Valpartij‘Ze nemen risico’s om risico’s te vermijden’.

Het is inmiddels de favoriete uitspraak van Maarten Ducrot, wanneer het dringen is in de finale van de etappe, met valpartijen tot gevolg. Deze paradoxale uitspraak geeft het onderliggende mechanisme dat zorgt voor de valpartijen goed weer. Het is een bekend mechanisme dat voorkomt in de politicologie, economie, antropologie en andere vakgebieden.

Het wordt omschreven als een collectief actieprobleem, en kan beschreven worden aan de hand van de macro-micro-macro-benadering. In het kort: er is een bepaalde macrostructuur. Daar binnen zijn op microniveau individuele actoren die op basis van een kosten-baten-analyse gedrag vertonen. Dat gedrag heeft een invloed op de macrostructuur.

Bij een collectief actieprobleem is er sprake van een situatie waarin de macrostructuur kosten en baten schept voor het individu. Het individu maakt een keuze die voor hemzelf rationeel is, maar op macroniveau negatief uitwerkt voor de totale groep, het individu zelf incluis.

Denk bijvoorbeeld aan een bos, dat door verschillende groepen mensen wordt gebruikt. Beide groepen hebben er belang bij dat het bos groeit, zodat er ook in de toekomst voldoende hout is. Daarom mag er niet te veel hout gekapt worden. De ene groep weet echter niet of ze de andere groep kan vertrouwen. Beide groepen hebben een goede houtvoorraad als doel. Gevolg is dat beide groepen veel hout gaan kappen, om te voorkomen dat de ander alles wegkapt. In de eindsituatie is er geen bos meer, waardoor beide partijen uiteindelijk slechter af zijn, ondanks dat zij op microniveau een rationele beslissing namen.

Individuele rationaliteit leidt zo collectieve irrationaliteit.

Bij wielrennen en valpartijen ziet het daardoor er als volgt uit:

  • Op macroniveau is er een peloton renners, waarin valpartijen voorkomen
  • Het individu wil voorin het peloton zitten, zodat hij niet achter de valpartij zit en tijd verliest
  • Het gedrag van het individu zorgt voor een peloton van dringende renners, waardoor de valpartijen ontstaan

Een oplossing van wetenschappers, die het bestudeerd hebben, kan zijn dat er een partij is die het macroniveau overziet en de individuele actoren controleert. In het voorbeeld van het bos zou een overkoepelende organisatie afspraken kunnen afdwingen over hoeveel hout gekapt mag worden. Dit is echter in het wielrennen niet nodig. Of er zou constant een jurywagen in het peloton moeten meerijden om te controleren of renners aan het dringen zijn. Dat lijkt geen wenselijke situatie, die wellicht juist voor valpartijen kan zorgen.

Een andere oplossing zou kunnen zijn dat de renners simpelweg niet moeten dringen, dat mogen alleen de sprinters en knechten. Dat zou betekenen dat de ene renner erop kan vertrouwen dat de andere renner niet zal gaan voordringen – als hij het zelf ook niet doet.

De conclusie is dus helaas dat er – ondanks een wetenschappelijke analyse – geen makkelijke oplossing is. Ondanks alle innovatie die zijn intrede heeft gedaan in het peloton kan een wetenschappelijke benadering niet alles oplossen.

Het is het in dit geval toch alleen de renner zélf die valpartijen kan voorkomen.

Frans de Vries