Toegegeven, Super-Besse is geen indrukwekkende col. Maar omdat het de eerste serieuze finish omhoog is, kijken de protagonisten er tóch reikhalzend naar uit. Het wapengekletter zal hevig zijn, door de tijdsverliezen van onder anderen Samuel Sanchez en Alberto Contador eerder deze Tour. Un petit histoire.


Een loper, zo betitelen Vlamingen de beklimming naar Super-Besse. Nimmer klautert de route steil richting de kruin. Gelegen op de zuidflank van Puy de Sancy is het een brede weg, die uitgerold is naar het jonge skidorp. In het begin krijgen de coureurs nog wat vergezichten voorgeschoteld, terwijl het asfalt amper vijf procent stijgt. Al rap bereiken de coureurs een plateau, waarop de route zich voortzet. Tot iets voorbij het Lac Pavin is het drie kilometer pedaleren aan amper twee procent, tot het de laatste twee kilometer toch nog een beetje serieus wordt. Na een korte afzink volgt een venijnige passage van ruim acht procent, met aaneengesloten de slotkilometer die zo’n vier procent stijgt. Geen percentages, die gevleugelde klimmers doen suizebollen.

Dit blijkt ook wel uit de erelijst van Super-Besse. In 1978 was het de nobele onbekende Paul Wellens die won, in een Tour die we ons vooral herinneren van Pollentier’s peertje. De Vlaming bouwde een ingenieuze constructie om de dopingcontrole te flessen. Vanuit een peer onder zijn oksel liep een slangetje onder het wielershirt door, dat bij de mouw afgesloten werd door een kurk. De constructie raakte echter verstopt en Pollentier werd ontmaskerd.

Voor Rabobank heeft Super-Besse ook een positieve connotatie. Rolf Sörensen zorgde ervoor dat de oranje mannen in debuutjaar 1996 na Michael Boogerd een tweede etappe mochten bijschrijven op het palmares. Sörensen zegevierde op zijn manier, sterk én slinks. In de finale werd de ontsnapte Deense routinier op de nek gevallen door het Franse klimmersduo Leblanc-Virenque en de piepjonge meesterdaler Paolo Savoldelli. In de spurt vloerde Sörensen de grote tenoren op grootse wijze.

In 2008, de meest recente arrivé in Super-Besse, won het pedante raspaardje Riccardo Riccò. In een tumultueuze groepsspurt bergop vloerde hij vlotjes specialist Alejandro Valverde en Tourfavoriet Cadel Evans. Dagwinnaar Ricco won enkele dagen nadien wéér, maar werd vlak daarna hardhandig uit de Tour gekieperd, samen met ploegmaat en CERA-makker Leonardo Piepoli. Diskwalificatie volgde, waardoor uitgerekend de nu geschorste Valverde de zege op Super-Besse in de schoot geworpen kreeg.

Of nu eenzelfde scenario wacht, is maar zeer de vraag. Een goede vijftien kilometer voor de voet van Super-Besse ligt de top van de Col de la Croix Saint-Robert. Een helling van tweede categorie, van zo’n zes kilometer aan 6,2% gemiddeld.

Met dank aan Dennis Wegewijs van Cyclingthealps voor de multimediale features.

Tom Rustebiel
Laatste berichten van Tom Rustebiel (alles zien)