Kelme-renner verslaat rood-wit-blauwArmen wijd uit elkaar en mond open. Ik weet niet of dat het is, maar aan alles is te zien dat de renner in het rood-wit-blauw – Michael Boogerd – geen geboren sprinter is. Echt aanzetten doet Boogerd volgens Dione de Graaff bij de bewuste sprint overigens niet. Boogerd de leiderstrui en de Colombiaan Santiago Botéro de rit, lijkt in de straten van het Franse Firminy de al dan niet stilzwijgende afspraak.

Boogerd legt in deze rit, op 11 maart 1999, de basis voor de eerste Nederlandse Parijs-Nice-zege in twintig jaar. Hij volgt Joop Zoetemelk op. Dat was mooi, en dat vind ik met alle dopingwijsheid van nu eigenlijk nog steeds.

Raar is het wel om wedstrijdverslagen en commentaren van  toen nog eens terug te lezen. In Wieler Revue concludeert hoofdredacteur Evert de Rooij dat ‘het ‘Nederlandse cyclisme’ met de doorbraak van Boogerd  ‘een parel rijker is’, maar hij hekelt ook de kanttekeningen die ‘de paranoïde Fransen’ plaatsen bij de mooie prestaties van Boogerd en zijn Rabo-ploeggenoten.

‘In hun haast iedere renner bij de eerste de beste prestatie die boven de middelmaat uitkomt in het verdachtenbankje te plaatsen, vergeten de Fransen dat zij door hun rabiate anti-doping-opstelling een groot deel van het peloton van zich vervreemden.’ Aldus De Rooij in 1999.

Nu met de vinger alleen naar De Rooij en Boogerd wijzen, slaat nergens op. Kijk naar de andere berichtgeving over Boogerds zege van toen. En kijk naar de andere renners die het goed doen in de 1999-editie van Parijs-Nice. Markus Zberg, Santiago Botéro en Frank Vandenbroucke eindigden resp. als tweede, derde en vierde in het eindklassement.

Vandaag is het één jaar en één dag geleden dat Michael Boogerd bekende doping te hebben gebruikt…

Jos van Nierop
Laatste berichten van Jos van Nierop (alles zien)