Vier Vueltas en evenveel rondes van Frankrijk. Hij rijdt ze niet allemaal uit maar eind 1989 is de dan pas 25-jarige Erwin Nijboer al achtmaal aan de start van een grote ronde verschenen. Toch is de erelijst van de hardrijder nog helemaal blanco. Niet eens een criterium in zijn eigen Twente staat er op…

Nee, Erwin was knecht. Sprintaantrekker vooral. Bij de Spaanse ploeg SEAT-Orbea (later heet de ploeg Caja Rurale en weer later Paternina) rijdt hij in dienst van sprinter Mathieu Hermans. Die aan de lopende band wint. Hij wel.

Maar dan is het 1990. Van de ploeg Paternina is niet veel meer over en Nijboer krijgt een aanbod van streekgenoot Hennie Kuiper. De oud-wereldkampioen is gestopt als renner en mag als ploegleider het Team Stuttgart formeren, een ploeg gesponsord door de gelijknamige Duitse stad. Kuipers ook valt onder andere op Nijboer die zich daarmee losweekt van kopman Hermans.

En niet zonder resultaat. In de Driedaagse De Panne doet Nijboer het goed in de tijdrit en glipt hij mee in een ontsnapping. Het levert hem het eindklassement op. Johan Museeuw eindigt als tweede, op precies één seconde.

Een maand later kan Nijboer de handen in de lucht gooien na een rit in de Vuelta. Hoewel medevluchter Tebaldi de laatste kilometers weigert kopwerk te doen, is  een grijnzende Nijboer duidelijk de sterkste van de twee. Na afloopt draagt hij zijn zege op, schrijft Het Vrije Volk, aan echtgenote Christel ‘die afgelopen seizoen verantwoordelijk was voor de breuk met Hermans. Afgelopen jaar vond Nijboer het tijd worden op eigen benen te staan. Volgens zijn vrouw had hij meer klasse in huis dan uitsluitend Hermans uit de wind te houden.’

De Panne en de Vuelta-rit blijven overigens Nijboers grootste zeges. Na een paar jaar wordt de winnaar weer knecht, nu in dienst van niemand minder dan Miguel Indurain.

Overwinningen zijn er die jaren wel, onder andere in Hengelo en Almelo; in zijn eigen Twente.

Jos van Nierop
Laatste berichten van Jos van Nierop (alles zien)