De Belgische Tourhoop rust ook dit jaar weer op de schouders van Jurgen Van den Broeck. Ex-tijdrijder, nu klimmer en voltijds asceet. Enkel na de Tour nipt hij van een glas wijn, al zit hij dan al met de Vuelta in zijn hoofd die als voorbereiding moet dienen op een perfecte winter die helemaal in het teken staat van de Tour van het jaar nadien. Een monnik wil door sober te leven de hemel bereiken. Jurgen Van den Broeck daarentegen mikt hoger, hij wil het Tourpodium bereiken.
En dat voor een doodsimpele Kempenzoon. Van den Broeck komt uit Morkhoven. Groter worden de boerengaten niet. Het meest gekend is Morkhoven om haar buurgemeenten als daar zijn Herentals, waarvan toppers als Mario Aerts, Kurt Van de Wouwer en Rik Van Looy (in die volgorde) afkomstig zijn en Westerlo, bekend om haar roemrijke voetbalgeschiedenis. En daar ergens ligt Morkhoven, een dorp waaruit Van den Broeck losgerukt is geworden om losgelaten te worden in het gekkenhuis Tour.
Wonderwel gedijt hij er ook nog in die Tour. Weliswaar zonder de eigen aard te verloochenen. Diplomatieker is hij er met de tijd wel op geworden. Daar waar hij enkele jaren geleden nog de tenen van de toenmalige Franse president Nicolas Sarkozy verbrijzelde, legt hij in zijn korte antwoorden al meer diplomatie aan de dag. Maar den Tour blijft nog altijd den Tour om het met Van den Broecks woorden te zeggen.
De opofferingsgezindheid bij Van den Broeck gaat zelfs zo ver dat hij meermaals in een jaar op hoogtestage trekt naar de Sierra Nevada. Alhoewel Alpen en Pyreneeën natuurlijk dichterbij liggen en nog aangedaan worden tijdens de Tour. Verkenning en training in één, nee zo ver zijn renners nog niet. Teide, Etna of nog liever de Mont Elbrus of de K2 dan de Galibier of de Aubisque op training. Zullen vast wel verklaringen voor zijn. Je moet de dopingjagers een beetje laten jagen natuurlijk. Anders is er voor hen ook niets aan. En als kleine wraak op de dopingjagers hun onverwachte en slaapondermijnende bezoekjes om zes uur ’s ochtends ook best te rechtvaardigen.
Maar goed, Jurgen Van den Broeck is ’s lands beste klimmer. Al mag Thomas De Gendt ons graag tegenspreken deze Tour, bij voorkeur op Alpe d’Huez. En Jelle Vanendert zit met een parasiet. Hopelijk met dezelfde als Chris Froome enkele jaren terug en geniet Vanendert ook exact dezelfde behandeling als de Brit. Dan komt een Belgische Tourwinnaar wel heel dichtbij. Maar Van den Broeck moet dat klimmen natuurlijk ergens geleerd hebben. Dat is niet gebeurd ergens in Zuid-Spanje, dat gevoel voor klimmen moet op zijn geboortegrond ontwikkeld zijn. Met andere woorden in Morkhoven en dichte omstreken.
Dus namen we de proef op de som en trokken Kempenwaarts op zoek naar de cols in de omgeving van Morkhoven. Daar waar Van den Broeck zijn eerste minihoogtestagetjes deed. Twintigmaal de brug boven de E313 achter elkaar opfietsen wordt op den duur natuurlijk ook saai. Lang was het niet zoeken, van ver zagen we het Heiken al boven het landschap uitpriemen. Een Kempenreus aan de rand van Herentals. Tot toch wel bijna 30 meter boven zeeniveau en met pieken tot 5%. Je moet al Mustafa Sayar heten om hier op het buitenblad naar boven te rijden. Hier worden ruwe, onontgonnen talenten gekneed tot pure klimmers.
Na deze moordcol overwonnen te hebben, trokken we richting Morkhoven. Daar was het opvallend vlak. Het steilste punt in Morkhoven is die ene losliggende stoeptegel die verticaal in plaats van horizontaal ligt. Gauw richting Herenthout dan maar, een boerengat grenzende aan Morkhoven met volgens de plaatselijke inboorlingen een rijke carnavalstraditie. Daar lag de Bergensesteenweg op ons te wachten. Slechts een opwarmertje voor wat volgt.
Net buiten Herenthout, op grondgebied van Bevel piekt de Kruiskensberg boven het landschap uit. Tot wel 28 meter boven zeeniveau, voor mensen uit de Zuidplaspolder begint de lucht hier al duidelijk merkbaar ijler te worden. De Kruiskensberg is eerder een loper, maar na een slopende rit door de Kempen met al haar heroïsche cols is het toch op de tanden bijten om boven te komen.
Dit alles op een rijtje gezet, kunnen we niet anders dan concluderen dat Jurgen Van den Broeck voorbestemd was om een potentieel Tourpodiumkandidaat te worden. En wanneer het Tourpodium niet lukt, kan hij nog steeds voor de bolletjestrui gaan. Of monnik worden.
- Het nieuwe wielerjaar in 40 stellingen - 22/02/2022
- Wielrennen bestaat niet - 13/05/2020
- Ooit was er wielrennen - 07/05/2020
Onderschat ook vooral niet de repeterende beklimmingen van de naden in de E314.
Je bedoelt die bitumineuze voegspecie die Renaat Schotte elk voorjaar weer signaleert op de Vlaamse wegen?