‘Kon zich uitstekend concentreren op bepaalde wedstrijden’. Dit is de typering die het naslagwerk ‘Alles uit de kast’ van Frans van Schoonderwalt geeft aan Oost-Vlaming Noël Foré. Van 1956 tot en met 1968 is hij prof voor onder andere Groene Leeuw en Flandria. Ietwat in de schaduw van Rik I en Rik II (Van Steenbergen en Van Looy) maar: een mooie erelijst heeft hij. Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix én Gent-Wevelgem. Jongens als Vanmarcke en Terpstra zullen er jaloers op zijn…

En, ook op Kuurne-Brussel-Kuurne concentreerde Foré zich blijkbaar op z’n minst één keer heel goed. In 1963 kent de voorjaarskoers ‘een wondermooi koersverloop’, schrijft Mark Van Hamme in ‘Flandria, de 20 wondere jaren van een wielerploeg’.

Meteen na de start gaan er vijf renners vandoor, onder wie Piet van Est en Jan Janssen. De voorsprong loopt op tot zes minuten, de ploegen Flandria (met Foré) en Groene Leeuw gaan jagen en ‘zijn knap op weg om de ontsnapping ongedaan te maken’.

Maar dan is er ‘de bareelwachter van Ternat’, een ‘brave man in donkerbruine trui en met zijn pet scheef over zijn oren’. Maar: bareelwachter? Ja. Bareel is een slagboom op z’n Vlaams, en dan weet je het wel. Er is een goederentrien in aantocht en daar worden de achtervolgers de dupe van. Ze moeten – morrend en scheldend – wachten.

Acht minuten wordt het verschil maar Groene Leeuw zet opnieuw de vaart er in. Pakweg vijftig kilometer verder komt de achtervolgende groep aansluiten. Daarbij Foré die ‘onstuimig’ begint aan te vallen. Uiteindelijk raakt hij weg, en zijn vlucht wordt beschermd door zijn ploegmaten van Flandria. Wat niet wil zeggen dat Foré makkelijk wint, aan de streep houdt hij zeventien seconden over op zijn eerste belager.

Jos van Nierop
Laatste berichten van Jos van Nierop (alles zien)