hermanloos3_pelotonOmdat een wielerjaar pas echt voltooid is als de Nationale Sluitingsprijs Putte-Kapellen achter de rug is, Vlamingen in hun dagelijkse conversaties plots weer zonder schroom de heroïek van het veldrijden beginnen te beschrijven en men in Nederland druk speculeert over de nakende Elfstedentocht is het hoog tijd om voor de pinnen te komen met een wielerjaaroverzicht. Om helemaal exact te zijn: hét wielerjaaroverzicht.*

We zouden chronologisch alle feiten van dit wielerjaar nog eens op een rijtje kunnen zetten aan de hand van het meest beklijvende beeldmateriaal van dit seizoen. Gaan we niet doen, we moeten Sporza en de sportredactie van de NOS niet technisch werkloos maken. We zouden de loftrompet van de Belgen kunnen afsteken. Wegens overwegingen die van praktische aard zijn, doen we dat niet. We zouden een stuk kunnen schrijven over het glorieuze Nederlandse wielerjaar met zoals u inmiddels van ons gewend bent enkel maar lieve woorden. Maar een zesde en dertiende plaats in de Tour, een paar succesjes aan de andere kant van de aardbol zijn eerder ontnuchterend dan een aanleiding om in lyrische bewoordingen de Hollandsche wielrennerij te gaan prijzen. In plaats daarvan ontwaarden we een rode draad tijdens dit wielerseizoen, met name een renner die het hele seizoen gekleurd heeft. Een renner waarvoor mensen thuisblijven om zijn klasseflitsen te aanschouwen. Een renner die het wielrennen weer een geloofwaardig gelaat wist te geven. Een renner die bulkt van het talent, maar ondanks zijn grootse prestaties steeds met de voetjes op de grond blijft. Na deze beschrijving hoeven we u niet meer te vertellen dat het hier over Arthur Vichot gaat. Niet dat we Ion Izaguirre Insausti over het hoofd hebben gezien, maar Izaguirre is geen Frans kampioen geworden en Vichot wel.**

Trofeo Laigueglia

Klassieke opener van het wielerseizoen is de Trofeo Laigueglia. Niet dat Vichot daar startte, één van de weinige valse noten die hij dit seizoen heeft gezongen, maar langs de andere kant wel erg sportief dat hij Filippo Pozzato ook eens de kans gunde een koers te winnen. Iets wat Cunego ook nog eens hoopt te overkomen. Oké, in Australië werd er voordien ook al gekoerst. De Tour Down Under heet het ding daar. En de GP La Marseillaise is letterlijk gezien de eerste koers op Europese bodem. In Australië won er een beenhouwer en in Frankrijk een ex-gedetineerde. Dan weet je het wel. De Trofeo Laigueglia daarentegen blinkt uit in beschaafdheid en smetteloosheid.*** Vichot kon nog meer verzachtende omstandigheden inroepen. Terwijl de Trofeo Laigueglia werd gereden, maakte Vichot het mooie weer in de Tour du Haut-Var die hij warempel won. Een niet te onderschatten tweedaagse Franse wielerwedstrijd, al doet de rest van het podium boosaardige zielen anders vermoeden.

Terwijl in Vlaanderen renners moesten koersen over wegen waar ze een veldrijder niet over sturen, was het tijd voor het echte werk. Aan de koers van de twee zeeën Tirreno-Adriatico stonden de drie winnaars van een grote ronde dit seizoen aan de start: Vincenzo Nibali, Chris Froome en Chris Horner. Dat die laatste zich midden oktober nog steeds winnaar van de Vuelta mag noemen, is zo mogelijk een nog grotere verrassing dan dat hij de Vuelta heeft gewonnen. Soit, de Tirreno kreeg deze drie renners aan de start. Iets wat geen enkel van de drie grote rondes kan zeggen. Conclusie: Tirreno-Adriatico is belangrijker dan elke grote ronde. Om maar even het belang te onderstrepen van deze rittenwedstrijd. Anders zou deze koers ook nooit zes keer op het palmares van Roger De Vlaeminck staan. Laat staan dat hij ze zou becommentariëren.

Om diegenen die door de mand zijn gevallen in Tirreno-Adriatico een herkansing te geven, is er een eendaagse wedstrijd in het leven geroepen: Milaan-San Remo. Na een busrit die iets langer was dan voorzien, slaagde Arthur Vichot er toch nog in om op een 41ste plaats binnen te bollen. Gerald Ciolek greep deze herkansing met beide handen en verwees Sagan en Cancellara naar een tweede en derde plaats. Naast 10 tweede plaatsen en 5 derde plaatsen, zou Sagan dit seizoen afklokken op 22 bloemenruikers. Niet weinig. Als we even ons wiskundig brein bovenhalen, zou dat neerkomen op deze ingewikkelde formule: Philippe Gilbert + Robert Gesink + Thomas De Gendt + Ryder Hesjedal + Cadel Evans + Arthur Vichot + Alberto Contador + Tom Boonen + Matthew Goss + Ion Izaguirre Insausti + Carlos Betancur + Stijn Devolder + Michal Kwiatkowski + Taylor Phinney + Michele Scarponi + Ivan Basso + Jurgen Van Goolen + Samuel Sanchez + Roman Kreuziger + Domenico Pozzovivo + Nicolas Roche + Rigoberto Uran + Andrew Talansky + Björn Leukemans + Jurgen Van den Broeck + Damiano Cunego + Alexandr Kolobnev + Jürgen Roelandts + Albert Timmer = Peter Sagan.

Dat van dit kransje wielertoppers Arthur Vichot diegene is die qua overwinningen dit seizoen  Peter Sagan het dichtst benadert, benadrukt nog maar eens de klasse van de Fransman. Na Milaan-San Remo trekken de renners naar de Ronde van het Baskenland. Dit jaar de koers van de vliegende Colombianen. Vroeger de koers van de vliegende Cobo of van de vliegende Horner. Hun lot daarna is eerder groezelig dan mooi. De Vuelta winnen op een manier die bij elke wielervolger de wenkbrauwen doet fronsen, dat wel. Maar oftewel verzeilen ze daarna in de anonimiteit, oftewel vinden ze geen ploeg, laat staan dat ze een uitgeverij vinden om hun autobiografie te publiceren waardoor ze genoodzaakt zijn die dan maar op Twitter te gooien. Behalve een opstapje naar een roemloze aftocht met als tussenstopje een gecontesteerde Vuelta-winst is de Ronde van het Baskenland toch vooral de voorbereiding op de Amstel Gold Race die dan weer een voorbereidingskoers is op de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik die door sommigen worden aangegrepen om extra kilometers te maken met het oog op de Giro waar ze vorm hopen op te doen voor de Tour om daar een goede basis te kunnen leggen voor het najaar om met een gerust hart de winter in te kunnen gaan om in de Ronde van Oman direct mee te strijden voor de knikkers, kwestie van geen achterstand op te lopen voor de belangrijkste confrontatie van het jaar: Tirreno-Adriatico.

Begrepen

Arthur VichotDat heeft Arthur Vichot maar al te goed begrepen. Enkel reed hij liever de Ronde van Romandië dan de Ronde van Italië. De meest onderschatte koers in Franstalig Zwitserland op WorldTourniveau. Het bergklassement in de Ronde van Romandië werd gewonnen dor Marcus Burghardt, ex-winnaar van Gent-Wevelgem, de belangrijkste eendagswedstrijd hier op aarde aldus niemand behalve Luc Gheysens. Tweede werd de Bask Garikoitz Bravo Oiarbide. Dat die renners van Euskaltel te duchten klanten zijn als het om bergpunten gaat, moet u maar eens aan Lars Boom vragen. En derde in het bergklassement van de Ronde van Romandië was dus Arthur Vichot. Een niet te onderschatten prestatie dus. Hij bekroonde hier een eerste belangrijke vormpiek in 2013. In het eindklassement wist hij vlak voor Robert Gesink te eindigen, met voorsprong de meest overhypete Nederlandse wielrenner van de afgelopen vijf jaar.

Na deze knalprestatie in Romandië, mocht Vichot een maandje uitrusten. Het volgende grote doel was de GP de Plumelec-Morbihan, een wedstrijd in het kader van de Coupe de France, zeg maar de Toi Toi Cup van het wegwielrennen. Vichot eindigde er eerste van diegene die niet op het podium mochten. Hij hielp zijn ploegmaat Geslin wel aan een tweede plaats. De kleine Samuel Dumoulin boekte hier zijn enige zege van het seizoen, hij zou later wel het eindklassement in de Coupe de France winnen. Een misschien nog wel belangrijkere wedstrijd is de Dauphiné Libéré, ook wel beter gekend als het Open Clubkampioenschap van Team Sky. Daniel Moreno eindigde van de niet-Skyrenners er als eerste. Arthur Vichot reed anoniem mee. Dat de Fransman zich hier kalm hield, had een hoger doel.

Het hoogtepunt van het seizoen moest er dan nog aankomen. We schrijven 23 juni 2013. Op een lastig parcours wordt het Frans kampioenschap op de weg verreden. Na de gebruikelijke vroege vlucht en schermutselingen waar enkele kleinere renners bij betrokken waren, ontstond er in de finale een kopgroep bestaande uit de drie renners: Tony Gallopin, de grote favoriet Sylvain Chavanel en Arthur Vichot. In een moment van onachtzaamheid bij Chavanel en waarschijnlijk ook in een moment van vermoeide benen verschalkte Vichot zijn twee medevluchters met een verrassingsdemarrage. Chavanel verweerde zich nog als een duiveltje in een doosje, maar een gat op een klasbak als Vichot rijd je natuurlijk niet zomaar dicht. Getooid in de Franse kampioenentrui mocht Vichot aan de Tour starten. Verder kan je het in Frankrijk niet schoppen als wielrenner.

Frankrijk?

Terwijl er in juli interessante wedstrijden als de Tour of Qinghai Lake en de Sibiu Cycling Tour worden gereden, is alle aandacht gevestigd op Frankrijk alwaar de wereld lijkt stil te staan ter gelegenheid van de Tour de France. De activiteit op wielerblogs met toch enig aanzien ligt dan gevoelig hoger dan anders in het jaar. Dat de Tour een overschatte koers is, hoeft desondanks geen betoog. Deze stelling wordt vooral bewezen door Andy Schleck. Zijn beste etappekoers dit seizoen is de Tour, hij eindigde daar twintigste. En dat terwijl de lievelingsplaats van Andy Schleck dit seizoen DNF is. Hij lukte daar maar liefst negen keer in. Een knalprestatie, zeker als u weet dat hij maar in 18 wedstrijden is gestart. Dat zijn beste rittenwedstrijd dit jaar uiteindelijk de Tour is geworden met een 20ste plaats zegt ook wel iets over hoe overschat dat rondje is. Al mogen we zijn dramatisch seizoen niet op de spits drijven. In het Nationaal Kampioenschap van Luxemburg eindigde hij eervol tiende. Weliswaar op 4’14” van winnaar Bob Jungels, maar hij hield toch maar mooi Kevin Feiereisen en Philippe Faber (niet François) van zich af voor plek 10.

Om de geloofwaardigheid van ons wielerjaaroverzicht niet te ondermijnen, dient er nog iets gezegd te worden over doping. De gebruikelijke positieve test vlak voor de Tour of op één van de twee rustdagen bleef evenwel uit. Het moet gezegd worden: behalve enkele al dan niet schokkende dopingbekentenissen vrij weinig dopinggevallen dit seizoen. En al zeker niet bij grote namen. De grootste naam was Danilo Di Luca, dat die überhaupt nog de kans kreeg om de Giro te rijden slaat werkelijk alles. En dan is er ook nog het meest beruchte niet-dopinggeval. Een eilandje van nog geen 3 miljoen inwoners dat met 4 sprinters in de finale staat van de 100 meter en die allen dan ook nog eens onder de 10 seconden lopen is geloofwaardiger dan een 41-jarige Amerikaan die een grote ronde wint in het wielrennen. Horner is inderdaad niet gepakt, hij heeft zelfs zijn bloedwaarden vrijgegeven. Als er één iets is wat ons dat geleerd heeft, is het wel dat zo’n biopaspoort exact niets zegt en allesbehalve het heilmiddel is waar het wel eens wordt voor afgesleten. En dat Horner niet gepakt is, zegt vooral veel over het bloedpaspoort. Desondanks kunnen we dit seizoen de illusie koesteren dat doping enkel een dingetje is van weerspannige Italianen rijdende voor een obscuur ploegje en Russen rijdende voor Rusvelo. Want het meest geruststellende aan dit seizoen is ongetwijfeld dat Valverde van de Trofeo Serra de Tramuntana tot de Ronde van Lombardije weer klom als nooit tevoren.

Na de Tour is het de gebruikelijke criteriumdans. Arthur Vichot trok daar meer dan zijn streng. In Lisieux moest hij nog Riblon en Chavanel voor zich dulden, maar in Camors en Dijon mocht hij juichen als kampioen van zijn land. De periode tussen Tour en Vuelta wordt vaak aanzien als een wak, maar er worden dan een pak interessante wedstrijden georganiseerd. Niet alleen wordt dan de Prueba Villafranca de Ordizia en de Tre Valli Varesine verreden, het is ook het moment dat de twaalfdaagse Ronde van Portugal wordt gehouden. Vorig jaar plat gedomineerd door het in fluogele (zou enig wantrouwen moeten opwekken) truitjes rijdende Efapel-Glassdrive. Dit jaar werd dit Portugees continentaal team ferm op zijn plaats gezet door het Portugese team OFM-Quinta da Lixa, weliswaar maken in hoofdzaak Spanjaarden daar het mooie weer. Alsook in de Ronde van Portugal. Alejandro Manuel Marque won met vier seconden voorsprong op zijn ploegmaat Gustavo Cesar Veloso. De rest van het deelnemersveld werd met uitzondering van de derde Rui Sousa op minuten gereden.

Tweede!

Na de Ronde van Portugal en de Tre Valli Varesine, dit jaar gewonnen door de Kroaat Durasek, is het uitkijken naar de GP Montréal en de GP Québec. Niet in het minst omdat Arthur Vichot daar zijn pijlen op gericht heeft om er te scoren. En hoe! Een monumentale tweede plaats in de GP Québec was zijn deel, hij bleef in de sprint zomaar eventjes Greg Van Avermaet en de latere wereldkampioen Rui Costa voor. Vichot liet enkel Gesink voor zich over de meet rijden, een compensatie omdat hij in de Ronde van Romandië nog voor hem mocht eindigen. Ook in de GP Montréal liet Vichot zich gelden met een elfde plaats alwaar hij één plaats voor Gesink eindigde. Helemaal klaar voor het WK dus!

450px-Niko_EeckhoutEn dat bewees hij ook. Met een achttiende plaats was hij met voorsprong de beste Fransman op het WK. Na het WK is het vat voor de meeste renners leeg. Ook zo voor Vichot die de Ronde van Lombardije, zijn laatste koers van het seizoen, niet uitreed. En ook voor Niko Eeckhout die in Zwevezele zijn laatste profkoers ooit reed. En dat al op slechts 42-jarige leeftijd. Niet zo voor Joaquim Rodriguez die zijn WK-kater doorspoelde met winst in de Ronde van Lombardije. En al helemaal niet voor Jetse Bol die bijna een voormalige topkoers op zijn naam schreef. Parijs-Tours is al lang niet meer wat het geweest is. Het is nog slechts een flauw middeltje om het nakende zwarte gat met één week uit te stellen. De koers werd de voorbije jaren gewonnen door Greg Van Avermaet en Marco Marcato. De eeuwige vierde en de eeuwige zevende. Een koers moet tot de WorldTour behoren om mee te tellen. Dat is nodig om te overleven en om een mooi deelnemersveld aan de start te krijgen in een gedeelte van het seizoen dat het niet evident is om nog een peloton gemotiveerde renners op te trommelen en de helft van het peloton met zijn hoofd in Curaçao zit. In tegenstelling tot de Ronde van Peking is een klassieker als Parijs-Tours geen WorldTour. Op het parcours van een uitgeregende kermiscross diep in West-Vlaanderen staat meer volk dan naast het parcours in een rit van de Ronde van Peking. Schaf dan dit gedrocht af en geef de koersen die het wielrennen een traditie hebben gegeven, het recht dat hen toekomt. Traditie is de kern van de wielersport. Het is een taak van de UCI om die traditie in ere te houden. Klassiekers zijn monumentaal wielererfgoed, zij dienen een beschermde status te krijgen. Want voor u het weet, leest u in een klein berichtje in de sportbijlagen van uw krant dat Parijs-Tours wordt omgedoopt tot de Tours Cycling Classic en er niet in Parijs wordt gestart maar in pakweg Authon-du-Perche, ergens halfweg tussen Parijs en Tours. O wacht…

 

* De Amstel Curaçao komt door tijdstip van publicatie daarom niet voor in hét wielerjaaroverzicht. Gezien het sportieve belang van deze wedstrijd een ferme aderlating.

** Ter anticipering op reacties: Izaguirre is een Spanjaard, logisch dus dat hij geen Frans kampioen is geworden. Hoewel Izaguirre nog maar 24 is, komt hij daarmee nu al wel in een rijtje van allemaal grote namen: Merckx, Gimondi, De Vlaeminck, Indurain en Anquetil.

*** De Trofeo Laigueglia werd in feite gewonnen door een ex-klant van Michele Ferrari. Maar dat paste even niet in het verhaal.

Matthias Vangenechten
Laatste berichten van Matthias Vangenechten (alles zien)