Eric Heiden

Eric Heiden (14 juni 1958)

Dat Eric Heiden de grootste schaatser aller tijden is, weet bijna iedereen. Voor de overigen: Heiden werd zevenmaal wereldkampioen en tijdens de Olympische Spelen van 1980 behaalde hij goud op de kortste (500 meter), de langste (10 kilometer), èn de tussenliggende afstanden. Toen Heiden stopte met schaatsen moest hij nog 22 worden.

Heiden, op wie eind jaren zeventig heel Nederland, inclusief de mannen, verliefd was, beëindigde zijn schaatscarrière abrupt om zich te wijden aan zijn andere grote liefde: wielrennen. Samen met Jim Ochowicz, oud-schaatser en oud-wielrenner, richtte hij in 1981 de eerste ‘European style’ wielerploeg van Amerika op, genaamd 7-Eleven Cycling Team. De wielersport stond in Amerika nog in de kinderschoenen, maar omdat de amateurrenners steeds beter gingen presteren, groeide de behoefte aan een eigen professionele ploeg. Die behoefte was er ook omdat de enkele Amerikanen die de overstap maakten naar een Europese ploeg, steevast te kampen kregen met onoverbrugbare cultuurverschillen. Een eigen ploeg zou, zo was het plan, een thuishaven moeten zijn van waaruit de getalenteerde en gretige Amerikaanse renners op jacht konden naar succes in de koersen die er toe deden. De Europese dus.

Ochowicz werd ploegleider, Heiden renner en de voornaamste publiciteitstrekker. Want langebaanschaatsen was dan een onbeduidende sport in Amerika, Heidens zegereeks van 1980 was er niet bepaald onopgemerkt gebleven, getuige onder andere een ontmoeting met president Jimmy Carter. Heiden won voor zijn nieuwe ploeg verschillende koersen in eigen land. Zijn meest aansprekende succes op de fiets behaalde hij in 1985, toen hij de eerste Amerikaanse kampioen op de weg werd. In datzelfde jaar reed hij ook de Giro d’Italia uit. De hoofdzakelijk Zuid-Europese renners in het peloton keken overigens met argusogen naar de zeven jonge Amerikanen die zonder zich aan de wetten van het cyclisme te storen, hun tomeloze ambitie uitstortten over de smalle Italiaanse wegen. Al snel kregen de ‘verdomde hamburgervreters’, zoals ze genoemd werden, de schuld van iedere valpartij, ook die waarbij ze niet betrokken waren.

Kopman van 7 Eleven tijdens die Giro was trouwens Andy Hampsten, vlak voor de ronde aangetrokken voor een periode van dertig dagen. Hampsten won de twintigste etappe. (Drie jaar later – zijn contract was inmiddels verlengd – zou Hampsten de Giro zelfs winnen, evenals het bergklassement.)

In 1986 mochten Heiden en zijn ploegmaats starten in de Tour de France. Niet ver voor Parijs (achttiende etappe) kwam Heiden ten val en liep zwaar hoofdletsel op. Maar de rest van de ploeg presteerde boven alle verwachting. Davis Phinney (vader van) won als eerste Amerikaan een touretappe en de Canadees Alex Stiede droeg de gele trui.

De val van Eric Heiden betekende het einde van zijn wielercarrière. Dat zijn palmares, mede door een vroegtijdig beëindigen van zijn wielerloopbaan, bescheiden is gebleven, doet niets af aan het unieke van zijn prestatie. Was hij niet ten val gekomen, dan had hij minstens eenmaal de Tour de France uitgereden. Wie dat doet, hoort bij de 150 beste renners van zijn generatie. Voeg dat bij zijn bovenmenselijke prestaties op het ijs, en je kunt niet anders dan concluderen dat Eric Heiden een van de grootste sporttalenten uit de geschiedenis is.

Dan gaan we nog voorbij aan Heidens verdiensten voor de Amerikaanse wielersport. Hij en Jim Ochowicz kunnen gezien worden als founding fathers van het Amerikaanse cyclisme. Ochowicz zette het werk dat hij met Heiden startte door, en 7 Eleven ging over in Motorola met onder andere Lance Armstrong, wiens verdiensten bekend zijn. Vandaag de dag is Ochowicz eigenaar en manager van BMC Racing Team, een van de liefst vier Amerikaanse ploegen die aan de start stonden van de Tour de France van 2010. (Naast BMC RadioShack, Garmin en HTC-Columbia.)

Teamarts bij BMC is een oude bekende. Zijn naam: Eric Heiden. Heiden, die al tijdens zijn wielercarrière (in 1984) zijn eerste degree in de orthopedie behaalde, is orthopedisch chirurg en sinds 2008 tevens in dienst bij BMC.

Afgelopen zomer keerde Heiden, na 24 jaar, terug in het tourpeloton, dat daarmee niet een van zijn meest winnende, maar wel een van zijn meest memorabele zonen binnenhaalde.

Menno Haanstra