Voor de Ronde van Vlaanderen hadden we zowaar 2 goede voorspellingen. Niet gek vergeleken bij eerdere pronostieken op hetiskoers.nl. Aan de andere kant natuurlijk diep triest als er eigenlijk maar twee grote favorieten waren voor het hoogste schavot in Oudenaarde. Neem het ons niet kwalijk, we zoeken het niet in droge statistieken maar in het hart. Dat Boonen Parijs-Roubaix gaat winnen, tenzij hem eenzelfde lot wacht als Cancellara of Langeveld, staat eigenlijk wel vast. Behalve bij romantici, chauvinisten en schrijvers zonder wielerinzicht. En die hebben we blijkbaar genoeg. De foto’s zijn van Smashred’s Flickr photostream.


Jan van Mersbergen
Ik kies voor een kleine ploeg, want dat gedoe met Sky en Omega heb ik wel gezien. Een eenling die er met de prijs vandoor gaat, zoals die kleine Paolini het afgelopen zondag in zijn rooie pak probeerde. Dat is mooi. Dus voor zondag: Engoulvent, van Saur.

Frank Heinen
Na vandaag zijn we alweer over de helft van de voorjaarsklassiekers. Het is alweer bijna Tour, bijna Vuelta, bijna veldrijden, bijna Kerst. Weer een deprimerend jaar verder. Maar goed: de pronostieken. In Parijs-Roubaix maakt in theorie de sterkste de meeste kans, omdat het een van de weinige koersen is waar de sterkste de minder sterken eenvoudigweg uit het wiel kan rijden door sneller te rijden dan degenen achter hem. Echter, vaak ligt de sterkste tegen de tijd dat de finale begint al ergens in de berm, of in een ziekenhuisbed. Het is kortom niet zomaar iets voor een ervaren pronostiqueur als ondergetekende om zijn status op het spel der vallende renners te zetten. Dat ik het toch doe, is uit wat ervaren gokkers wel beschrijven als ‘het verlangen naar dat ene moment’, i.c. dat de door jou voorspelde winnaar zijn handen in de lucht steekt op de wielerbaan van Roubaix (ik doe een top-10, voor de zekerheid, en om zeker te weten dat ik in ieder geval íets goed heb):

1. Sylvain Chavanel
2. Gregory Rast
3. Ian Stannard
4. Matthew Hayman
5. Bjorn Leukemans (Ballan als Leukemans niet van start gaat)
6. André Greipel
7. Daniel Oss
8. Andreas Klier
9. Filippo Pozzato
10. Maxim Iglinsky


Leo Aquina
Maarten Tjallingii – Er zijn vier ingrediënten vereist voor een zege in de Hel van het Noorden: oerkracht, karakter, ervaring en niet te veel tegenslag. Alle renners krijgen ermee te maken: lekke banden, gebroken spaken, gebroken velgen, gebroken sturen, gebroken zadelpennen, gebroken frames en gebroken sleutelbenen. Zij die daar niet tegen kunnen, moeten niet aan Parijs-Roubaix beginnen. Zij die te veel pech hebben en desondanks uitrijden, moeten volgend jaar terugkomen.
Op basis van oerkracht, karakter en ervaring is Tom Boonen favoriet, maar die tegenslag… Op dat gebied heb ik mijn twijfels bij Tommeke. Donderdag las ik dit citaat van de winnaar van de Ronde van Vlaanderen over zijn doorkomst op de Paterberg: “Ik kraakte zelf niet, mijn fiets kraakte. Ik moest een tand of twee te groot rijden om alles te laten werken.” Dat kan misschien in Vlaanderen, maar in Parijs-Roubaix kraken fietsen niet, daar breken ze. Boonen laat voor de zekerheid vier spiksplinternieuwe fietsen aanrukken voor de kasseien. Ook niet goed. Nieuwe fietsen met nieuwe constructeursideetjes, dat kan in iedere koers maar niet in de hel. Lees het stuk van Martijn Sargentini over de damesfiets van Museeuw er maar op na. Vorig jaar stond Boonen vloekend en tierend langs de kant met een kapotte Eddy Merckx-fiets. Dit jaar zal hij schelden op zijn Specialized.
Als Cancellara er niet is en als de fiets van Boonen het niet overleeft, ligt Parijs-Roubaix dit jaar open en dan is Maarten Tjallingii mijn man. Dat de Friese doordouwer beschikt over oerkracht en zijn karakter behoeft geen toelichting en vorig jaar deed hij met zijn derde plaats de benodigde ervaring op in de finale van de Hel. Ik zal duimen voor zijn materiaal, dan komt het dit jaar helemaal goed.


Peter Zantingh
Als ik Tom Boonen zie, denk ik vaak aan een Tour van lang geleden. Het was een rustdag, maar er moest gevlogen worden. Een cameraploeg filmde een paar renners die zaten te wachten op het vliegveld. Ze zaten op de grond, tas tussen de voeten, als een vriendengroep die voor het eerst naar Salou gaat. Een van hen was Tom Boonen. Hij zat in het midden. ‘Wat doen jullie zoal op een rustdag als deze?’ vroeg iemand van de televisieploeg. En Tom Boonen reageerde, als eerste. Hij is vaak de eerste. Zijn ogen lichtten op terwijl hij een Playboy uit zijn tas trok. Borsten op het glimmende papier, ezelsoren aan de hoekjes. Een enorme grijns volgde. Boonen wint Parijs-Roubaix omdat het zo’n mooie gedachte is: het peloton bestaat uit jongetjes die op reis gaan, grijnzend de Playboy lezen, dan samen op de fiets stappen en de snelste willen zijn. En omdat hij toen de beste was, en het nu zomaar wéér is.

Pieter van der Meer
Ik zeg: Thor Hushovd. Hij verkeert misschien niet in zijn beste vorm, maar in Roubaix kan niemand zeggen dat hij zich nog lekker voelt. Thor verdient het. Vooral omdat ik hem graag zie winnen. Dat grote lijf (waar links en rechts wel wat kilootjes van af zijn gevlogen) over de keien zien beulen is prachtig. Ach, eigenlijk maakt het mij niet uit wie er wint. Parijs-Roubaix is altijd mooi. Ik heb wel één grotere wens dan Huhovd te zien winnen: vieze gezichten op de wielerbaan in Roubaix.


Sander Peters
Hoe stel je een prono op? Je kunt kiezen uit twee strategieën:
1. op basis van gevoel: intuïtie, excusez le mot, of sympathie
2. op basis van de ratio: gedegen onderzoek of gewoon gezond verstand.
Normaliter zou ik altijd voor optie 1 gaan. De koers is voor mij pure emotie. Maar nu ik na de Ronde van Vlaanderen ineens tot het keurkorps van de pronostici behoor, liggen de zaken anders. Ik moet mijn goede naam hoog houden.
Presteren. En dan is optie 2 toch een slimmere keuze. De uitslagen van de laatste tien jaar er maar eens bij gepakt, plus de
uitslag van afgelopen zondag. Tja, dan kun je eigenlijk maar tot één saaie conclusie komen: wie kunnen dit werk aan (260 kilometer over klotesteentjes denderen)? Wie zijn in vorm? Juist: Tom Boonen, Pipo Pozzato en Allessandro Ballan. En dus wordt dat ook mijn top-3. In die volgorde. Beste Nederlander? Ook daar kies ik de man in vorm: Nikki Terpstra. Boonens meesterknecht eindigt fraai als zevende.

Jos van Nierop
Heel flauw, maar ik ga mijn prono van vorige week kopiëren. Tom Boonen is uiteraard de te kloppen keienvreter maar heeft nog steeds zijn sterke ploeg om zich heen. Dat gaat hij uitspelen. Niki Terpstra kan er deze keer niet op bergjes worden afgereden. Blijft bij z’n kopman totdat er iemand demarreert. Op het velodrome in Roubaix is baanrenner Terpstra tenslotte heer en meester over die iemand. Het wordt Niki-dag!


Gerdjan Kipping
Parijs-Roubaix. Moeder aller kasseienkoersen. Terrein van de Flandrien. De noeste werker. Dan komen we natuurlijk uit bij mannen als Thor Hushovd, Stuart O’Grady en Juan-Antonio Flecha. O’Grady heeft zijn zege al te pakken en de jaren laten hun sporen na. Hushovd en Flecha zullen weer niet winnen, net als Eisler. Mannen als Maaskant, Boom, Burghardt en Breschel hebben de juiste vorm niet te pakken en ook Klier en Haussler lijken niet meer op de renners van een paar jaar geleden. Winnaar van de laatste editie Johan Vansummeren zal op zijn oude dag genieten van die ene zege in 2011 toen hij de sterkste was van een vroege ontsnapping.
Zou het dan toch de dag van de jonge aanstormende talenten als Sep Vanmarcke, John Degenkolb, en Taylor Phinney (al eens winnaar bij de junioren) zijn? Nee, zij zullen nog even moeten wachten. Terugkomend van een dopingschorsing die het achteraf niet was, zal Alex Rasmussen evenmin winnen, ondanks het geroezemoes rond zijn naam de afgelopen dagen. Outsiders Leukemans, Tjallingii, Hunt, Chavanel, de eeuwige Guesdon, Quinziato en Max Iglinskiy gaan het ook niet redden. Voor Terpstra zit er geen “Servaasje” in. Hij zal “Tommeke” Boonen naar de finish brengen, die, na het uitvallen van Spartacus Cancellara de strijd zal aangaan met de Italianen Ballan en Pozzato, net als in de Ronde van Vlaanderen. Maar het werk van Terpstra zal tevergeefs zijn gebleken, want Boonen noch Ballan zullen Pipo Pozzato kunnen weerstaan als hij solo de wielerbaan van Roubaix oprijdt en als de a-typische Flandrien de victorie opeist. Mooie Faab zal in mooie Pipo een waardig opvolger krijgen.


Coen Harleman
Tom Boonen is volkomen terecht de absolute favoriet. Maar daar koop je niks voor als je lek rijdt in het Bos terwijl Lars Boom vooraan het gas nog eens open draait. En dus wint Thor Hushovd. Met wedden op een ‘sure thing’ houd je de kachel tenslotte ook niet in brand. Beste Nederlander: Niki Terpstra.

Martijn Sargentini
Ik overdrijf niet als ik zeg dat het voorspellen van de winnaar van Parijs-Roubaix een simpele opgave is. De topfavoriet wint, dit jaar dus Tom Boonen. Slechts één op de drie edities wordt als oeuvreprijs toegekend aan een renner die ‘m door jarenlang stenen sjouwen verdient.
Ik kijk uit naar de finish van harde werker Frédéric Guesdon. Frédéric reed al 15 edities uit – één minder dan Briek Schotte – en finisht altijd in de top twintig. Hij won zijn kassei in 1997 in het jaar dat hij voor het eerst met het klavertje vier van FDJ ging rijden. Kwestie van geluk?
Guesdon is inmiddels veertig en rijdt nog altijd in het mooiste shirt van het peloton. Hij brak in januari zijn heup Down Under. Was het geluk uitgewerkt? Niks daarvan. Hij reed binnen twee maanden alweer over de stenen van de Nokereberg. En wie dat kan, kan ook het Vélodrome voor de 16e keer bereiken. Winnen zal wellicht lastig worden, maar de prestigieuze titel van ‘beste fransman in De Hel’ moet hij nog éénmaal kunnen binnenslepen.


Frank van Dam
Mijn favorieten voor Vlaanderen en Roubaix kwamen in de Ronde van Vlaanderen ten val. En dan heb ik het niet over Devolder. Die twee kan ik nu dus doorstrepen. Maar zoals ik al eerder schreef: de wens is de moeder van de prognose. Ik tip dus (naast Fabian Cancellara) altijd een Italiaan of een Nederlander. Meestal tegen beter weten in. Daar kan ik niets aan doen. Ik voorzie zondag een ploegenspel zoals in 2001. Dan wordt het 3) Tom Boonen, 2) Filippo Pozzato en 1) Niki Terpstra!

André van den Ende
Toen Renate Dorrestein in 1998 haar boek ‘Een hart van steen’ schreef, waren haar gedachten vast niet bij de vele wielerliefhebbers wiens harten één dag per jaar van steen zijn. Door de aders stroomt die dag geen bloed, maar modder. De longen zitten vol met stof. Zojuist nog ademde ik zo’n stofwolk uit. De wolk bleef hangen in de lucht en spelde de letters L-R-S. Ik kocht een klinker bij Hans van der Togt, en jawel: uit het niets wint Lars Boom deze Parijs-Roubaix.

Léon Geuyen
Tja, roepen dat Tom Boonen de bloemen pakt in Roubaix kan iedereen. Maar er is één renner die in het vroege voorjaar indruk maakte op kasseien. Ik herinner me dat ik hem in de Omloop Het Nieuwsblad over de scheefgelegde steentjes zag vliegen en een tweet de wereld in stuurde met de tekst: ‘Schrijf maar op voor Parijs-Roubaix: Sep Vanmarcke.’ En aan die voorspelling houd ik vast. Vansummeren zal moeten knechten, want Vanmarcke is zondag de enige die Tom van zijn vierde kassei kan houden. Ik baal er trouwens van dat Koen de Kort geblesseerd is. Die had hier potten kunnen breken dit jaar.

Ken Lambeets
De dag waarop ik respect kreeg voor de koersstijl van Filippo Pozzato, herinner ik me nog erg goed: vorige week zondag. Eindelijk durfde de modieuze Italiaanse renner met open vizier strijden in Vlaanderens mooiste. The Shadow is volkomen verleden tijd; le nouveau Pippo est arrivé. Ware reclame voor de wielersport. En alsof dat allemaal nog niet genoeg is, schrijft de dartele Italiaan vandaag ook Parijs-Roubaix op zijn palmares. Met een splijtende demarrage op de Carrefour de l’Arbre zegt hij Boonen vaarwel. Na de finish volgt een innige omhelzing tussen de twee adonissen.

Bas Van Eijk
Laatste berichten van Bas Van Eijk (alles zien)