Je ziet ze zo vaak. Groepjes renners op zondagochtend. Snelle fietsen, nauwe pakjes, gladde benen. Allemaal eender. De serie ‘Waarom wij fietsen’ gaat over zulke renners, fictief bijeengebracht. Onder de gelijkheid van de koersliefde ontdek je al snel het verschil. Ieder heeft zijn unieke redenen om te gaan fietsen. Hier de reden van Léon Geuyen, de elfde renner uit deze door het toeval bijeengebrachte groep van 13 fietsers.

Léon Geuyen is mede-oprichter van Het is Koers, en drummer in de band The Yearlings, waarmee hij in november 2018 een nieuw album uitbrengt.

Op een doordeweekse druilerige avond haalt Léon Geuyen de roots van de wielerliefde naar boven. ‘Zoals bij velen helpt het dat de tv bij ons thuis op aanstond als er koers was. Mijn vader keek graag, en doet dat nog steeds. Ik ben geboren in 1971, dus ik was 9 toen Zoetemelk de Tour won. Dat is natuurlijk een leeftijd waarop je heel bevattelijk bent, waarbij succesvolle Nederlandse sporters een voorbeeld zijn.’

Bovendien had Geuyen naar eigen zeggen een geografische voorsprong om cyclofiel te worden. ‘Ik kom uit Limburg,’ zegt hij daarover, ‘en je had in mijn omgeving bijna wekelijks een criterium, zeker rond die tijd. Het was fantastisch om die grote namen daar te zien, van heel dichtbij. Die geur van ingevette benen. Bovendien waren er mensen uit de streek die goed reden, zoals Frans Maassen, en Peter Winnen. De goede prestaties uit de Tour van die renners heb ik vrij actief meegekregen, en ik deed dat ook na.’

‘Ik kreeg op een bepaald moment een kinderracefietsje,’ licht hij toe. ‘Een gele, met 5 of 6 versnellingen. Op die fiets speelde ik de Tour de France na, met vriendjes. Achteraf was het levensgevaarlijk natuurlijk, hoe we door de straten reden.’ Léon maakt kleine tijdssprongen. ‘Toen ik een jaar of 12 was, kon ik van een collega van mijn vader een oude stalen fiets overnemen, en een wollen koerstrui. Daar heb ik jaren op gereden. En later, in mijn studententijd, kwam ik bij toeval in een studentenhuis te wonen met twee hele fanatieke wielerliefhebbers. We konden blind alle Tourwinnaars vanaf 1960 noemen, en fietsten samen.’

Het koersvirus verspreidde zich kortom steeds verder. Toch kwam na de studententijd het slop in het zelf koersen. ‘Rond 2010 toen we met HIK begonnen, kwam ik in aanraking met Koos Moerenhout. Die vroeg of ik zelf ook fietste. Ik dacht toen, het blog loopt goed, maar ik fiets zelf niet, waarom eigenlijk niet? Na jaren zittend werk was ik aangekomen, dus de fysieke kant van het sporten was daarbij ook een belangrijke drijfveer.’

Inmiddels is de Het is Koers-frontman regelmatig op de Utrechtste heuvelrug te vinden, waar hij zijn kilometers maakt. ‘Maar voor mij is het wel belangrijk om een doel te hebben. Als ik al weet waar ik voor train, waar ik naar toe werk, dan ga ik het ook doen. Anders blijf je toch sneller op je luie reet zitten. Ik had me bijvoorbeeld eens voorgenomen de Izoard te doen, en had me met het oog daarop voorgehouden ‘ik ga elke week 100 kilometer fietsen’. Dat lukt me dan ook, zelfs met slecht weer, of veel wind, en in de winter.’

En wat is jouw verhaal? #waaromwijfietsen

De reeks columns ‘waarom wij fietsen’ komt voort uit interviews die Martijn Veltkamp hield voor het boek Leven in Cadans. Leven in Cadans ligt sinds 20 april in de boekhandel.

 

Martijn Veltkamp