Nog een dag of tien en het is zover: de Omloop Het Nieuwsblad. Het seizoen begint; ons leven krijgt weer wat kleur. Hartstikke leuk en aardig allemaal en ik kijk er ontzettend naar uit. Maar. De seizoenstart betekent ook dat we ons weer moeten verantwoorden. Verdedigen, verklaren, uitleggen. We moeten ons verweren jegens (grote en kleine) huisgenoten, jegens familie, jegens collega’s – kortom: richting niet-koersmensen van divers pluimage. Die hebben één ding gemeen: ze stellen vragen. Veel vragen. Ingewikkelde vragen, domme vragen. Pijnlijke vragen ook, precies op de zere plek. Irritant en nodeloos confronterend. Daarom – bij de aftrap van weer een seizoen vol tenenkrommend commentaar, vragen-van-niveautje-kleuter-plus en van elk koersinzicht gespeende analyses – hier een kant-en-klaar script met handige, pasklare antwoorden. Geen dank!

1. Nee-hee. Wielrennen is niet zo hard mogelijk fietsen. Het is een metafoor voor Het Leven.

1a. Een metafoor, dat is een vergelijking. Dus eigenlijk is de koers hetzelfde als…. Wat zeg je?

1b. Koers, dat is een wielerwedstrijd. Vlaamse term…

1c. Omdat Vlamingen het fietsen zo ongeveer uitgevonden hebben en…

1d. Ja, ja, de eerste vélocipède reed rond in Frankrijk, ik weet het, maar ik bedoelde…. ach laat ook maar. Stil nou eens!

2. Die mannetjes die dat ‘geruis veroorzaken’ zoals jij zegt, dat zijn Michel Wuyts en José de Cauwer. De Vlaamse wielercommentatoren.

2a. Omdat de NOS er niets van begrijpt! Belgen zijn koerszot.

2b. Zot is hetzelfde als gek. Gek van wielrennen bedoel ik dus.

2c. Jazeker, ik kan ze prima verstaan zelfs. Of ze een hekel aan elkaar hebben? Nee, het is een soort van toneelstukje. Maar ze zitten natuurlijk wel de hele dag naast elkaar in een klein, warm hokje aan de finish, dus…

2d. Ja ze reizen mee met de koers. Wat dat kost en wie dat allemaal betaalt? Geen idee, maar… ach laat ook maar. Ssst!

3. Je hebt zeg maar wedstrijden van een paar dagen of zelfs een paar weken en dat noemen ze een ronde. Je hebt de Ronde van Frankrijk (de Tour de France, die ken je toch?) en de Ronde van…

3a. …Vlaanderen? Nee, dat is een eendagswedstrijd. Een klassieker, een monument. Met de Muur van Geraardsbergen waar ze overheen moeten, weet je wel?

3b. Nee, ze springen niet letterlijk over een muur. Ja, ok, bij de cross doen ze dat. Veldrijden. Maar dat zijn andere renners…

3c. Ok, klopt, Mathieu van der Poel en Wout van Aert doen het allebei en winnen zowel in het veld als op de weg veel.

3d. Nee, dat betekent niet dat wielrennen en veldrijden saai is. Ach laat ook maar. Ik wil even kijken nu…OK?

4. Nee, ze zijn niet toevallig allemaal kaal. Ze scheren hun benen.

4a. Omdat ze vaak vallen en geen infecties willen door troep die in je beenhaar blijft zitten. En kaal is ook fijner als je iedere dag wordt gemasseerd.

4b. Omdat het een heel zware sport is en je spieren dan lekker los gemaakt worden.

4c. Dat gebeurt door een masseur die ze meenemen. Die masseert alle renners ‘s avonds in het hotel, zodat ze de volgende dag weer fris kunnen koersen.

4d. Nee, ze hoeven niet net als voetballers drie dagen te rusten. De volgende dag is er weer een wedstrijd, en de dag daarna, en daarna…. Kun je nu even je mond houden, please?

5. Die rijden op kop om hun kopman uit de wind te houden. En soms geven ze hun fiets af als de kopman een lekke band heeft.

5a. Nee, niet hulpjes. Bijna goed. Knechten noemen we dat.

5b. Nee, dat is niet zielig. Ze weten van tevoren dat ze niet zullen winnen.

5c. Waarom ze dan toch zo hard hun best doen? Omdat ze van wielrennen houden en goed betaald krijgen.

5d. Zeker krijgen wielrenners goed betaald. De kopmannen zelfs heel erg goed. Of dat niet bizar is voor mensen die alleen maar hard fietsen? Pfff. Laat maar, ik ga nu weer even de koers volgen.

6. Ze remmen even af en gaan aan de kant fietsen om te plassen.

6a. Ja, inderdaad, dat doen ze zonder te stoppen vanaf de fiets.

6b. Nee, dat is niet vies, of nou ja, eigenlijk wel natuurlijk maar hoe moet het anders?

6c. Nee, even afstappen is geen optie, zeker niet in volle finale. Dan doen ze het ook wel eens in hun broek.

6d. Geen idee of ze dan meteen douchen na de wedstrijd. En of de kusmeisjes dat ruiken? Jeetje, wat een vragen, mag ik nu weer even kijken alsjeblieft?

7. Nee, ze gebruiken niet allemaal doping. Of nou ja, dat denk ik. Vroeger wel, geloof ik.

7a. Nee, dat maakt me eigenlijk niet zoveel uit.

7b. Dus dan wint niet degene die het hardst kan fietsen? Nee, maar daar gaat het dus ook niet om. Het is Het Leven, weet je nog? In het bedrijfsleven of de politiek spelen ze ook wel eens vals…

7c. Nee, daar lig ik inderdaad niet dagenlang naar te kijken vanaf de bank, dat klopt. Laat me nu maar gewoon even kijken. Ssst!

8. Die met die blauwe trui? Nee, die is niet dik. Ja, ok, hij is iets dikker dan de anderen. Dat is een sprinter.

8a. Een sprinter is een wielrenner die goed kan sprinten. Als ze aan het eind nog bij elkaar rijden, kan die winnen omdat hij explosief is.

8b. Nee, nogmaals: hij is niet dik. Hij is gespierd. TV maakt dikker, in het echt zijn ze hartstikke dun. Afgetrainde miezertjes. Wielrennen is zo ongeveer de zwaarste sport…

8c. Ja, ok, ze zitten de hele dag op hun kont, op dat zadeltje, klopt, maar dan nog…

8d. Hoe hun zaakje er dan na zo’n dag uitziet? Pfff, wat een bizarre vragen. Houd nou eens je mond zeg….

9. Ja, ik kan ook best een leuk stukje fietsen. Maar geloof me, ik kan niet met deze gasten meerijden.

9a. Nee, ook niet als ik een paar maanden geen bier drink.

9b. Nee, ook niet een paar kilometer. Ja, misschien midden in het peloton

9c. Omdat je uit de wind ongeveer de helft aan vermogen hoeft te leveren,

9d. Nee-hee dat heeft niets met geld te maken maar met… ach laat ook maar. Stil nou toch eens!

10. Waarom ik zo geïrriteerd overkom? Misschien omdat ze zojuist gefinisht zijn en ik niet gezien of gehoord heb wie er gewonnen heeft?

10a. Ja-haa, klopt, morgen is er weer een koers, en de dag daarna, en daarna…. Betweters.  

 

 

 

Sander Peters
Laatste berichten van Sander Peters (alles zien)