Je ziet ze zo vaak. Groepjes renners op zondagochtend. Snelle fietsen, nauwe pakjes, gladde benen. Allemaal eender. De serie ‘waarom wij fietsen’ gaat over zulke renners, fictief bijeengebracht. Onder de gelijkheid van de koersliefde ontdek je al snel het verschil. Ieder heeft zijn unieke redenen om te gaan fietsen. Hier de reden van Joop Zoetemelk, de zevende renner uit deze door het toeval bijeengebrachte groep van 13 fietsers.

Joop Zoetemelk was een van de meest succesvolle Nederlandse wielrenners ooit, en naast Jan Janssen de enige Nederlandse Tour de France-winnaar (in 1980, een paar maanden voordat ikzelf geboren werd; helaas net gemist). Hij reed voor teams als Flandria, Gan, TI-Raleigh en Kwantum. 

Zoetemelk is in zekere zin door de weergoden de fiets op gedreven. ‘Ik ben pas later met fietsen begonnen,’ vertelt hij. ‘Ik was een boerenjongen en schaatste vooral. In de omgeving was dat gewoon, er waren daar veel schaatsliefhebbers. In de jaren zestig was er op een gegeven moment een jaar minder ijs. Dat is het jaar geweest dat ik verder ben gegaan met het fietsen.’

Niet dat Zoetemelk daarvoor geen koersfiets had aangeraakt overigens. ‘Ik fietste eigenlijk al wel, maar dat deed ik vooral met het oog op het schaatsseizoen. Naarmate ik verder het fietsen in ging, merkte ik dat ik daar toch handiger in was. Het ging bovendien goed: ik won al direct wedstrijden. Dus zo is dat gegroeid.’

Over de lange, glansrijke carrière die volgde is op andere plaatsen al veel geschreven, dus laten we alsof we alsof we een cassetterecorder bedienen fast forward indrukken naar het leven van vandaag. De in Frankrijk woonachtige Nederlander is inmiddels de zeventig gepasseerd. Maar de relatie met de velo bestaat nog altijd.

‘Tegenwoordig fiets ik voor het plezier. Als het slecht weer is, dan doe ik wat anders. Het hoeft niet meer. Maar het is goed voor de gezondheid, en voor mezelf, om actief te blijven. Om me heen zie ik mensen die de hele dag achter de pc of televisie zitten. Dat past niet in mijn aard. Ik wil zolang mogelijk fit blijven. Natuurlijk ga je achteruit, dat hoort erbij. Waar ik een aantal jaren geleden een trainingsrondje in twee uur fietste, doe ik over exact datzelfde rondje nu drie uur. Dat maakt niet uit. Je blijft fit, en vooral: ik heb er plezier aan.’

‘Het fijne met fietsen, maar ook lopen, is ook het buiten zijn. Ik zag bijvoorbeeld onlangs een zwijn in het bos. En bij mij in de omgeving zitten damherten. Ik heb er plezier in om oog voor de omgeving te hebben, en dat soort dingen te zien. Dat is mooi aan de sport.’

En wat is jouw verhaal? #waaromwijfietsen

De reeks columns ‘Waarom wij fietsen’ komt voort uit interviews die Martijn Veltkamp hield voor het boek Leven in Cadans. Leven in Cadans ligt sinds 20 april in de boekhandel.

 

Martijn Veltkamp