavia in 1988, maar de derde keer fietst hij alle schroom van zich af. Of het nou Gianni Bugno, Claudio Chiappucci of een van de andere favorieten is, Chioccioli schudt ze drie jaar na die ijskoude ontbering van zich af zoals je een vlieg van een stuk appeltaart verjaagt. Gehuld in het roze poetst hij de smet op zijn carrière alsnog weg en wint de Giro.

Bekijk ook van Vincent de Lijser

Hoe de vandaag (25 augustus) jarige Franco Chioccioli alsnog zichzelf verbaasde

Wielercultuur

De magische shirtwissel van de vandaag (24 augustus) jarige Roger De Vlaeminck

Wielercultuur