Een veelwinnaar is Gerard Veldscholten allerminst. Als je dan de eerste rit in de Dauphiné Liberé wint en ook nog de leiderstrui pakt, ben je blij. Opvallend genoeg valt dat bij Veldscholten in 1984 wel mee, als we het Limburgsch Dagblad moeten geloven. Er kon bij de huldiging geen lachje van af. ‘Hij onderging de huldigingen met een verbeten trek om de mond’, aldus de krant. “Ik vind het maar niks die gele trui, nu gaat iedereen naar mij zitten kijken”, vertelde de man uit Oldenzaal.
Zelf rept hij er met geen woord over maar het Limburgsch Dagblad hand Veldscholtens zege op aan de startgeldverlaging waartoe de organisatie van het criterium van Hengelo (net na de Dauphiné) heeft besloten. Op een bedrag van minder dan 1000 gulden krijgt de Raleighrenner 150 gulden minder dan aanvankelijk afgesproken.
Terwijl er voor andere renners volgens de krant geen zin hebben in het klimwerk in de Dauhiné duizenden guldens wordt neergelegd. ‘Veldscholten bewijst hoeveel hij waard is’, kopt het Limburgsch Dagblad dat verder spreekt over kruideniersmentaliteit uit Hengelo.
In de criteriums na de Tour van 1984 zal Veldscholten waarschijnlijk meer hebben gevangen dan in Hengelo. In een voor Nederland matige editie van de Tour eindigt Veldscholten als zestiende en beste Nederlander.
- UCI-man springt en juicht voor Jopie - 25/09/2020
- Raad het plaatje - 25/09/2020
- De spreekwoordelijke rode lantaarn - 18/09/2020
Hij reed in 1984 bij Panasonic, de opvolger van Raleigh.